J. (13 jaar) stoer tegen een klasgenoot: “Wil je vechten ofzo?” Ik, grappend ter afleiding: “Ja hoor, kom maar op!” J.: “Is goed, maar niet hier. Je mag niet vechten op school.” De klas ligt ondertussen helemaal in een deuk. En de sfeer weer ontspannen.
Leerling R. (13 jaar): We krijgen echt nooit onverwachte toetsen. Leerling T. (13 jaar): Ssssttt… Straks breng je haar op ideeën! De volgende les. Leerling T.: Mevrouw, ik ben jarig vandaag! Ik: Gefeliciteerd! Ik heb iets voor je verjaardag wat je heel graag wil hebben! Een onverwachtse toets. Dat wilde je toch voor je verjaardag? Leerling T. bloedserieus: Heeft u[…]
Leerling S. (13 jaar) als ik de school binnenloop: Mevrouw, zit u straks bij onze toets? Ik: Nee, ik zit bij een andere klas. Leerling S. opgelucht: Pfieuw!
Leerling S. (13 jaar) als ik de school binnenloop: Mevrouw, zit u straks bij onze toets? Ik: Nee, ik zit bij een andere klas. Leerling S. opgelucht: Pfieuw!
Ik sta voor de klas en leg uit. Plots klinkt er een bliepjesgeluid. Leerlingen op de eerste rij kijken geschrokken naar hun iPad, bang dat die van hun dat geluid maakte. Ik werp een blik op mijn bureau en zie net het scherm van Siri verdwijnen op mijn telefoon die op het bureau lag. Ik: Ontspan, het was Siri maar,[…]
Ik sta voor de klas en leg uit. Plots klinkt er een bliepjesgeluid. Leerlingen op de eerste rij kijken geschrokken naar hun iPad, bang dat die van hun dat geluid maakte. Ik werp een blik op mijn bureau en zie net het scherm van Siri verdwijnen op mijn telefoon die op het bureau lag. Ik: Ontspan, het was Siri maar,[…]
Leerling M. (14 jaar) roept midden door mijn uitleg heen: IEEEUUWWWLL!! Ik voel mijn eigen hartslag. Ik: Fijn. Dan ben je toch menselijk hè? Leerling G. (14 jaar): Oh nee… Ik voel die van mij niet!
Leerling M. (14 jaar) roept midden door mijn uitleg heen: IEEEUUWWWLL!! Ik voel mijn eigen hartslag. Ik: Fijn. Dan ben je toch menselijk hè? Leerling G. (14 jaar): Oh nee… Ik voel die van mij niet!
Ik vertel leerlingen over verschillende kleuren licht door over een concertbezoek te vertellen waar mijn flesje spa blauw groen leek en smaakte naar oud bier door de vloer die naar bier rook. Leerling Q. (14 jaar): Waren daar dan allemaal opa’s bier aan het drinken? Leerling B. (14 jaar): Wat klets je nou? Alsof alleen opa’s bier drinken. Ik: Oud[…]
Ik vertel leerlingen over verschillende kleuren licht door over een concertbezoek te vertellen waar mijn flesje spa blauw groen leek en smaakte naar oud bier door de vloer die naar bier rook. Leerling Q. (14 jaar): Waren daar dan allemaal opa’s bier aan het drinken? Leerling B. (14 jaar): Wat klets je nou? Alsof alleen opa’s bier drinken. Ik: Oud[…]
Ik maak een opmerking in de klas om aan te geven dat sommige nog niet de gewenste werkhouding hebben voor deze les. Leerling R. (14 jaar) draait zich naar mij toe: Ik niet toch? Ik ben super goed bezig. Ik, zonder grappige toon: Jij bent super goed bezig. Leerling R.: Dat is sarcastisch. … Toch? Ik, zie hier wel een[…]
Ik maak een opmerking in de klas om aan te geven dat sommige nog niet de gewenste werkhouding hebben voor deze les. Leerling R. (14 jaar) draait zich naar mij toe: Ik niet toch? Ik ben super goed bezig. Ik, zonder grappige toon: Jij bent super goed bezig. Leerling R.: Dat is sarcastisch. … Toch? Ik, zie hier wel een[…]
Leerling E. (v, 13 jaar): Mevrouw, wordt het volgend jaar moeilijk? Ik: Mwa, valt wel mee. Iets moeilijker dan dit jaar, maar zeker te doen. Leerling E.: Maar in jaar boven ons blijven er zeven jongens zitten. Ik: Is dat zo? Dat weet jij beter dan ik blijkbaar. Maar daar zeg je het al, jongens… Die hadden misschien ook meer[…]
Leerling E. (v, 13 jaar): Mevrouw, wordt het volgend jaar moeilijk? Ik: Mwa, valt wel mee. Iets moeilijker dan dit jaar, maar zeker te doen. Leerling E.: Maar in jaar boven ons blijven er zeven jongens zitten. Ik: Is dat zo? Dat weet jij beter dan ik blijkbaar. Maar daar zeg je het al, jongens… Die hadden misschien ook meer[…]
Leerling Z. (13 jaar): Hoe kunt u een lange broek aan hebben? Ik: Zou je het niet raar vinden als ik ook in zo’n kort broekje op school zou komen? Leerling I. (13 jaar): Nee. Leerling R. (13 jaar): Nee. Ja. Leerling Z. (13 jaar): Nou ja, eigenlijk best wel.
Leerling Z. (13 jaar): Hoe kunt u een lange broek aan hebben? Ik: Zou je het niet raar vinden als ik ook in zo’n kort broekje op school zou komen? Leerling I. (13 jaar): Nee. Leerling R. (13 jaar): Nee. Ja. Leerling Z. (13 jaar): Nou ja, eigenlijk best wel.
Leerling Z. (13 jaar): Hoe kunt u een lange broek aan hebben? Ik: Zou je het niet raar vinden als ik ook in zo’n kort broekje op school zou komen? Leerling I. (13 jaar): Nee. Leerling R. (13 jaar): Nee. Ja. Leerling Z. (13 jaar): Nou ja, eigenlijk best wel.
Ik kijk bewonderend naar een leerling terwijl ze aan het typen en swypen is op haar telefoon: Wauw, ik vond mezelf best handig met die dingen maar als ik naar jou kijk begin ik daar toch wel aan te twijfelen. … even later… Leerling kijkt hoe ik aan het typen ben op mijn telefoon: Nou mevrouw, het valt best mee[…]
Ik kijk bewonderend naar een leerling terwijl ze aan het typen en swypen is op haar telefoon: Wauw, ik vond mezelf best handig met die dingen maar als ik naar jou kijk begin ik daar toch wel aan te twijfelen. … even later… Leerling kijkt hoe ik aan het typen ben op mijn telefoon: Nou mevrouw, het valt best mee[…]
Ik kijk bewonderend naar een leerling terwijl ze aan het typen en swypen is op haar telefoon: Wauw, ik vond mezelf best handig met die dingen maar als ik naar jou kijk begin ik daar toch wel aan te twijfelen. … even later… Leerling kijkt hoe ik aan het typen ben op mijn telefoon: Nou mevrouw, het valt best mee[…]
Ik loop rond door het lokaal nadat ik zojuist instructie heb gegeven. Leerling J. (14 jaar): Zó, mevrouw heeft ook een fijn weekend gehad! Ik: Nou… Het is gewoon hooikoorts. Leerling J.: Oh? Ik dacht dat u gewoon flink had lopen schreeuwen dit weekend. Ik: Ja… Dat ook…
Ik loop rond door het lokaal nadat ik zojuist instructie heb gegeven. Leerling J. (14 jaar): Zó, mevrouw heeft ook een fijn weekend gehad! Ik: Nou… Het is gewoon hooikoorts. Leerling J.: Oh? Ik dacht dat u gewoon flink had lopen schreeuwen dit weekend. Ik: Ja… Dat ook…
Ik loop rond door het lokaal nadat ik zojuist instructie heb gegeven. Leerling J. (14 jaar): Zó, mevrouw heeft ook een fijn weekend gehad! Ik: Nou… Het is gewoon hooikoorts. Leerling J.: Oh? Ik dacht dat u gewoon flink had lopen schreeuwen dit weekend. Ik: Ja… Dat ook…
Ik: Het klinkt een beetje raar, maar heb vannacht toen ik in bed lag met mijn ogen dicht aan deze les gedacht. Enig idee waarom? Leerling N. (14 jaar): Omdat het volgende hoofdstuk licht is? Ik: En jullie het lichtpunt in mijn leven zijn? Leerling N.: Inderdaad. Ik: Had gekund, maar was het niet. Omdat ik vannacht door mijn oogleden[…]
Ik: Het klinkt een beetje raar, maar heb vannacht toen ik in bed lag met mijn ogen dicht aan deze les gedacht. Enig idee waarom? Leerling N. (14 jaar): Omdat het volgende hoofdstuk licht is? Ik: En jullie het lichtpunt in mijn leven zijn? Leerling N.: Inderdaad. Ik: Had gekund, maar was het niet. Omdat ik vannacht door mijn oogleden[…]
Ik: Het klinkt een beetje raar, maar heb vannacht toen ik in bed lag met mijn ogen dicht aan deze les gedacht. Enig idee waarom? Leerling N. (14 jaar): Omdat het volgende hoofdstuk licht is? Ik: En jullie het lichtpunt in mijn leven zijn? Leerling N.: Inderdaad. Ik: Had gekund, maar was het niet. Omdat ik vannacht door mijn oogleden[…]
Leerling Q. (14 jaar): Mevrouw, ik heb een vraag. Waarom hebben we eigenlijk schoenen aan in school? Leerling J. (14 jaar): Als ik thuis kom moet ik altijd mijn schoenen uit als ik binnenkom. Ik: Ik draag thuis ook gewoon schoenen binnen. Beide: IEEEUWLL! Ik: Hoezo? Mijn katten lopen ook op hun bloten poten buiten en komen daarna naar binnen.[…]
Leerling Q. (14 jaar): Mevrouw, ik heb een vraag. Waarom hebben we eigenlijk schoenen aan in school? Leerling J. (14 jaar): Als ik thuis kom moet ik altijd mijn schoenen uit als ik binnenkom. Ik: Ik draag thuis ook gewoon schoenen binnen. Beide: IEEEUWLL! Ik: Hoezo? Mijn katten lopen ook op hun bloten poten buiten en komen daarna naar binnen.[…]
Leerling Q. (14 jaar): Mevrouw, ik heb een vraag. Waarom hebben we eigenlijk schoenen aan in school? Leerling J. (14 jaar): Als ik thuis kom moet ik altijd mijn schoenen uit als ik binnenkom. Ik: Ik draag thuis ook gewoon schoenen binnen. Beide: IEEEUWLL! Ik: Hoezo? Mijn katten lopen ook op hun bloten poten buiten en komen daarna naar binnen.[…]
Ik: Ga je beginnen aan de opdrachten? Leerling: Het boeit mij echt niet meer. Blijf toch zitten. Ik: Zo makkelijk geef ik jou niet op! Leerling: Hoor je dat, ze geeft ons op. Nu mogen we een spelletje spelen, ze geeft ons op voor een spelletje Ik: Nee, ik zei dat ik je niét opgeef. Ik heb er vertrouwen in[…]
Ik: Ga je beginnen aan de opdrachten? Leerling: Het boeit mij echt niet meer. Blijf toch zitten. Ik: Zo makkelijk geef ik jou niet op! Leerling: Hoor je dat, ze geeft ons op. Nu mogen we een spelletje spelen, ze geeft ons op voor een spelletje Ik: Nee, ik zei dat ik je niét opgeef. Ik heb er vertrouwen in[…]
Ik: Ga je beginnen aan de opdrachten? Leerling: Het boeit mij echt niet meer. Blijf toch zitten. Ik: Zo makkelijk geef ik jou niet op! Leerling: Hoor je dat, ze geeft ons op. Nu mogen we een spelletje spelen, ze geeft ons op voor een spelletje Ik: Nee, ik zei dat ik je niét opgeef. Ik heb er vertrouwen in[…]
Leerling S. (13 jaar): Mevrouw, ik heb de opdrachten af. Wat mag ik nu doen? Ik: Je mag jezelf uitdagen met de havo paragraaf. Leerling S.: Moet dat echt? Ik: Natuurlijk, jezelf een beetje uitdagen is alleen maar goed! Leerling L. (13 jaar) zit naast S. en begint zich zelf op de borst te slaan. Hierbij mompelt hij: Moet je[…]
Leerling S. (13 jaar): Mevrouw, ik heb de opdrachten af. Wat mag ik nu doen? Ik: Je mag jezelf uitdagen met de havo paragraaf. Leerling S.: Moet dat echt? Ik: Natuurlijk, jezelf een beetje uitdagen is alleen maar goed! Leerling L. (13 jaar) zit naast S. en begint zich zelf op de borst te slaan. Hierbij mompelt hij: Moet je[…]
Leerling S. (13 jaar): Mevrouw, ik heb de opdrachten af. Wat mag ik nu doen? Ik: Je mag jezelf uitdagen met de havo paragraaf. Leerling S.: Moet dat echt? Ik: Natuurlijk, jezelf een beetje uitdagen is alleen maar goed! Leerling L. (13 jaar) zit naast S. en begint zich zelf op de borst te slaan. Hierbij mompelt hij: Moet je[…]
Leerling J. (13 jaar): Mevrouw, mag ik even naar de wc? Docent: Ja, tuurlijk. Wil je dan meteen mijn bidon vullen? Leerling J. aarzelend: Met water?
Leerling J. (13 jaar): Mevrouw, mag ik even naar de wc? Docent: Ja, tuurlijk. Wil je dan meteen mijn bidon vullen? Leerling J. aarzelend: Met water?
Leerling J. (13 jaar): Mevrouw, mag ik even naar de wc? Docent: Ja, tuurlijk. Wil je dan meteen mijn bidon vullen? Leerling J. aarzelend: Met water?
Leerling: “Maar ze zei toch”: -herhaalt iets wat ze dacht gehoord te hebben- ???? Andere leerling: “Nee, ze zei echt heel iets anders.” Leerling: “Woooow, dan ben ik echt blind!”
Leerling: “Maar ze zei toch”: -herhaalt iets wat ze dacht gehoord te hebben- ???? Andere leerling: “Nee, ze zei echt heel iets anders.” Leerling: “Woooow, dan ben ik echt blind!”
Leerling: “Maar ze zei toch”: -herhaalt iets wat ze dacht gehoord te hebben- ???? Andere leerling: “Nee, ze zei echt heel iets anders.” Leerling: “Woooow, dan ben ik echt blind!”
Leerling R. (13 jaar) zit heel zachtjes in zichzelf te vloeken. Ik onderbreek mijn uitleg: R., let op je taalgebruik. Leerling R.: Sorry mevrouw. Leerling R. mompelt er achteraan: Hoe kan ze dat ooit horen. Ik: Helaas, ik hoor alles. Dat ben je ondertussen toch wel gewend? Leerling L. (13 jaar): Simpel. Ze heeft vleermuisoren.
Leerling R. (13 jaar) zit heel zachtjes in zichzelf te vloeken. Ik onderbreek mijn uitleg: R., let op je taalgebruik. Leerling R.: Sorry mevrouw. Leerling R. mompelt er achteraan: Hoe kan ze dat ooit horen. Ik: Helaas, ik hoor alles. Dat ben je ondertussen toch wel gewend? Leerling L. (13 jaar): Simpel. Ze heeft vleermuisoren.
Leerling R. (13 jaar) zit heel zachtjes in zichzelf te vloeken. Ik onderbreek mijn uitleg: R., let op je taalgebruik. Leerling R.: Sorry mevrouw. Leerling R. mompelt er achteraan: Hoe kan ze dat ooit horen. Ik: Helaas, ik hoor alles. Dat ben je ondertussen toch wel gewend? Leerling L. (13 jaar): Simpel. Ze heeft vleermuisoren.
Ik: Dan gaan we het nu uitrekenen. Leerling L. (13 jaar) roept door mij heen: Mag ik het zeggen? Ik weet het antwoord, ik ben Einstein! Ik praat door: Dan typen wij de som in op onze rekenmachine. Leerling L. roept weer door mij heen: Dat hoef ik niet. Ik weet het antwoord gewoon, ik ben Einstein. Leerling L. roept:[…]
Ik: Dan gaan we het nu uitrekenen. Leerling L. (13 jaar) roept door mij heen: Mag ik het zeggen? Ik weet het antwoord, ik ben Einstein! Ik praat door: Dan typen wij de som in op onze rekenmachine. Leerling L. roept weer door mij heen: Dat hoef ik niet. Ik weet het antwoord gewoon, ik ben Einstein. Leerling L. roept:[…]
Ik: Dan gaan we het nu uitrekenen. Leerling L. (13 jaar) roept door mij heen: Mag ik het zeggen? Ik weet het antwoord, ik ben Einstein! Ik praat door: Dan typen wij de som in op onze rekenmachine. Leerling L. roept weer door mij heen: Dat hoef ik niet. Ik weet het antwoord gewoon, ik ben Einstein. Leerling L. roept:[…]
Leerling N. (13 jaar): Ik was na sporten even aan het chillen daar bij de ijssalon. Weet u wie ik tegen kwam?! Docent: Geen idee. Leerling N.: Meneer B! Wat doet hij nou weer op dat tijdstip op straat!
Leerling N. (13 jaar): Ik was na sporten even aan het chillen daar bij de ijssalon. Weet u wie ik tegen kwam?! Docent: Geen idee. Leerling N.: Meneer B! Wat doet hij nou weer op dat tijdstip op straat!
Leerling N. (13 jaar): Ik was na sporten even aan het chillen daar bij de ijssalon. Weet u wie ik tegen kwam?! Docent: Geen idee. Leerling N.: Meneer B! Wat doet hij nou weer op dat tijdstip op straat!
Leerling (13 jaar): Mevrouw, gaat u vrijdag weer op vakantie? Ik: Nee… Leerling: Oh, ik zag dat de les uitviel namelijk. Leerling 2: Zeg dat nou niet…
Leerling (13 jaar): Mevrouw, gaat u vrijdag weer op vakantie? Ik: Nee… Leerling: Oh, ik zag dat de les uitviel namelijk. Leerling 2: Zeg dat nou niet…
Leerling (13 jaar): Mevrouw, gaat u vrijdag weer op vakantie? Ik: Nee… Leerling: Oh, ik zag dat de les uitviel namelijk. Leerling 2: Zeg dat nou niet…
Leerling L. (13 jaar): Mevrouw, een hele randomvraag, maar heeft u make-up op en bent u daarom zo bruin of bent u op vakantie geweest? Ik: Ik heb alleen mascara op. Leerling L.: Wat is mascara? Leerling B. (13 jaar): Ik vind vrouwen met make-up niet mooi. Ik: Wacht maar, over tien jaar kijk je niet meer naar meisjes zónder[…]
Leerling L. (13 jaar): Mevrouw, een hele randomvraag, maar heeft u make-up op en bent u daarom zo bruin of bent u op vakantie geweest? Ik: Ik heb alleen mascara op. Leerling L.: Wat is mascara? Leerling B. (13 jaar): Ik vind vrouwen met make-up niet mooi. Ik: Wacht maar, over tien jaar kijk je niet meer naar meisjes zónder[…]
Leerling L. (13 jaar): Mevrouw, een hele randomvraag, maar heeft u make-up op en bent u daarom zo bruin of bent u op vakantie geweest? Ik: Ik heb alleen mascara op. Leerling L.: Wat is mascara? Leerling B. (13 jaar): Ik vind vrouwen met make-up niet mooi. Ik: Wacht maar, over tien jaar kijk je niet meer naar meisjes zónder[…]
Leerling K. (12 jaar): “Mevrouw, ‘horigen’ is toch met een e? ” Docent: “Hoerigen?” Leerling K. geschrokken: “Nee! Uh .. Ik bedoel zonder n. Hori-GE!”
Leerling K. (12 jaar): “Mevrouw, ‘horigen’ is toch met een e? ” Docent: “Hoerigen?” Leerling K. geschrokken: “Nee! Uh .. Ik bedoel zonder n. Hori-GE!”
Leerling K. (12 jaar): “Mevrouw, ‘horigen’ is toch met een e? ” Docent: “Hoerigen?” Leerling K. geschrokken: “Nee! Uh .. Ik bedoel zonder n. Hori-GE!”
Q. (14 jaar): Ze vragen het startgetal maar dat kan alleen als twee lijnen elkaar kruizen Ik: Er kruizen nu toch ook twee lijnen? Q.: Maar zo deden we het niet in de les Ik: zulke assenstelsels hebben we ook geoefend in de les Q.: Oh, dan was ik toen waarschijnlijk niet aan het opletten
Q. (14 jaar): Ze vragen het startgetal maar dat kan alleen als twee lijnen elkaar kruizen Ik: Er kruizen nu toch ook twee lijnen? Q.: Maar zo deden we het niet in de les Ik: zulke assenstelsels hebben we ook geoefend in de les Q.: Oh, dan was ik toen waarschijnlijk niet aan het opletten
Q. (14 jaar): Ze vragen het startgetal maar dat kan alleen als twee lijnen elkaar kruizen Ik: Er kruizen nu toch ook twee lijnen? Q.: Maar zo deden we het niet in de les Ik: zulke assenstelsels hebben we ook geoefend in de les Q.: Oh, dan was ik toen waarschijnlijk niet aan het opletten
Leerling R. (13 jaar): Mevrouw, heeft u uw haar geknipt? Ik: Nee, daar begin ik zelf niet aan. Leerling R. zucht, glimlacht en onderbreekt mij: Heeft u uw haar laten knippen? Ik: Ja. Leerling R.: Mooi. Leerling F. (13 jaar): Ja. Leuk. Gewoon wat u had, alleen dan korter.
Leerling R. (13 jaar): Mevrouw, heeft u uw haar geknipt? Ik: Nee, daar begin ik zelf niet aan. Leerling R. zucht, glimlacht en onderbreekt mij: Heeft u uw haar laten knippen? Ik: Ja. Leerling R.: Mooi. Leerling F. (13 jaar): Ja. Leuk. Gewoon wat u had, alleen dan korter.
Leerling R. (13 jaar): Mevrouw, heeft u uw haar geknipt? Ik: Nee, daar begin ik zelf niet aan. Leerling R. zucht, glimlacht en onderbreekt mij: Heeft u uw haar laten knippen? Ik: Ja. Leerling R.: Mooi. Leerling F. (13 jaar): Ja. Leuk. Gewoon wat u had, alleen dan korter.
Leerling J. (14 jaar) roept mij vanaf een eindje verderop in de gang: Mevrouw! Mevrouw! Waarom gaat deze lamp aan en uit als ik met mijn hand op de bovenkant tik? Ik: Ik weet het niet, misschien is dat in plaats van een lichtknop. J.: Ja, dat heb ik thuis ook. Ik: Of er zit gewoon een draadje los en[…]
Leerling J. (14 jaar) roept mij vanaf een eindje verderop in de gang: Mevrouw! Mevrouw! Waarom gaat deze lamp aan en uit als ik met mijn hand op de bovenkant tik? Ik: Ik weet het niet, misschien is dat in plaats van een lichtknop. J.: Ja, dat heb ik thuis ook. Ik: Of er zit gewoon een draadje los en[…]
Leerling J. (14 jaar) roept mij vanaf een eindje verderop in de gang: Mevrouw! Mevrouw! Waarom gaat deze lamp aan en uit als ik met mijn hand op de bovenkant tik? Ik: Ik weet het niet, misschien is dat in plaats van een lichtknop. J.: Ja, dat heb ik thuis ook. Ik: Of er zit gewoon een draadje los en[…]
Leerling geeft en antwoord op een vraag en geeft zodoende uitleg aan de klas. Ik zie een paar leerlingen ondertussen tegen elkaar praten. Ik tegen de leerling: Wacht maar even, het ligt niet aan jou maar nog niet iedereen luistert naar je. Ik tegen de pratende leerlingen: Hebben jullie gehoord wat hij heeft uitgelegd? Leerling L. (13 jaar): Wie? Klas[…]
Leerling geeft en antwoord op een vraag en geeft zodoende uitleg aan de klas. Ik zie een paar leerlingen ondertussen tegen elkaar praten. Ik tegen de leerling: Wacht maar even, het ligt niet aan jou maar nog niet iedereen luistert naar je. Ik tegen de pratende leerlingen: Hebben jullie gehoord wat hij heeft uitgelegd? Leerling L. (13 jaar): Wie? Klas[…]
Leerling geeft en antwoord op een vraag en geeft zodoende uitleg aan de klas. Ik zie een paar leerlingen ondertussen tegen elkaar praten. Ik tegen de leerling: Wacht maar even, het ligt niet aan jou maar nog niet iedereen luistert naar je. Ik tegen de pratende leerlingen: Hebben jullie gehoord wat hij heeft uitgelegd? Leerling L. (13 jaar): Wie? Klas[…]
Leerling op maandag: Wow mevrouw, bent u op vakantie geweest? Ik verbaasd: Huh? Nee… Ik heb jullie vrijdag nog gezien. Leerling: Dus u was gewoon in Nederland? Dan wordt u echt ziek snel bruin!
Leerling op maandag: Wow mevrouw, bent u op vakantie geweest? Ik verbaasd: Huh? Nee… Ik heb jullie vrijdag nog gezien. Leerling: Dus u was gewoon in Nederland? Dan wordt u echt ziek snel bruin!
Leerling op maandag: Wow mevrouw, bent u op vakantie geweest? Ik verbaasd: Huh? Nee… Ik heb jullie vrijdag nog gezien. Leerling: Dus u was gewoon in Nederland? Dan wordt u echt ziek snel bruin!
Docent en conciërge lopen voor de tweede keer in tien minuten tegelijkertijd de personeelskamer in. Conciërge: Hey! Kom ik je weer tegen bij de deur. Leerling L. (15 jaar) grapt: Jullie kunnen zeker heel goed door één deur samen!
Docent en conciërge lopen voor de tweede keer in tien minuten tegelijkertijd de personeelskamer in. Conciërge: Hey! Kom ik je weer tegen bij de deur. Leerling L. (15 jaar) grapt: Jullie kunnen zeker heel goed door één deur samen!
Docent en conciërge lopen voor de tweede keer in tien minuten tegelijkertijd de personeelskamer in. Conciërge: Hey! Kom ik je weer tegen bij de deur. Leerling L. (15 jaar) grapt: Jullie kunnen zeker heel goed door één deur samen!
Leerling is haar iPad vergeten en komt dit melden aan haar docent. Docent zegt grappend: Weet je wat je moet doen! Vraag maar even aan de conciërge of hij een koffiepad voor je te leen heeft. Leerling, heel serieus: Een wat? Docent: Een koffiepad. Leerling, nog steeds heel serieus: Oké, ik ga het vragen. Ben erg benieuwd maar het gesprek[…]
Leerling is haar iPad vergeten en komt dit melden aan haar docent. Docent zegt grappend: Weet je wat je moet doen! Vraag maar even aan de conciërge of hij een koffiepad voor je te leen heeft. Leerling, heel serieus: Een wat? Docent: Een koffiepad. Leerling, nog steeds heel serieus: Oké, ik ga het vragen. Ben erg benieuwd maar het gesprek[…]
Leerling is haar iPad vergeten en komt dit melden aan haar docent. Docent zegt grappend: Weet je wat je moet doen! Vraag maar even aan de conciërge of hij een koffiepad voor je te leen heeft. Leerling, heel serieus: Een wat? Docent: Een koffiepad. Leerling, nog steeds heel serieus: Oké, ik ga het vragen. Ben erg benieuwd maar het gesprek[…]
Leerling F. (13 jaar): Mevrouw, werd uw mobiel vroeger ook afgepakt? Leerling I. (14 jaar): Nou! F., dat … Leerling F. onderbreekt: Oh nee! Toen waren er nog geen telefoons! Ik: Nou… Op ongeveer mijn dertiende kreeg ik de oude mobiel van mijn zus en was ik behoorlijk cool omdat maar weinig klasgenoten een mobiel hadden. Leerling F.: Zat u[…]
Leerling F. (13 jaar): Mevrouw, werd uw mobiel vroeger ook afgepakt? Leerling I. (14 jaar): Nou! F., dat … Leerling F. onderbreekt: Oh nee! Toen waren er nog geen telefoons! Ik: Nou… Op ongeveer mijn dertiende kreeg ik de oude mobiel van mijn zus en was ik behoorlijk cool omdat maar weinig klasgenoten een mobiel hadden. Leerling F.: Zat u[…]
Leerling F. (13 jaar): Mevrouw, werd uw mobiel vroeger ook afgepakt? Leerling I. (14 jaar): Nou! F., dat … Leerling F. onderbreekt: Oh nee! Toen waren er nog geen telefoons! Ik: Nou… Op ongeveer mijn dertiende kreeg ik de oude mobiel van mijn zus en was ik behoorlijk cool omdat maar weinig klasgenoten een mobiel hadden. Leerling F.: Zat u[…]
Docent staat voor de klas en tijdens het praten slaat zijn stem over door een verkoudheid. Leerling: Maakt niet uit meneer, dat gebeurt bij mij ook wel eens. Nu ben ik niet meer de enige!
Docent staat voor de klas en tijdens het praten slaat zijn stem over door een verkoudheid. Leerling: Maakt niet uit meneer, dat gebeurt bij mij ook wel eens. Nu ben ik niet meer de enige!
Docent staat voor de klas en tijdens het praten slaat zijn stem over door een verkoudheid. Leerling: Maakt niet uit meneer, dat gebeurt bij mij ook wel eens. Nu ben ik niet meer de enige!
Ik: De toets is begonnen dus we zijn helemaal stil. Je wil thuis niet moeten uitleggen dat je een één hebt gehaald omdat je jouw mond niet kon houden. Leerling Q. (14 jaar): Dat zouden mijn ouders wel snappen, ze kennen mij.
Ik: De toets is begonnen dus we zijn helemaal stil. Je wil thuis niet moeten uitleggen dat je een één hebt gehaald omdat je jouw mond niet kon houden. Leerling Q. (14 jaar): Dat zouden mijn ouders wel snappen, ze kennen mij.
Docent: Horige boeren waren verplicht om herendiensten te doen. Leerling K. (13 jaar): Zoals deuren openhouden enzo?
Docent: Horige boeren waren verplicht om herendiensten te doen. Leerling K. (13 jaar): Zoals deuren openhouden enzo?
Leerling B. (12 jaar) wijst naar een vraag op de toets: Wat is deze? Ik: Daar kan ik geen antwoord op geven. Leerling B.: Maar ík weet het antwoord niet!!!
Leerling B. (12 jaar) wijst naar een vraag op de toets: Wat is deze? Ik: Daar kan ik geen antwoord op geven. Leerling B.: Maar ík weet het antwoord niet!!!
Leerling W. (14 jaar): Wow, heeft u ook een Apple Watch? Leerling D. (14 jaar): Ja W., nu ben je niet meer uniek! Ik: Maar meneer G. heeft er toch ook eentje? Leerling W.: Ja maar dat is een één serie, dus dat telt niet. Ik: Ik heb ook een één serie… Maar dat maakt toch niet uit? Die is[…]
Leerling W. (14 jaar): Wow, heeft u ook een Apple Watch? Leerling D. (14 jaar): Ja W., nu ben je niet meer uniek! Ik: Maar meneer G. heeft er toch ook eentje? Leerling W.: Ja maar dat is een één serie, dus dat telt niet. Ik: Ik heb ook een één serie… Maar dat maakt toch niet uit? Die is[…]
Docent kijkt bewonderend toe hoe de bomen van leerlingen langs haar het lokaal in lopen: Jeetje, jullie lijken elke les weer langer geworden. Dan komt kleinere leerling N. (14 jaar) er achter vandaan gehuppeld en roept lachend: Behalve ik mevrouw!
Docent kijkt bewonderend toe hoe de bomen van leerlingen langs haar het lokaal in lopen: Jeetje, jullie lijken elke les weer langer geworden. Dan komt kleinere leerling N. (14 jaar) er achter vandaan gehuppeld en roept lachend: Behalve ik mevrouw!
Leerling S. (12 jaar): Mevrouw, mijn geo doet het niet meer. Ik: De geodriehoek doet het niet meer? Leerling S.: Nee, alle getallen staan opeens op z’n kop. Dat was vorige keer nog niet zo. Denk ik… Leerling S. (12 jaar): Mevrouw, mijn geo doet het niet meer. Ik: De geodriehoek doet het niet meer? Leerling S.: Nee, alle getallen[…]
Leerling S. (12 jaar): Mevrouw, mijn geo doet het niet meer. Ik: De geodriehoek doet het niet meer? Leerling S.: Nee, alle getallen staan opeens op z’n kop. Dat was vorige keer nog niet zo. Denk ik… Leerling S. (12 jaar): Mevrouw, mijn geo doet het niet meer. Ik: De geodriehoek doet het niet meer? Leerling S.: Nee, alle getallen[…]
Leerling Q. (14 jaar), terwijl ik de toets uitdeel: Mevrouw, mevrouw, zit er een nietje in? Ik: Nee. Leerling Q.: Yes, geen nietje!
Leerling Q. (14 jaar), terwijl ik de toets uitdeel: Mevrouw, mevrouw, zit er een nietje in? Ik: Nee. Leerling Q.: Yes, geen nietje!
Leerling S. (14 jaar): Mevrouw heeft u een Samsung lader voor mij? Leerling N. (14 jaar): Nee, ze heeft altijd alleen Apples. Ondertussen zoek ik in mijn tas. Leerling N.: Onvoorstelbaar die jongen. Dat je je boeken vergeet oké, maar vergeten je telefoon op te laden?!
Leerling S. (14 jaar): Mevrouw heeft u een Samsung lader voor mij? Leerling N. (14 jaar): Nee, ze heeft altijd alleen Apples. Ondertussen zoek ik in mijn tas. Leerling N.: Onvoorstelbaar die jongen. Dat je je boeken vergeet oké, maar vergeten je telefoon op te laden?!
Leerlingen kijken naar een uitleg filmpje van mij tijdens de les. De rest is aan de slag met de opdrachten. Leerling I. (14 jaar): Ik heb mij op u geabonneerd. Leerling T. (14 jaar): U heeft een hond hè? Ik hoor hem op lopen op de achtergrond. Leerling F. (14 jaar): Heeft u huisdieren? Ik hoor iets. Ik: Klopt, daarom[…]
Leerlingen kijken naar een uitleg filmpje van mij tijdens de les. De rest is aan de slag met de opdrachten. Leerling I. (14 jaar): Ik heb mij op u geabonneerd. Leerling T. (14 jaar): U heeft een hond hè? Ik hoor hem op lopen op de achtergrond. Leerling F. (14 jaar): Heeft u huisdieren? Ik hoor iets. Ik: Klopt, daarom[…]
Ik: Breuken delen door een hele is eigenlijk best logisch. Want als je tweevijfde van de taart over hebt en wij delen deze met z’n tweeen dan krijg je immers ook een vijfde van de taart. Alleen in dit geval niet want als je taart met mij deelt dan eet ik alles op. Leerling R. (13 jaar): Ahhh… Nu snap[…]
Ik: Breuken delen door een hele is eigenlijk best logisch. Want als je tweevijfde van de taart over hebt en wij delen deze met z’n tweeen dan krijg je immers ook een vijfde van de taart. Alleen in dit geval niet want als je taart met mij deelt dan eet ik alles op. Leerling R. (13 jaar): Ahhh… Nu snap[…]
Leerling L. (15 jaar) maakt een grappige opmerking ten koste van mij. Leerling R. (13 jaar): Ja, mevrouw, nu heeft u weer iets om over te schrijven op uw blog!
Leerling L. (15 jaar) maakt een grappige opmerking ten koste van mij. Leerling R. (13 jaar): Ja, mevrouw, nu heeft u weer iets om over te schrijven op uw blog!
Sommige leerlingen kijken en luisteren naar een instructiefilmpje van mij tijdens de les. Tegelijkertijd ben ik bij een andere leerling om hem verder te helpen met een som. Leerling Q. zit er vlakbij en onderbreekt mij. Leerling Q. (14 jaar): Mevrouw, ik vind het heel verwarrend om u meerdere keren tegelijkertijd te horen dus zou u willen stoppen met praten[…]
Sommige leerlingen kijken en luisteren naar een instructiefilmpje van mij tijdens de les. Tegelijkertijd ben ik bij een andere leerling om hem verder te helpen met een som. Leerling Q. zit er vlakbij en onderbreekt mij. Leerling Q. (14 jaar): Mevrouw, ik vind het heel verwarrend om u meerdere keren tegelijkertijd te horen dus zou u willen stoppen met praten[…]
Leerling zit mij aan te staren. Ik ben bezig om de resultaten van een toets in te vullen in Excel. In de kantlijn staat per vraag hoeveel punten de leerling krijgt. Ik typ deze snel in en Excel berekend het puntentotaal, het cijfer, het gemiddelde van de klas en de gemiddelde score per vraag. Ik ben redelijk getraind in het[…]
Leerling zit mij aan te staren. Ik ben bezig om de resultaten van een toets in te vullen in Excel. In de kantlijn staat per vraag hoeveel punten de leerling krijgt. Ik typ deze snel in en Excel berekend het puntentotaal, het cijfer, het gemiddelde van de klas en de gemiddelde score per vraag. Ik ben redelijk getraind in het[…]
Leerling K. (12 jaar): Mevrouw ik heb een vraag. Het heeft alleen echt niets met dit onderwerp te maken. Mag ik het toch vragen? Ik: Laten we het proberen. Leerling K.: Is dat een Apple Watch om uw pols? Ik: Ja. Leerling K.: Beast. Leerling R.: Wow, u bent echt aan!
Leerling K. (12 jaar): Mevrouw ik heb een vraag. Het heeft alleen echt niets met dit onderwerp te maken. Mag ik het toch vragen? Ik: Laten we het proberen. Leerling K.: Is dat een Apple Watch om uw pols? Ik: Ja. Leerling K.: Beast. Leerling R.: Wow, u bent echt aan!
We lopen het pretpark binnen. Vraagt J. (12 jaar) aan mij: Oh leuk! Mevrouw, moeten we nu eerst in de rij om een bandje te krijgen voor onze lengte? Ik: Uhhhh…. Nee. Dat doen we eigenlijk nooit op de middelbare school… Leerling J.: Yes! Dan kan ik eindelijk overal in!
We lopen het pretpark binnen. Vraagt J. (12 jaar) aan mij: Oh leuk! Mevrouw, moeten we nu eerst in de rij om een bandje te krijgen voor onze lengte? Ik: Uhhhh…. Nee. Dat doen we eigenlijk nooit op de middelbare school… Leerling J.: Yes! Dan kan ik eindelijk overal in!
We zitten in de auto terug naar school. Leerling B. (13 jaar) ziet een nieuw model auto rijden voor ons: Ik maak even een foto hoor. Op trajectcontroletraject van de A2 probeer ik dichterbij te kruipen voor een betere foto en haal hem in voor foto uit een andere hoek. We praten over carspotting. Leerling B.: Sommige leerlingen die auto’s[…]
We zitten in de auto terug naar school. Leerling B. (13 jaar) ziet een nieuw model auto rijden voor ons: Ik maak even een foto hoor. Op trajectcontroletraject van de A2 probeer ik dichterbij te kruipen voor een betere foto en haal hem in voor foto uit een andere hoek. We praten over carspotting. Leerling B.: Sommige leerlingen die auto’s[…]
Een collega neemt een les over van een andere collega. Hij weet niet veel over dat vak maar komt door het onderwerp in verhalen van vroeger terecht. Hij vertelt over een aantal jaar geleden dat hij regelmatig in Oost-Europa kwam. Docent: En toen hebben we een rauw varkensoor gegeten. Leerling, vol afschuw: Wow! Maar leeft u dan nog wel?
Een collega neemt een les over van een andere collega. Hij weet niet veel over dat vak maar komt door het onderwerp in verhalen van vroeger terecht. Hij vertelt over een aantal jaar geleden dat hij regelmatig in Oost-Europa kwam. Docent: En toen hebben we een rauw varkensoor gegeten. Leerling, vol afschuw: Wow! Maar leeft u dan nog wel?
Leerling 1: Voor project hebben we uw geboorte datum nodig. Ik: 22 april 1988 Leerling 2: Wow, dan bent u eigenlijk nog best jong! Leerling 2: Gelooft u dat meneer G uit ’92 komt? Ik, om ze nog even te laten denken: Hoe oud is hij dan als hij uit ’92 komt? Leerling 1: Iets in de twintig ofzo. Ik:[…]
Leerling 1: Voor project hebben we uw geboorte datum nodig. Ik: 22 april 1988 Leerling 2: Wow, dan bent u eigenlijk nog best jong! Leerling 2: Gelooft u dat meneer G uit ’92 komt? Ik, om ze nog even te laten denken: Hoe oud is hij dan als hij uit ’92 komt? Leerling 1: Iets in de twintig ofzo. Ik:[…]
M. (13 jaar): Mevrouw kijkt u The 100? Ik: Op Netflix? Nee, maar hoorde gister van J. dat ik dat zeker moet doen. T. (13 jaar): Ja echt, want … (begint heel onbegrijpelijk verhaal over verhoudingen, mensen op een chip, liefde en bedrog) Ik: Ik weet het niet, T. verkoopt het niet zo goed. Het klonk nou nog niet echt[…]
M. (13 jaar): Mevrouw kijkt u The 100? Ik: Op Netflix? Nee, maar hoorde gister van J. dat ik dat zeker moet doen. T. (13 jaar): Ja echt, want … (begint heel onbegrijpelijk verhaal over verhoudingen, mensen op een chip, liefde en bedrog) Ik: Ik weet het niet, T. verkoopt het niet zo goed. Het klonk nou nog niet echt[…]
Ik hoor leerlingen praten over Pogba, grote bedragen en ervaringspunten, ik spreek ze aan: We hebben geen tijd voor virtueel voetbal nu, we hebben tijd voor wiskunde. Leerling D. (13 jaar) kijkt geschrokken op: Kent u Pogba?! Ik: Ik weet dat het een voetballer is. Leerling D.: Bent u met Pogba getrouwd? Ik, met mijn mond vol tanden: Uhh… Ik[…]
Ik hoor leerlingen praten over Pogba, grote bedragen en ervaringspunten, ik spreek ze aan: We hebben geen tijd voor virtueel voetbal nu, we hebben tijd voor wiskunde. Leerling D. (13 jaar) kijkt geschrokken op: Kent u Pogba?! Ik: Ik weet dat het een voetballer is. Leerling D.: Bent u met Pogba getrouwd? Ik, met mijn mond vol tanden: Uhh… Ik[…]
Bij ons op school werken twee docenten met dezelfde achternaam (van D.), vader en zoon. Senior geeft les in de onderbouw, junior in de bovenbouw. Junior neemt een les over van een collega, de klas kent hem niet maar zijn vader wel. Leerling 1 (15 jaar): Bent u de zoon van meneer van D.? Docent: Ja. Leerling 2: U lijkt[…]
Bij ons op school werken twee docenten met dezelfde achternaam (van D.), vader en zoon. Senior geeft les in de onderbouw, junior in de bovenbouw. Junior neemt een les over van een collega, de klas kent hem niet maar zijn vader wel. Leerling 1 (15 jaar): Bent u de zoon van meneer van D.? Docent: Ja. Leerling 2: U lijkt[…]
Leerling D. (14 jaar): Mevrouw, mag ik zo’n witte labjas aan? Ik: Huh? Hoezo dan? We werken vandaag met elektriciteit, je bent lampjes aan het aansluiten. Leerling D.: Dat weet ik, maar dan voel ik mij helemaal wetenschappelijk! Uiteraard stem ik in en roept hij mij later: Kijk! Ik kan naar het gala, ik heb mijn witte jurk al aan.[…]
Leerling D. (14 jaar): Mevrouw, mag ik zo’n witte labjas aan? Ik: Huh? Hoezo dan? We werken vandaag met elektriciteit, je bent lampjes aan het aansluiten. Leerling D.: Dat weet ik, maar dan voel ik mij helemaal wetenschappelijk! Uiteraard stem ik in en roept hij mij later: Kijk! Ik kan naar het gala, ik heb mijn witte jurk al aan.[…]
Ik zie twee leerlingen stoeien op de gang: Niet doen jongens! Leerling D. (14 jaar): Mist u mij niet, nu u mij niet meer in de klas heeft? Ik: Nou, niet als ik je zo bezig zie! Leerling D.: Ik vind het wel jammer hoor! Ik: Je hebt toch het vak niet voor mij gekozen hè? Leerling D.: Nou… Leerling[…]
Ik zie twee leerlingen stoeien op de gang: Niet doen jongens! Leerling D. (14 jaar): Mist u mij niet, nu u mij niet meer in de klas heeft? Ik: Nou, niet als ik je zo bezig zie! Leerling D.: Ik vind het wel jammer hoor! Ik: Je hebt toch het vak niet voor mij gekozen hè? Leerling D.: Nou… Leerling[…]
Leerling (13 jaar): Mag ik in de hoek zitten? Ik: Hoezo wil je dat? Leerling: Het is de enige plek in het lokaal waar het negentig graden is.
Leerling (13 jaar): Mag ik in de hoek zitten? Ik: Hoezo wil je dat? Leerling: Het is de enige plek in het lokaal waar het negentig graden is.
Leerling L. (12 jaar): Mevrouw! Zorg dat we nooit meer invalles wiskunde hebben van leraar dinges! Ik: Hoezo dan? Leerling L.: We hoefden alleen maar spelletjes te spelen! Leerling P. (12 jaar): Ja! Het was juist leuk! Leerling L.: Nee, want ik sta niet goed voor wiskunde!
Leerling L. (12 jaar): Mevrouw! Zorg dat we nooit meer invalles wiskunde hebben van leraar dinges! Ik: Hoezo dan? Leerling L.: We hoefden alleen maar spelletjes te spelen! Leerling P. (12 jaar): Ja! Het was juist leuk! Leerling L.: Nee, want ik sta niet goed voor wiskunde!
Docent: “Jullie folder over Rome is prima, alleen het einde van het verhaal van Romulus en Remus klopt niet helemaal. Ze leefden niet nog lang en gelukkig, Remus ging dood.” Leerling A. (12 jaar): “Maar u zei dat we niet alles letterlijk van internet af mochten halen.” Docent: “Dat betekent niet dat je het einde van het verhaal kan veranderen…”
Docent: “Jullie folder over Rome is prima, alleen het einde van het verhaal van Romulus en Remus klopt niet helemaal. Ze leefden niet nog lang en gelukkig, Remus ging dood.” Leerling A. (12 jaar): “Maar u zei dat we niet alles letterlijk van internet af mochten halen.” Docent: “Dat betekent niet dat je het einde van het verhaal kan veranderen…”
P. (12 jaar): Hoezo hebben we u morgen niet? Ik: Ik moet zelf naar school voor een cursus. P.: Oh, wat leuk! Ik: Dat weet ik nog niet, leren is niet altijd leuk. P.: Dat is waar. De leraar van mijn broer zegt altijd dat je niet mag lachen op school, want school is niet leuk.
P. (12 jaar): Hoezo hebben we u morgen niet? Ik: Ik moet zelf naar school voor een cursus. P.: Oh, wat leuk! Ik: Dat weet ik nog niet, leren is niet altijd leuk. P.: Dat is waar. De leraar van mijn broer zegt altijd dat je niet mag lachen op school, want school is niet leuk.
Ik: Deze opdrachten zijn ook het huiswerk voor na de vakantie. Zie het als een kerstcadeau. Leerling D. (13 jaar): Dat had u nou niet hoeven doen. Ik: Ach, ik ben vrijgevig in deze tijd. Leerling D-2. (13 jaar): Als u zo vrijgevig bent, dan kunt u ons toch ook wel vrij-geven.
Ik: Deze opdrachten zijn ook het huiswerk voor na de vakantie. Zie het als een kerstcadeau. Leerling D. (13 jaar): Dat had u nou niet hoeven doen. Ik: Ach, ik ben vrijgevig in deze tijd. Leerling D-2. (13 jaar): Als u zo vrijgevig bent, dan kunt u ons toch ook wel vrij-geven.
Ik: Oké, dames en heren, ik wil graag de les beginnen. Leerling R. (13 jaar): Wacht mevrouw! Heeft u nou een Apple Watch? Ik: Ja, dat klopt. Leerling L. (13 jaar): Vet cool, dan kunt u daar notities opmaken! Ik: Uhhh… Geen idee, ik heb dat nog niet echt uitgezocht. Volgens mij heb ik geen notitieapp. Leerling R.: Oohh… Mag[…]
Ik: Oké, dames en heren, ik wil graag de les beginnen. Leerling R. (13 jaar): Wacht mevrouw! Heeft u nou een Apple Watch? Ik: Ja, dat klopt. Leerling L. (13 jaar): Vet cool, dan kunt u daar notities opmaken! Ik: Uhhh… Geen idee, ik heb dat nog niet echt uitgezocht. Volgens mij heb ik geen notitieapp. Leerling R.: Oohh… Mag[…]
We gebruiken voor een stuk wiskundeuitleg de leeftijden van de ouders van de leerlingen. De verschillen in leeftijd wekken veel verbazing op. Leerling C. (13 jaar): Mijn vader is echt al oud. Hij krijgt al grijze haren. Ik: wist je, sommige mensen krijgen al vanaf hun dertigste grijze haren. Leerling N. (13 jaar) begint heel aandachtig mijn haar te bestuderen.[…]
We gebruiken voor een stuk wiskundeuitleg de leeftijden van de ouders van de leerlingen. De verschillen in leeftijd wekken veel verbazing op. Leerling C. (13 jaar): Mijn vader is echt al oud. Hij krijgt al grijze haren. Ik: wist je, sommige mensen krijgen al vanaf hun dertigste grijze haren. Leerling N. (13 jaar) begint heel aandachtig mijn haar te bestuderen.[…]
Docent: Wij gaan het vandaag hebben over de oude Grieken. Leerling 1: Over mevrouw van Grieken? Docent, grappend: Die is ook oud, ja.
Docent: Wij gaan het vandaag hebben over de oude Grieken. Leerling 1: Over mevrouw van Grieken? Docent, grappend: Die is ook oud, ja.
Ik: Het maakt dus uit of je de lampjes parallel of in serie aansluit. Leerling N. (13 jaar): Wat heeft Siri* hier nou weer mee te maken? *Siri is een personal-assistant-toepassing voor op de iPhone en iPad. Met jouw stem kan je Siri opdrachten geven om informatie op te zoeken, iemand te bellen of andere toepassingen op de telefoon aan[…]
Ik: Het maakt dus uit of je de lampjes parallel of in serie aansluit. Leerling N. (13 jaar): Wat heeft Siri* hier nou weer mee te maken? *Siri is een personal-assistant-toepassing voor op de iPhone en iPad. Met jouw stem kan je Siri opdrachten geven om informatie op te zoeken, iemand te bellen of andere toepassingen op de telefoon aan[…]
Leerling Z. (12 jaar): Bent u eigenlijk mentor? Ik: Nee, dit is het eerste …. Leerling B. (12 jaar) onderbreekt als hij mij verkeerd verstaan heeft: WAT?! Heeft u een kind?! Ik: Nee, Z. vroeg of ik …. Leerling L. (12 jaar) onderbreekt mij, terwijl ze haar vinger heel hoog in de lucht heeft: Ja! Ja! Ik weet hoe uw[…]
Leerling Z. (12 jaar): Bent u eigenlijk mentor? Ik: Nee, dit is het eerste …. Leerling B. (12 jaar) onderbreekt als hij mij verkeerd verstaan heeft: WAT?! Heeft u een kind?! Ik: Nee, Z. vroeg of ik …. Leerling L. (12 jaar) onderbreekt mij, terwijl ze haar vinger heel hoog in de lucht heeft: Ja! Ja! Ik weet hoe uw[…]
Docent G.: Dit moest ik jullie doorgeven van mevrouw P., zij is ziek thuis vandaag. Leerling L. (13 jaar): Maar wat bedoelt ze hier precies mee? Docent G.: Dat weet ik niet exact, ik zal haar even appen* om het te vragen. Leerling R. (13 jaar): WAT?! Appen jullie? Docent P.: Ja, docenten appen ook. Beide leerlingen: WAT!! Appt u[…]
Docent G.: Dit moest ik jullie doorgeven van mevrouw P., zij is ziek thuis vandaag. Leerling L. (13 jaar): Maar wat bedoelt ze hier precies mee? Docent G.: Dat weet ik niet exact, ik zal haar even appen* om het te vragen. Leerling R. (13 jaar): WAT?! Appen jullie? Docent P.: Ja, docenten appen ook. Beide leerlingen: WAT!! Appt u[…]
Ik: Sorry jongens, je weet dat je nooit dingen tot het laatste moment moet laten wachten. Maar ik heb echt net de toets pas geprint en natuurlijk vergeet ik dan de printer op nieten te zetten. Klas: Wat?! Kunnen printers nieten? Ik: Uhh… Ja. Dachten jullie dan dat wij al die papierwerk zelf met de hand netjes nieten? Klas: Ja…[…]
Ik: Sorry jongens, je weet dat je nooit dingen tot het laatste moment moet laten wachten. Maar ik heb echt net de toets pas geprint en natuurlijk vergeet ik dan de printer op nieten te zetten. Klas: Wat?! Kunnen printers nieten? Ik: Uhh… Ja. Dachten jullie dan dat wij al die papierwerk zelf met de hand netjes nieten? Klas: Ja…[…]
Leerling J. (14 jaar): Zo mevrouw, wat vindt u van mijn nieuwe kleertjes? Ik: Super cool, jongen! Leerling Q. (13 jaar): Is dat ook een nieuwe broek? J.: Nee. Q.: Nieuw shirt? J.: Nee. Maar wel een nieuwe trui!
Leerling J. (14 jaar): Zo mevrouw, wat vindt u van mijn nieuwe kleertjes? Ik: Super cool, jongen! Leerling Q. (13 jaar): Is dat ook een nieuwe broek? J.: Nee. Q.: Nieuw shirt? J.: Nee. Maar wel een nieuwe trui!
Docent: D., is die rolmaat van jou? Leerling D. (jongen, 14 jaar): Nee, die heeft een ander meisje. Oh… Wacht… Ik ben geen meisje.
Docent: D., is die rolmaat van jou? Leerling D. (jongen, 14 jaar): Nee, die heeft een ander meisje. Oh… Wacht… Ik ben geen meisje.
Leerling F. (15 jaar) tegen klasgenoot: Oh, hou je bek! Docent: Nee… Vogels hebben een bek, mensen hebben een mond. F.: Maar mevrouw, geef toe, het is toch ook een vreemde vogel?
Leerling F. (15 jaar) tegen klasgenoot: Oh, hou je bek! Docent: Nee… Vogels hebben een bek, mensen hebben een mond. F.: Maar mevrouw, geef toe, het is toch ook een vreemde vogel?
S. (12 jaar): Kunt u een radslag? Ik: Nee. S. tegen klasgenoot: Zie je wel dat ze niet álles kan! Ik grappend: Maar wel veel!
S. (12 jaar): Kunt u een radslag? Ik: Nee. S. tegen klasgenoot: Zie je wel dat ze niet álles kan! Ik grappend: Maar wel veel!
S. (13 jaar): Hoeveel vakken mogen we eigenlijk laten vallen? Ik: Je kiest vier van de zes vakken, dus je laat er twee vallen. S.: Huh? Maar we hebben veel meer vakken dan zes. Ik: Klopt, sommige vakken blijven verplicht zoals geschiedenis en aardrijkskunde. S.: Wat?! Waarom?! We leren van geschiedenis alleen maar hoe het anders moet. C. (13 jaar):[…]
S. (13 jaar): Hoeveel vakken mogen we eigenlijk laten vallen? Ik: Je kiest vier van de zes vakken, dus je laat er twee vallen. S.: Huh? Maar we hebben veel meer vakken dan zes. Ik: Klopt, sommige vakken blijven verplicht zoals geschiedenis en aardrijkskunde. S.: Wat?! Waarom?! We leren van geschiedenis alleen maar hoe het anders moet. C. (13 jaar):[…]
Leerling R. (14 jaar): Komen er ook vragen met 15 – iets ofzo? Ik: Nee, er zitten geen rekenvragen in de toets. R.: U maakt mijn dag zo blij! Ik: Ik ben blij dat de dag blij is!
Leerling R. (14 jaar): Komen er ook vragen met 15 – iets ofzo? Ik: Nee, er zitten geen rekenvragen in de toets. R.: U maakt mijn dag zo blij! Ik: Ik ben blij dat de dag blij is!
Ik: Op de basisschool heb je misschien geleerd dat je het kleine getal altijd van het grote getal moet afhalen. Dat moet je nu vergeten, als ik vijf min zeven zeg, dan moet je ook zeven van vijf afhalen. Volgorde is heel belangrijk! Leerling R. (13 jaar): Alweer? Waarom leren ze ons steeds eerst onzin?
Ik: Op de basisschool heb je misschien geleerd dat je het kleine getal altijd van het grote getal moet afhalen. Dat moet je nu vergeten, als ik vijf min zeven zeg, dan moet je ook zeven van vijf afhalen. Volgorde is heel belangrijk! Leerling R. (13 jaar): Alweer? Waarom leren ze ons steeds eerst onzin?
Leerling R. (12 jaar): Wij moesten voor bio dit weekend bladeren zoeken. Dat heb ik gedaan en ik liet ze drogen in de garage. Alleen toen ging mijn opa de tuin doen met de bladblazer en hij wist niet van mijn herbarium… Klas: gniffelt. R.: Ja lach maar, maar jullie hebben het makkelijk. Jullie wonen in Aalsmeer, maar bij ons[…]
Leerling R. (12 jaar): Wij moesten voor bio dit weekend bladeren zoeken. Dat heb ik gedaan en ik liet ze drogen in de garage. Alleen toen ging mijn opa de tuin doen met de bladblazer en hij wist niet van mijn herbarium… Klas: gniffelt. R.: Ja lach maar, maar jullie hebben het makkelijk. Jullie wonen in Aalsmeer, maar bij ons[…]
Docent: Hoe zou de gemeente kunnen saneren? Leerling: Nou, met de wc, het bad en de wasbak.
Docent: Hoe zou de gemeente kunnen saneren? Leerling: Nou, met de wc, het bad en de wasbak.
M. (15 jaar): Mevrouw! Ik wil later echt in een rijtjeswoning wonen! Ik: Oh? Hoezo? M.: Nou, als ik bij R. ben is het zo leuk dat je de buren kan horen als ze iets doen. Ik ga dan altijd veel lawaai maken als ik bij haar ben. Zo gezellig!
M. (15 jaar): Mevrouw! Ik wil later echt in een rijtjeswoning wonen! Ik: Oh? Hoezo? M.: Nou, als ik bij R. ben is het zo leuk dat je de buren kan horen als ze iets doen. Ik ga dan altijd veel lawaai maken als ik bij haar ben. Zo gezellig!
Ik: Dit is je laatste waarschuwing, als het nu niet lukt moet ik je even buiten het lokaal zetten. R. (13 jaar): Dan word ik er uitgestuurd? Met kaarten? Ik: Ja, met een (uitstuur)kaart. R., houdt zijn handen alsof hij kaarten vast heeft en er naar kijkt: Hmmm… Heeft u dan een harten vijf?
Ik: Dit is je laatste waarschuwing, als het nu niet lukt moet ik je even buiten het lokaal zetten. R. (13 jaar): Dan word ik er uitgestuurd? Met kaarten? Ik: Ja, met een (uitstuur)kaart. R., houdt zijn handen alsof hij kaarten vast heeft en er naar kijkt: Hmmm… Heeft u dan een harten vijf?
S. (12 jaar): Mevrouw, mijn iPad is stuk, ik kan geen filmpjes meer afspelen. Ik: Wat raar! Kan je het mij laten zien? S.: Ja hoor. … klik klik … Oh… laat maar, hij doet het. Ik: Vervelend hè, als het wel werkt als ik er bij ben. S.: Ja! Thuis doet hij het echt niet! R. (11 jaar): Dan[…]
S. (12 jaar): Mevrouw, mijn iPad is stuk, ik kan geen filmpjes meer afspelen. Ik: Wat raar! Kan je het mij laten zien? S.: Ja hoor. … klik klik … Oh… laat maar, hij doet het. Ik: Vervelend hè, als het wel werkt als ik er bij ben. S.: Ja! Thuis doet hij het echt niet! R. (11 jaar): Dan[…]
C. (12 jaar): Mevrouw, dat mag toch niet van de wet? Ik: Wat? C.: Twee repetities op één dag. Ik: Ik ben bang dat de wet zich daar niet echt mee bezig houdt… C.: De wetten van de school toch wel?
C. (12 jaar): Mevrouw, dat mag toch niet van de wet? Ik: Wat? C.: Twee repetities op één dag. Ik: Ik ben bang dat de wet zich daar niet echt mee bezig houdt… C.: De wetten van de school toch wel?
L. (13 jaar): Mevrouw, mijn moeder had op uw blog gezien dat ik genomineerd was voor nablijven. Kunt u niet gewoon zeggen dat ik goed oplet in de les? Ik: Je let ook goed op, zal ik dat dan plaatsen? L.: Ja graag.
L. (13 jaar): Mevrouw, mijn moeder had op uw blog gezien dat ik genomineerd was voor nablijven. Kunt u niet gewoon zeggen dat ik goed oplet in de les? Ik: Je let ook goed op, zal ik dat dan plaatsen? L.: Ja graag.
J. (14 jaar): Mevrouw! Ik heb u in de vakantie gevolgd via Instagram. Ik: Wat leuk! J.: Ja, gezellig he! Ik heb uw foto’s niet geliked hoor, dat is raar.
J. (14 jaar): Mevrouw! Ik heb u in de vakantie gevolgd via Instagram. Ik: Wat leuk! J.: Ja, gezellig he! Ik heb uw foto’s niet geliked hoor, dat is raar.
Ik tijdens de les: D. L. T. en D. Pas op, jullie staan op de nominatie om nog na de les wat langer bij mij te blijven. Na de les, D. (13 jaar): Moeten we nou nablijven? Ik: Jullie waren alleen nog maar genomineerd, jullie hebben niet gewonnen. T. (13 jaar): Dit is de eerste keer dat ik het niet[…]
Ik tijdens de les: D. L. T. en D. Pas op, jullie staan op de nominatie om nog na de les wat langer bij mij te blijven. Na de les, D. (13 jaar): Moeten we nou nablijven? Ik: Jullie waren alleen nog maar genomineerd, jullie hebben niet gewonnen. T. (13 jaar): Dit is de eerste keer dat ik het niet[…]
Ik: Andere docenten vertellen mij ook wel eens leuke verhalen die ik dan kan gebruiken voor mijn blog. Leerling (geheel anoniem) tegen mijn collega: Dat mag u écht niet doen! Anders pak ik uw telefoon af! Leerling tegen mij: Dit gaat u toch niet ook plaatsen hè?
Ik: Andere docenten vertellen mij ook wel eens leuke verhalen die ik dan kan gebruiken voor mijn blog. Leerling (geheel anoniem) tegen mijn collega: Dat mag u écht niet doen! Anders pak ik uw telefoon af! Leerling tegen mij: Dit gaat u toch niet ook plaatsen hè?
Een stagiair zit met een groepje van zeven leerlingen. Stagiair: Hoe heten jullie? De zeven leerlingen beginnen één voor één een naam te noemen die lijkt op hun eigen naam, maar net iets gekker is. Ik loop langs, hoor het aan en zeg: Zo! Jullie zijn echte grappenmakers hoor ik. Leerling P. (12 jaar): Zeker weten! Samen zijn wij Jochem[…]
Een stagiair zit met een groepje van zeven leerlingen. Stagiair: Hoe heten jullie? De zeven leerlingen beginnen één voor één een naam te noemen die lijkt op hun eigen naam, maar net iets gekker is. Ik loop langs, hoor het aan en zeg: Zo! Jullie zijn echte grappenmakers hoor ik. Leerling P. (12 jaar): Zeker weten! Samen zijn wij Jochem[…]
Ik: Dit is mijn tweede waarschuwing over het geluid, jullie gaan nu stiller werken. Ik geef nooit een derde waarschuwing, dan onderneem ik actie. Leerling maakt “doemgeluidje”: ta ta ta tammm Leerling S. (12 jaar): Doet u dan iets leuks? Klasgenoot giechelt. S. (12 jaar): Wat?! Dat kan toch!
Ik: Dit is mijn tweede waarschuwing over het geluid, jullie gaan nu stiller werken. Ik geef nooit een derde waarschuwing, dan onderneem ik actie. Leerling maakt “doemgeluidje”: ta ta ta tammm Leerling S. (12 jaar): Doet u dan iets leuks? Klasgenoot giechelt. S. (12 jaar): Wat?! Dat kan toch!
Leerling N. (13 jaar): Ik ga in de vakantie naar Egmond aan Zee. Denkt u dat ze daar wifi hebben? Ik: Misschien, hangt er vanaf waar je heen gaat. N.: Ja, Egmond aan Zee, meer weet ik ook niet hoor.
Leerling N. (13 jaar): Ik ga in de vakantie naar Egmond aan Zee. Denkt u dat ze daar wifi hebben? Ik: Misschien, hangt er vanaf waar je heen gaat. N.: Ja, Egmond aan Zee, meer weet ik ook niet hoor.
Ik: En dan nu graag alle aandacht naar het smartboard. Leerling T. (13 jaar): Ja, dat lijkt mij wel smart!
Ik: En dan nu graag alle aandacht naar het smartboard. Leerling T. (13 jaar): Ja, dat lijkt mij wel smart!
Ik: Tip voor de rest van je onderwijstijd; controleer altijd of de punten goed geteld zijn op je toets. Docenten lijken soms net mensen en maken wel eens een fout. Leerling B. (12 jaar): Echt?! Ik dacht dat het allemaal aliens waren die alles weten, kunnen, begrijpen en die geen fouten maken.
Ik: Tip voor de rest van je onderwijstijd; controleer altijd of de punten goed geteld zijn op je toets. Docenten lijken soms net mensen en maken wel eens een fout. Leerling B. (12 jaar): Echt?! Ik dacht dat het allemaal aliens waren die alles weten, kunnen, begrijpen en die geen fouten maken.
Aan mij was vandaag de eer om aan klassen de schoolfoto’s uit te delen. Ook al wist ik beter, deed ik dit toch aan het begin van het lesuur. De klas werd hier natuurlijk vrij onrustig van. Leerling: Ieeeel! Kijk mijn hoofd! Leerling 2: WoW wat sta ik er goed op! Leerling 3: Kijk hoe klein mijn klassenfoto is, die[…]
Aan mij was vandaag de eer om aan klassen de schoolfoto’s uit te delen. Ook al wist ik beter, deed ik dit toch aan het begin van het lesuur. De klas werd hier natuurlijk vrij onrustig van. Leerling: Ieeeel! Kijk mijn hoofd! Leerling 2: WoW wat sta ik er goed op! Leerling 3: Kijk hoe klein mijn klassenfoto is, die[…]
Klas bij binnenkomst: IELLL, mevrouw waarom stinkt het hier zo? Ik: Dat komt omdat hier net bovenbouwers hard aan het werk waren. Leerling: Dat komt gewoon omdat ze stom zijn, als je stom bent zweet je harder. Er staat een bovenbouwer in de deuropening. Klas: JIJ STINKT!
Klas bij binnenkomst: IELLL, mevrouw waarom stinkt het hier zo? Ik: Dat komt omdat hier net bovenbouwers hard aan het werk waren. Leerling: Dat komt gewoon omdat ze stom zijn, als je stom bent zweet je harder. Er staat een bovenbouwer in de deuropening. Klas: JIJ STINKT!
L. (12 jaar): Voelt u zich alweer wat beter? Ik: Ja zeker. L.: Goed zo, ik ben trots op u!
L. (12 jaar): Voelt u zich alweer wat beter? Ik: Ja zeker. L.: Goed zo, ik ben trots op u!
Docent: Waarom was je er niet bij de sportdag? Leerling: Ik had een belangrijke afspraak bij de kapper, die kon ik echt niet afzeggen.
Docent: Waarom was je er niet bij de sportdag? Leerling: Ik had een belangrijke afspraak bij de kapper, die kon ik echt niet afzeggen.
B. (14 jaar): Mevrouw, ik hoorde dat u overstuur was. Collega: Nou nee hoor. B.: Oh ja, overspannen. Collega: Dat is ‘m inderdaad wel!
B. (14 jaar): Mevrouw, ik hoorde dat u overstuur was. Collega: Nou nee hoor. B.: Oh ja, overspannen. Collega: Dat is ‘m inderdaad wel!
Leerling J. (13 jaar): Mevrouw, waarom loopt u met twee kopjes drinken? Ik: Eentje voor iemand anders, dat is wel zo sociaal. J.: Sociaal? Daar heb ik wel van gehoord hoor, dat ken ik wel.
Leerling J. (13 jaar): Mevrouw, waarom loopt u met twee kopjes drinken? Ik: Eentje voor iemand anders, dat is wel zo sociaal. J.: Sociaal? Daar heb ik wel van gehoord hoor, dat ken ik wel.
Ik: Pak je agenda, we gaan een toets plannen. Leerling K. (12 jaar): Maar is dat dan een SO? Of een schriftelijke overhoring. Ik: Een schriftelijke overhoring, dat is een SO. K.: Dus we moeten dat in ons schrift maken? Ik: Nee, je krijgt een blaadje hoor.
Ik: Pak je agenda, we gaan een toets plannen. Leerling K. (12 jaar): Maar is dat dan een SO? Of een schriftelijke overhoring. Ik: Een schriftelijke overhoring, dat is een SO. K.: Dus we moeten dat in ons schrift maken? Ik: Nee, je krijgt een blaadje hoor.
Ik, aan het eind van een uitleg: Zijn er nog vragen of opmerkingen hier over? Leerling L. (13 jaar) zegt hardop door de klas: Nou… (blijft stil) Ik: Ja…? L.: Tja… Ik probeerde iets intelligents te gaan zeggen, maar het lukte niet.
Ik, aan het eind van een uitleg: Zijn er nog vragen of opmerkingen hier over? Leerling L. (13 jaar) zegt hardop door de klas: Nou… (blijft stil) Ik: Ja…? L.: Tja… Ik probeerde iets intelligents te gaan zeggen, maar het lukte niet.
Leerling B. (12 jaar): Hmmm… … Het staat op het puntje van mijn tong. Ik: Echt waar? Laat zien. B. steekt tong uit: Kwijk mwaar. Ik: Ik zie hem niet. B.: Nou dan weet ik het ook niet meer.
Leerling B. (12 jaar): Hmmm… … Het staat op het puntje van mijn tong. Ik: Echt waar? Laat zien. B. steekt tong uit: Kwijk mwaar. Ik: Ik zie hem niet. B.: Nou dan weet ik het ook niet meer.
Ik kom oud-leerling P. (17 jaar) tegen op zaterdagavond in de feesttent van ons dorp P.: Wat doet u nou hier? Ik: Wat denk je? P.: Nou feesten! Het is ook logisch, u was altijd al het enige feestbeest van de docenten!
Ik kom oud-leerling P. (17 jaar) tegen op zaterdagavond in de feesttent van ons dorp P.: Wat doet u nou hier? Ik: Wat denk je? P.: Nou feesten! Het is ook logisch, u was altijd al het enige feestbeest van de docenten!
Ik kijk met een collega naar de gekke jasjes die zij mee heeft genomen. V.: Wat doet u? Ik: Ik moet morgen quizmaster zijn en ik dacht als ik het doe, doe ik het goed. Dus met glitterjasje en alles. V.: Dat lijkt mij niet nodig, u ziet er altijd al grappig uit. Ik: Ik vat het maar op als[…]
Ik kijk met een collega naar de gekke jasjes die zij mee heeft genomen. V.: Wat doet u? Ik: Ik moet morgen quizmaster zijn en ik dacht als ik het doe, doe ik het goed. Dus met glitterjasje en alles. V.: Dat lijkt mij niet nodig, u ziet er altijd al grappig uit. Ik: Ik vat het maar op als[…]
Verschillende gesprekken, verschillende leerlingen uit verschillende leerjaren op verschillende momenten en verschillende dagen. Sommige vragen niet eens óf ik het speel maar gaan daar gewoon al van uit. ………………………………… Leerling 1: Speelt u Pokemon? Ik: Ja, sinds kort heb ik het ook. Leerling 2: Vet! ………………………………… Leerling: In welk team zit u? Ik: Geel. Leerling: Yes! Ik ook! ………………………………… Leerling:[…]
Verschillende gesprekken, verschillende leerlingen uit verschillende leerjaren op verschillende momenten en verschillende dagen. Sommige vragen niet eens óf ik het speel maar gaan daar gewoon al van uit. ………………………………… Leerling 1: Speelt u Pokemon? Ik: Ja, sinds kort heb ik het ook. Leerling 2: Vet! ………………………………… Leerling: In welk team zit u? Ik: Geel. Leerling: Yes! Ik ook! ………………………………… Leerling:[…]
Leerlingen zijn na een aantal vrije dagen weer even op school voor het ophalen van rapport en het inleveren van de gehuurde boeken. Leerling tegen J.: Kom! We gaan naar huis! Leerling J.: En dan? Ik heb niets te doen. Leerling: Chill toch! J.: Nou… Ik verveel mij wel! Ik: Zullen we de vakantie dan maar uitstellen? J.: Nou, dat[…]
Leerlingen zijn na een aantal vrije dagen weer even op school voor het ophalen van rapport en het inleveren van de gehuurde boeken. Leerling tegen J.: Kom! We gaan naar huis! Leerling J.: En dan? Ik heb niets te doen. Leerling: Chill toch! J.: Nou… Ik verveel mij wel! Ik: Zullen we de vakantie dan maar uitstellen? J.: Nou, dat[…]
Leerling D.: Mevrouw, speelt u ook Pokemon? Leerling M.: Jaaa, zo bent u wel! Ik: Nog niet, ik wacht braaf tot hij echt uitkomt. Leerling D.: Maar dat hoeft niet, u moet gewoon… Ik: Dat weet ik, maar toch wacht ik gewoon. Leerling D2.: Als u het gaat spelen moet u wel in team Geel! Ik: Uit welke teams kan[…]
Leerling D.: Mevrouw, speelt u ook Pokemon? Leerling M.: Jaaa, zo bent u wel! Ik: Nog niet, ik wacht braaf tot hij echt uitkomt. Leerling D.: Maar dat hoeft niet, u moet gewoon… Ik: Dat weet ik, maar toch wacht ik gewoon. Leerling D2.: Als u het gaat spelen moet u wel in team Geel! Ik: Uit welke teams kan[…]
Vraag op de toets: Hoe noem je iemand die voor de overheid werkt? Vraag van de leerling: Moet ik dan een naam invullen?
Vraag op de toets: Hoe noem je iemand die voor de overheid werkt? Vraag van de leerling: Moet ik dan een naam invullen?
Leerling aan begin van les: Aan u de eer om onze allerlaatste les van dit jaar te geven J. (14 jaar) aan eind van les: Mevrouw, bedankt voor de afgelopen twee jaar, maar ik laat NaSk vallen dus dit is echt mijn allerlaatste les NaSk. Ik: Wat jammer! J.: Kijk mij! Ik sta te dansen naast mevrouw Schoonemann. Geen NaSk[…]
Leerling aan begin van les: Aan u de eer om onze allerlaatste les van dit jaar te geven J. (14 jaar) aan eind van les: Mevrouw, bedankt voor de afgelopen twee jaar, maar ik laat NaSk vallen dus dit is echt mijn allerlaatste les NaSk. Ik: Wat jammer! J.: Kijk mij! Ik sta te dansen naast mevrouw Schoonemann. Geen NaSk[…]
Ik: Stop met het leren van Aardrijkskunde en open je wiskundeboek. Leerling B. (14 jaar): Wat? Is dit geen wiskunde? Dan werkt mijn bril zeker niet. Terwijl ze verder leert, zet ze haar bril af en legt hem op tafel: Wacht even… Mijn bril doet het bijna weer…
Ik: Stop met het leren van Aardrijkskunde en open je wiskundeboek. Leerling B. (14 jaar): Wat? Is dit geen wiskunde? Dan werkt mijn bril zeker niet. Terwijl ze verder leert, zet ze haar bril af en legt hem op tafel: Wacht even… Mijn bril doet het bijna weer…
Docent: We doen eerst één zin samen en daarna ga je in je groepje aan de slag. Het groepje dat het beste scoort krijgt een traktatie. O., hoe moet het werkwoord in de tweede zin vervoegd worden? Leerling O. (14 jaar): Ja… Dat ga ik niet voorzeggen, dan weet de rest ook het antwoord.
Docent: We doen eerst één zin samen en daarna ga je in je groepje aan de slag. Het groepje dat het beste scoort krijgt een traktatie. O., hoe moet het werkwoord in de tweede zin vervoegd worden? Leerling O. (14 jaar): Ja… Dat ga ik niet voorzeggen, dan weet de rest ook het antwoord.
Leerling A: “Fijn weekend mevrouw”. Leerling B (even later als het lijkt alsof ik ze niet meer hoor): “Waarom zeg je dat, je cijfer wordt zo echt niet hoger hoor…” Wie weet er nog meer redenen om de docent een fijn weekend te wensen…?
Leerling A: “Fijn weekend mevrouw”. Leerling B (even later als het lijkt alsof ik ze niet meer hoor): “Waarom zeg je dat, je cijfer wordt zo echt niet hoger hoor…” Wie weet er nog meer redenen om de docent een fijn weekend te wensen…?
Ik: Je hebt een rood en een groen papiertje. Als je alles snapt leg je de groene bovenop, als je iets niet snapt de rode bovenop. Dan kom ik even helpen. Na tien minuten heeft D. (14 jaar) het rode papiertje bovenop liggen. Ik kom bij zijn tafel staan en kijk hem vragend aan. Leerling D.: Ik heb niets te[…]
Ik: Je hebt een rood en een groen papiertje. Als je alles snapt leg je de groene bovenop, als je iets niet snapt de rode bovenop. Dan kom ik even helpen. Na tien minuten heeft D. (14 jaar) het rode papiertje bovenop liggen. Ik kom bij zijn tafel staan en kijk hem vragend aan. Leerling D.: Ik heb niets te[…]
L. (14 jaar): Mevrouw, wilt u een foto van ons maken? Ik: Ja hoor. Ondertussen gaat het groepje meiden klaar staan met een achtbaan op de achtergrond. Ik: Uhh… Hoe moet ik een foto maken, jullie hebben niets gegeven om een foto mee te maken. B. (14 jaar): Huh! Maar u heeft toch altijd een camera bij u?
L. (14 jaar): Mevrouw, wilt u een foto van ons maken? Ik: Ja hoor. Ondertussen gaat het groepje meiden klaar staan met een achtbaan op de achtergrond. Ik: Uhh… Hoe moet ik een foto maken, jullie hebben niets gegeven om een foto mee te maken. B. (14 jaar): Huh! Maar u heeft toch altijd een camera bij u?
T. (14 jaar): Mevrouw, waarom schrijft u de L van liter als hoofdletter? Ik: Zo doen ze dat in het boek, dus ik dacht dat doe ik dan ook braaf… T.: Sinds wanneer doet u braaf wat er gezegd wordt? Ik: Ja dat weet ik eigenlijk ook niet, dat vroeg ik mij ook af toen ik het zei.
T. (14 jaar): Mevrouw, waarom schrijft u de L van liter als hoofdletter? Ik: Zo doen ze dat in het boek, dus ik dacht dat doe ik dan ook braaf… T.: Sinds wanneer doet u braaf wat er gezegd wordt? Ik: Ja dat weet ik eigenlijk ook niet, dat vroeg ik mij ook af toen ik het zei.
Leerling F. (15 jaar): Heeft u de toetsen al nagekeken? Ik: Huh? De toets was een uur geleden, ik kan niet toveren! Leerling met goocheltalent (en ambities) voegt toe: Maar ik wel!
Leerling F. (15 jaar): Heeft u de toetsen al nagekeken? Ik: Huh? De toets was een uur geleden, ik kan niet toveren! Leerling met goocheltalent (en ambities) voegt toe: Maar ik wel!
Ik: Het geluid dat je ontvangt wordt dan omgezet in een elektrische puls, want je hersenen werken alleen maar met elektrische pulsjes. O. (14 jaar): Wij zijn dus eigenlijk allemaal elektriciëns!
Ik: Het geluid dat je ontvangt wordt dan omgezet in een elektrische puls, want je hersenen werken alleen maar met elektrische pulsjes. O. (14 jaar): Wij zijn dus eigenlijk allemaal elektriciëns!
Leerling D. (14 jaar) komt lokaal binnen en geeft mij een hand: Gefeliciteerd mevrouw! Leerling B. (14 jaar): Waarmee? Bent u jarig? Leerling D.: Nee, omdat ze de knapste leerling van de school dit uur weer heeft!
Leerling D. (14 jaar) komt lokaal binnen en geeft mij een hand: Gefeliciteerd mevrouw! Leerling B. (14 jaar): Waarmee? Bent u jarig? Leerling D.: Nee, omdat ze de knapste leerling van de school dit uur weer heeft!
Docent: Kan geluid worden doorgegeven door een andere stof dan lucht? Wie denkt dat het waar is, steek je vinger op. Docent: Oké. Wie denkt dat het niet waar is? Ik zie een aantal vingers niet, deze leerlingen hebben geen mening? M. (14 jaar): Ik heb wel een mening, maar niet over dit onderwerp.
Docent: Kan geluid worden doorgegeven door een andere stof dan lucht? Wie denkt dat het waar is, steek je vinger op. Docent: Oké. Wie denkt dat het niet waar is? Ik zie een aantal vingers niet, deze leerlingen hebben geen mening? M. (14 jaar): Ik heb wel een mening, maar niet over dit onderwerp.
5 Eindexamenkandidaten: Mevrouw, heeft u voor ons allemaal een passer te leen? Ik: Ik heb er niet meer zoveel. Maar je examen is pas over twee uur, fiets nog even langs de Action om er eentje te kopen voor paar centen. Leerlingen: Nee … We gaan zo al pizza halen en dat is helemaal de andere kant op, mevrouw!
5 Eindexamenkandidaten: Mevrouw, heeft u voor ons allemaal een passer te leen? Ik: Ik heb er niet meer zoveel. Maar je examen is pas over twee uur, fiets nog even langs de Action om er eentje te kopen voor paar centen. Leerlingen: Nee … We gaan zo al pizza halen en dat is helemaal de andere kant op, mevrouw!
Docent: R., niet vergeten dat je vrijdag moet nablijven hè? R. (14 jaar): Dat ligt er aan, of de wereld vergaat of niet.
Docent: R., niet vergeten dat je vrijdag moet nablijven hè? R. (14 jaar): Dat ligt er aan, of de wereld vergaat of niet.
Docent: Hoe zou je het goed kunnen maken met jouw docent Duits? Leerling A. (14 jaar): Ik weet het niet… Door hem schnitzel te geven?
Docent: Hoe zou je het goed kunnen maken met jouw docent Duits? Leerling A. (14 jaar): Ik weet het niet… Door hem schnitzel te geven?
Docent: Reactievergelijkingen moet je zo goed kunnen, dat ik je ’s nachts kan opbellen om te vragen naar de reactievergelijking van de verbranding van methaan en jij noemt hem, kloppend en al. Leerling met paniekerige stem: Gaat u mij ’s nachts bellen?!!! Leerling naast haar: Heeft ze onze nummers dan?!
Docent: Reactievergelijkingen moet je zo goed kunnen, dat ik je ’s nachts kan opbellen om te vragen naar de reactievergelijking van de verbranding van methaan en jij noemt hem, kloppend en al. Leerling met paniekerige stem: Gaat u mij ’s nachts bellen?!!! Leerling naast haar: Heeft ze onze nummers dan?!
D. (14 jaar): Mevrouw, ik snap het niet. Dan heeft u wel slippers aan maar geen korte broek. Ik: Ik heb toch een korte broek aan? D.: Nee, dat is een driekwart broek uit 1999.
D. (14 jaar): Mevrouw, ik snap het niet. Dan heeft u wel slippers aan maar geen korte broek. Ik: Ik heb toch een korte broek aan? D.: Nee, dat is een driekwart broek uit 1999.
De bel gaat bijna, ik zeg: Fijne vakantie allemaal. Weinig reactie, dus ik zeg iets harder: Ik zeg fijne vakantie dus dan zeggen jullie? Klas in koor: Fijne verjaardag mevrouw!
De bel gaat bijna, ik zeg: Fijne vakantie allemaal. Weinig reactie, dus ik zeg iets harder: Ik zeg fijne vakantie dus dan zeggen jullie? Klas in koor: Fijne verjaardag mevrouw!
P. (13 jaar): Ik ga later gewoon hier wonen. M. (13 jaar): Nee joh, ik blijf gewoon in Nederland wonen hoor! R. (13 jaar): Dit is Nederland. M. : Nee man, het heet hier toch geen Nederland? Het heet Texel! R. : Bij ons heet het toch ook geen Nederland maar Aalsmeer?!
P. (13 jaar): Ik ga later gewoon hier wonen. M. (13 jaar): Nee joh, ik blijf gewoon in Nederland wonen hoor! R. (13 jaar): Dit is Nederland. M. : Nee man, het heet hier toch geen Nederland? Het heet Texel! R. : Bij ons heet het toch ook geen Nederland maar Aalsmeer?!
J. (14 jaar) loopt stampend door het lokaal. Docent: J., niet doen! J.: Sorry meneer, mijn voeten waren even asociaal.
J. (14 jaar) loopt stampend door het lokaal. Docent: J., niet doen! J.: Sorry meneer, mijn voeten waren even asociaal.
B. (14 jaar): Mogen we op mijn verjaardag wat leuks doen in de les? Ik: Wanneer ben je jarig? B.: 20 april. Ik: Oké, als we dan op mijn verjaardag een hele saaie les doen. B.: Wanneer bent u jarig? Ik: 22 april. M. (14 jaar): Wat doe je nou? Nu krijgen we een saaie les. B.: Nee dit is[…]
B. (14 jaar): Mogen we op mijn verjaardag wat leuks doen in de les? Ik: Wanneer ben je jarig? B.: 20 april. Ik: Oké, als we dan op mijn verjaardag een hele saaie les doen. B.: Wanneer bent u jarig? Ik: 22 april. M. (14 jaar): Wat doe je nou? Nu krijgen we een saaie les. B.: Nee dit is[…]
Leerling L. (15 jaar) tegen docente V: Volgens mij zit er een steekje bij u los! Leerling W. (15 jaar): Het zou mij verbazen als er überhaupt één vast zit!
Leerling L. (15 jaar) tegen docente V: Volgens mij zit er een steekje bij u los! Leerling W. (15 jaar): Het zou mij verbazen als er überhaupt één vast zit!
Ik: Een zuivere stof bestaat uit één soort moleculen en een mengsel uit meerdere molecuulsoorten. Er is één heel belangrijk mengsel die wij elke dag gebruiken en nodig hebben. Meerdere leerlingen in koor: Limonade! Ik: Uhm… Ik bedoelde eigenlijk lucht, aangezien niet iedereen elke dag limonade drinkt…
Ik: Een zuivere stof bestaat uit één soort moleculen en een mengsel uit meerdere molecuulsoorten. Er is één heel belangrijk mengsel die wij elke dag gebruiken en nodig hebben. Meerdere leerlingen in koor: Limonade! Ik: Uhm… Ik bedoelde eigenlijk lucht, aangezien niet iedereen elke dag limonade drinkt…
V. (15 jaar): Mevrouw, waar was u vanmorgen. Ik: Ik had een belangrijke bijeenkomst waardoor ik niet bij de les kon zijn. V.: Daarom liet u ons zomaar in de steek? Ik: Ja eigenlijk wel, erg hè. Sorry. Ik beloof dat ik er morgen tijdens de les gewoon ben. V.: Oh… Jammer!
V. (15 jaar): Mevrouw, waar was u vanmorgen. Ik: Ik had een belangrijke bijeenkomst waardoor ik niet bij de les kon zijn. V.: Daarom liet u ons zomaar in de steek? Ik: Ja eigenlijk wel, erg hè. Sorry. Ik beloof dat ik er morgen tijdens de les gewoon ben. V.: Oh… Jammer!
W. praat tegen een klasgenoot, maar zegt iets met een verkeerd woord. Docente: Volgens mij klopt het niet wat je zegt. W. (15 jaar) wijst naar haar hoofd en zegt: Weet u, ik heb gewoon niet zo’n groot woordenboek.
W. praat tegen een klasgenoot, maar zegt iets met een verkeerd woord. Docente: Volgens mij klopt het niet wat je zegt. W. (15 jaar) wijst naar haar hoofd en zegt: Weet u, ik heb gewoon niet zo’n groot woordenboek.
Leerling Y. vult een enquête over mij in. De stelling is: De docent laat het lokaal netjes achter. Y. (14 jaar) tegen haar buurvrouw Y: Doet ze dat? Buurvrouw Y.: Ja, we moeten altijd alles netjes zetten van haar. Leerling Y.: Nou, dan doet zij het toch niet! Buurvrouw Y.: Maar ze zorgt er dus wel voor dat het netjes[…]
Leerling Y. vult een enquête over mij in. De stelling is: De docent laat het lokaal netjes achter. Y. (14 jaar) tegen haar buurvrouw Y: Doet ze dat? Buurvrouw Y.: Ja, we moeten altijd alles netjes zetten van haar. Leerling Y.: Nou, dan doet zij het toch niet! Buurvrouw Y.: Maar ze zorgt er dus wel voor dat het netjes[…]
Ik: Ik wil graag dat jullie een digitale enquête invullen. Ik schrijf de website op het bord. Ik schrijf op het bord tin… En voordat ik verder kan schrijven roept M. (13 jaar): TINDER! Ze wil dat we naar Tinder gaan!
Ik: Ik wil graag dat jullie een digitale enquête invullen. Ik schrijf de website op het bord. Ik schrijf op het bord tin… En voordat ik verder kan schrijven roept M. (13 jaar): TINDER! Ze wil dat we naar Tinder gaan!
Leerling: Kunt u goed tegen 1 aprilgrappen? Klas: Neeeee, dat moet je juist niet vragen! Leerling: Oh… Denkt u dat mevrouw R. goed tegen 1 aprilgrappen kan?
Leerling: Kunt u goed tegen 1 aprilgrappen? Klas: Neeeee, dat moet je juist niet vragen! Leerling: Oh… Denkt u dat mevrouw R. goed tegen 1 aprilgrappen kan?
Ik: Vandaag bereiden we het practicum voor en vrijdag gaan jullie hem uitvoeren. R. (14 jaar): Wedden dat ze dan zegt: grapje, 1 april, we gaan gewoon les doen.
Ik: Vandaag bereiden we het practicum voor en vrijdag gaan jullie hem uitvoeren. R. (14 jaar): Wedden dat ze dan zegt: grapje, 1 april, we gaan gewoon les doen.
Leerling: Mevrouw, mogen we buiten rekenen, dan gaan we bloemetjes tellen.” Ik: Helaas, tellen is geen rekenen, dus blijven we maar binnen ?.”
Leerling: Mevrouw, mogen we buiten rekenen, dan gaan we bloemetjes tellen.” Ik: Helaas, tellen is geen rekenen, dus blijven we maar binnen ?.”
Leerling: Mevrouw, bent u vriendinnen met mevrouw Y.? Ik: We kunnen het goed vinden, ja. Leerling: Maar wat zocht u dan?
Leerling: Mevrouw, bent u vriendinnen met mevrouw Y.? Ik: We kunnen het goed vinden, ja. Leerling: Maar wat zocht u dan?
D. (14 jaar): Mevrouw, mogen we ook op de busbaan rennen in plaats van op het schoolplein? Ik: Dat lijkt mij geen goed plan, beetje te gevaarlijk. Dan krijg ik al jullie ouders op mijn dak! D.: Op uw dak? Ik denk eerder dat ze op uw stoep staan, ze hebben er niets aan om op uw dak te staan.
D. (14 jaar): Mevrouw, mogen we ook op de busbaan rennen in plaats van op het schoolplein? Ik: Dat lijkt mij geen goed plan, beetje te gevaarlijk. Dan krijg ik al jullie ouders op mijn dak! D.: Op uw dak? Ik denk eerder dat ze op uw stoep staan, ze hebben er niets aan om op uw dak te staan.
Ik: Welke opdrachten van het huiswerk waren lastig en moeten we bespreken? Ik dacht aan 5, 6 en 12. D. (14 jaar): En 8! Ik: Huh? Jij hebt het huiswerk niet gemaakt, dus hoe weet je dat je 8 moeilijk vindt? D.: Gewoon, mijn oren zeiden dat.
Ik: Welke opdrachten van het huiswerk waren lastig en moeten we bespreken? Ik dacht aan 5, 6 en 12. D. (14 jaar): En 8! Ik: Huh? Jij hebt het huiswerk niet gemaakt, dus hoe weet je dat je 8 moeilijk vindt? D.: Gewoon, mijn oren zeiden dat.
J. (13 jaar) tegen klasgenoot tijdens interview: Hoe kan het dat jij zo snel fietst? Ik: Snel fietst? R. (13 jaar): Ja! Het is echt niet normaal. Als ze fietst is ze net een adelaar, zo snel. Ik: Ze lijkt op een adelaar? R.: Ja jeweetwel die hele snelle vogel die loopt. Ze lijkt dan op een struisvogel, ook goed.
J. (13 jaar) tegen klasgenoot tijdens interview: Hoe kan het dat jij zo snel fietst? Ik: Snel fietst? R. (13 jaar): Ja! Het is echt niet normaal. Als ze fietst is ze net een adelaar, zo snel. Ik: Ze lijkt op een adelaar? R.: Ja jeweetwel die hele snelle vogel die loopt. Ze lijkt dan op een struisvogel, ook goed.
R. (14 jaar): Goeiemiddag mevrouw! Ik: Is dat zo? Wat maakt hem goed dan? R.: U heeft ons nu, dus het kan niet anders dan goed zijn.
R. (14 jaar): Goeiemiddag mevrouw! Ik: Is dat zo? Wat maakt hem goed dan? R.: U heeft ons nu, dus het kan niet anders dan goed zijn.
M. (14 jaar): Mogen we iets anders doen dan wiskunde? Mogen we anders dat spelletje doen, dan moet de hele klas stil zijn en moeten we proberen tot twintig te tellen maar niemand maar tegelijk een nummer noemen. D. (14 jaar): Ik ben daar echt ziek goed in. Vorige week had ik gewonnen. Ik: Oh, jullie hebben het al vaker[…]
M. (14 jaar): Mogen we iets anders doen dan wiskunde? Mogen we anders dat spelletje doen, dan moet de hele klas stil zijn en moeten we proberen tot twintig te tellen maar niemand maar tegelijk een nummer noemen. D. (14 jaar): Ik ben daar echt ziek goed in. Vorige week had ik gewonnen. Ik: Oh, jullie hebben het al vaker[…]
B. (13 jaar): Als je iedereen mocht zijn uit deze klas, wie zou je dan willen zijn? G. (13 jaar): Uhm, dan N. . N. (13 jaar): Dat dacht ik al!! Ik: Geen grotere fan van N. dan N. zelf? N.: Inderdaad!!
B. (13 jaar): Als je iedereen mocht zijn uit deze klas, wie zou je dan willen zijn? G. (13 jaar): Uhm, dan N. . N. (13 jaar): Dat dacht ik al!! Ik: Geen grotere fan van N. dan N. zelf? N.: Inderdaad!!
D. (14 jaar): Mevrouw, u heeft hakken aan! Waarom?! Ik: Tja… Ik moest toch schoenen aan en ik dacht ik doe vandaag maar eens hakken aan. Sorry… D.: U draagt altijd gympen. Dit staat u echt niet!
D. (14 jaar): Mevrouw, u heeft hakken aan! Waarom?! Ik: Tja… Ik moest toch schoenen aan en ik dacht ik doe vandaag maar eens hakken aan. Sorry… D.: U draagt altijd gympen. Dit staat u echt niet!
Ik: Bereid je goed voor op de repetitie, zoals jullie weten is dit een pittig hoofdstuk. J. (14 jaar): Maakt niet uit mevrouw, ik kan goed tegen pittig.
Ik: Bereid je goed voor op de repetitie, zoals jullie weten is dit een pittig hoofdstuk. J. (14 jaar): Maakt niet uit mevrouw, ik kan goed tegen pittig.
Ik, als reactie op een vraag over nakijkwerk: Ik kan toch niet toveren? L. (15 jaar): U doet zulke gekke dingen, dus eigenlijk dacht ik dat u wel kon toveren.
Ik, als reactie op een vraag over nakijkwerk: Ik kan toch niet toveren? L. (15 jaar): U doet zulke gekke dingen, dus eigenlijk dacht ik dat u wel kon toveren.
Leerlingen zitten in de aula te wachten op hun gesprek voor de audit (proef inspectiebezoek). Ik: Zenuwachtig? R. (14 jaar): Neuh. Ik: Heb jij je goed voorbereid? R.: Neuh, je hoeft je nooit voorbereiden op een gesprek! Ik: Nou… Een sollicitatiegesprek dan? R.: Oké, dat wel. Maar wij zoeken hier geen werk hoor.
Leerlingen zitten in de aula te wachten op hun gesprek voor de audit (proef inspectiebezoek). Ik: Zenuwachtig? R. (14 jaar): Neuh. Ik: Heb jij je goed voorbereid? R.: Neuh, je hoeft je nooit voorbereiden op een gesprek! Ik: Nou… Een sollicitatiegesprek dan? R.: Oké, dat wel. Maar wij zoeken hier geen werk hoor.
K. (14 jaar) is als enige nog in het lokaal nadat de bel is gegaan, hij lijkt te treuzelen. K.: Mevrouw, bent u getrouwd. Ik: Ja. K.: Oh. Gefeliciteerd. … K.: Hoelang bent u al getrouwd? Ik: 2,5 jaar. K.: Oké, gefeliciteerd. Nou, ik ga, dag!
K. (14 jaar) is als enige nog in het lokaal nadat de bel is gegaan, hij lijkt te treuzelen. K.: Mevrouw, bent u getrouwd. Ik: Ja. K.: Oh. Gefeliciteerd. … K.: Hoelang bent u al getrouwd? Ik: 2,5 jaar. K.: Oké, gefeliciteerd. Nou, ik ga, dag!
L. (15 jaar): Mevrouw, we hebben deze aantekening toch nooit overgeschreven in de les? Docent: Klopt, hij stond ook letterlijk in het boek. L.: Maar waarom moest ik dit dan weten voor de toets?
L. (15 jaar): Mevrouw, we hebben deze aantekening toch nooit overgeschreven in de les? Docent: Klopt, hij stond ook letterlijk in het boek. L.: Maar waarom moest ik dit dan weten voor de toets?
R. (15 jaar) komt vijf minuten te laat binnen, de klas valt stil en iedereen kijkt hem aan, hij richt zijn blik op mij: Ik heb een joker! Ik: Een joker? R.: Ja, die konden we bij u verdienen! Ik, vol verbazing: Uhh… Kijk ik alsof ik hier iets van weet? R. gaat zitten en haalt schouders op: Oh, dan[…]
R. (15 jaar) komt vijf minuten te laat binnen, de klas valt stil en iedereen kijkt hem aan, hij richt zijn blik op mij: Ik heb een joker! Ik: Een joker? R.: Ja, die konden we bij u verdienen! Ik, vol verbazing: Uhh… Kijk ik alsof ik hier iets van weet? R. gaat zitten en haalt schouders op: Oh, dan[…]
Ik sta tijdens de open avond bij de deur van mijn lokaal. Leerling S. komt aanrennen en zegt: Mevrouw kom snel. Ze loopt snel voor mij uit naar een lokaal een paar deuren verderop. Onderweg kijkt ze nog om: Loopt ze niet mee? Als ik bij het lokaal kom staat vriendin E. mij op te wachten. Ik: Wat is er[…]
Ik sta tijdens de open avond bij de deur van mijn lokaal. Leerling S. komt aanrennen en zegt: Mevrouw kom snel. Ze loopt snel voor mij uit naar een lokaal een paar deuren verderop. Onderweg kijkt ze nog om: Loopt ze niet mee? Als ik bij het lokaal kom staat vriendin E. mij op te wachten. Ik: Wat is er[…]
Na de open avond praten we met aantal collega’s nog na. Plots valt het een collega op dat er twee collega’s achter de computer zitten. B.: Hè? Wat doen jullie nou? D.: De leerlingbespreking voorbereiden, dat moet morgen af. Rest: NU?? Ja… Ook dit is een levenslesje! Toen dacht ik aan wat ik nog allemaal moest doen, nam een slok[…]
Na de open avond praten we met aantal collega’s nog na. Plots valt het een collega op dat er twee collega’s achter de computer zitten. B.: Hè? Wat doen jullie nou? D.: De leerlingbespreking voorbereiden, dat moet morgen af. Rest: NU?? Ja… Ook dit is een levenslesje! Toen dacht ik aan wat ik nog allemaal moest doen, nam een slok[…]
Gastdocent: Waarom zou iemand dan een naaktfoto versturen? B. (14 jaar): Nou, om iemand anders beter te leren kennen! D. (14 jaar): … Wel een aparte manier om elkaar beter te leren kennen.
Gastdocent: Waarom zou iemand dan een naaktfoto versturen? B. (14 jaar): Nou, om iemand anders beter te leren kennen! D. (14 jaar): … Wel een aparte manier om elkaar beter te leren kennen.
Vraag op toets: Meet de hoeken A en C. Leerling: “Moet ik dat dan ook opschrijven?” Ik: “Ja, anders weet ik niet dat je het gemeten hebt en of je het goed hebt gedaan.” Leerling: “Ja maar…”
Vraag op toets: Meet de hoeken A en C. Leerling: “Moet ik dat dan ook opschrijven?” Ik: “Ja, anders weet ik niet dat je het gemeten hebt en of je het goed hebt gedaan.” Leerling: “Ja maar…”
Ik: Jeetje, wat heb jij het scherm van je iPad donker staan. B. (13 jaar): Ja, dat is handig want dan gaat de accu langer dan 10 minuten mee. Ik: Tien minuten! Ik kan de hele avond Netflix kijken en dan is hij nog best vol. B.: Ik kan dat niet… Maar ik heb dan ook geen Netflix.
Ik: Jeetje, wat heb jij het scherm van je iPad donker staan. B. (13 jaar): Ja, dat is handig want dan gaat de accu langer dan 10 minuten mee. Ik: Tien minuten! Ik kan de hele avond Netflix kijken en dan is hij nog best vol. B.: Ik kan dat niet… Maar ik heb dan ook geen Netflix.
K. (14 jaar): Mevrouw, u moet hem er uit sturen, hij gooide een pen naar me. L. (14 jaar): Niet waar, hij was helemaal niet raak! Ik: Kom op, richt je nu even op het vak. M. (14 jaar) staat op en roept: Ik ben Vak, richt op mij, richt op mij!
K. (14 jaar): Mevrouw, u moet hem er uit sturen, hij gooide een pen naar me. L. (14 jaar): Niet waar, hij was helemaal niet raak! Ik: Kom op, richt je nu even op het vak. M. (14 jaar) staat op en roept: Ik ben Vak, richt op mij, richt op mij!
Ik: Kom op, nu aan het werk. L. (15 jaar): Werk? Ik krijg toch niet betaald. Ik: Dat je geen geld voor je inzet krijgt, betekent niet dat het geen werk is. T. (15 jaar): Ja joh, VRIJWILLIGERSwerk!
Ik: Kom op, nu aan het werk. L. (15 jaar): Werk? Ik krijg toch niet betaald. Ik: Dat je geen geld voor je inzet krijgt, betekent niet dat het geen werk is. T. (15 jaar): Ja joh, VRIJWILLIGERSwerk!
W. (16 jaar): Kijk! Ik heb taart gekregen van een docent. Docent: Hoezo heb je taart gekregen dan? W.: Omdat ik een voldoende heb gehaald. R. (16 jaar): En ik heb nog nooit taart van haar gekregen! Stilte… Maarja, ik haal dan ook geen voldoende, haha.
W. (16 jaar): Kijk! Ik heb taart gekregen van een docent. Docent: Hoezo heb je taart gekregen dan? W.: Omdat ik een voldoende heb gehaald. R. (16 jaar): En ik heb nog nooit taart van haar gekregen! Stilte… Maarja, ik haal dan ook geen voldoende, haha.
Ik zoek op het bord een plaatje van een ophaalbrug op voor in de aantekeningen. De leerlingen kijken mee en zien dat ik op een website kom voor verkoop van modeltreinen. Het plaatje dat ik gebruik is van een brug die je kan kopen. Terwijl ik terug klik naar mijn aantekeningen ontstaat er discussie over de prijs van de brug.[…]
Ik zoek op het bord een plaatje van een ophaalbrug op voor in de aantekeningen. De leerlingen kijken mee en zien dat ik op een website kom voor verkoop van modeltreinen. Het plaatje dat ik gebruik is van een brug die je kan kopen. Terwijl ik terug klik naar mijn aantekeningen ontstaat er discussie over de prijs van de brug.[…]
Ik: Negen mensen hebben het huiswerk gemaakt. Het is eigenlijk om te huilen. N. (14 jaar): Heeft u gehuild mevrouw? Ik: Nee, ik ben over iets anders gaan nadenken. N.: Wilt u het dan ook niet vertellen, dat is zo zielig.
Ik: Negen mensen hebben het huiswerk gemaakt. Het is eigenlijk om te huilen. N. (14 jaar): Heeft u gehuild mevrouw? Ik: Nee, ik ben over iets anders gaan nadenken. N.: Wilt u het dan ook niet vertellen, dat is zo zielig.
Y. (14 jaar): Doet u weer mee met de schooltalentenshow? Ik: We willen wel graag, maar we weten geen act. Het is lastig, want wij hebben geen talent. Y.: Dan gaat u toch gewoon les geven op het podium?
Y. (14 jaar): Doet u weer mee met de schooltalentenshow? Ik: We willen wel graag, maar we weten geen act. Het is lastig, want wij hebben geen talent. Y.: Dan gaat u toch gewoon les geven op het podium?
Ik: Ik heb de toetsen nagekeken. Leerling: Huh? Welke toets? Leerling 2: Toch niet de toets van gisteren? Ik: Uhh.. Jawel. Klas begint de applaudisseren.
Ik: Ik heb de toetsen nagekeken. Leerling: Huh? Welke toets? Leerling 2: Toch niet de toets van gisteren? Ik: Uhh.. Jawel. Klas begint de applaudisseren.
N. (13 jaar): Als je een plek op aarde zou mogen kiezen waar je wil wonen, waar wil jij dan wonen? J. (13 jaar): Diep onder de aarde, onder de Noordpool, waar er wel wifi is!
N. (13 jaar): Als je een plek op aarde zou mogen kiezen waar je wil wonen, waar wil jij dan wonen? J. (13 jaar): Diep onder de aarde, onder de Noordpool, waar er wel wifi is!
Vraag uit boek: Het kabel van een waterkoker is beschadigd. Je kan het koperen binnenste zien. Waarom is dit gevaarlijk? Ik bij het bespreken van het antwoord: Het is gevaarlijk omdat ik een schok kan krijgen als ik het aanraak. N. (14 jaar): Het is dus gevaarlijk omdat u een schok krijgt als u het aanraakt? N. schrijft in haar[…]
Vraag uit boek: Het kabel van een waterkoker is beschadigd. Je kan het koperen binnenste zien. Waarom is dit gevaarlijk? Ik bij het bespreken van het antwoord: Het is gevaarlijk omdat ik een schok kan krijgen als ik het aanraak. N. (14 jaar): Het is dus gevaarlijk omdat u een schok krijgt als u het aanraakt? N. schrijft in haar[…]
S. (15 jaar): Mevrouw, uw haar wordt echt lang. Hoe doet u dat? Ik: Niet naar de kapper gaan werkt heel goed voor mij. S.: Ik doe dat ook. Al een tijdje… Bij mij werkt het niet!
S. (15 jaar): Mevrouw, uw haar wordt echt lang. Hoe doet u dat? Ik: Niet naar de kapper gaan werkt heel goed voor mij. S.: Ik doe dat ook. Al een tijdje… Bij mij werkt het niet!
E. (16 jaar): Mevrouw, wat ziet u er kerstig uit! Ik: Oh? E.: Lekker glitter, glamour. Het is een compliment hoor. Ik: Ah, ik snap hem. Mensen kleden zich natuurlijk altijd netjes met kerst. Dankjewel. B. (16 jaar): En u ook gewoon naar school.
E. (16 jaar): Mevrouw, wat ziet u er kerstig uit! Ik: Oh? E.: Lekker glitter, glamour. Het is een compliment hoor. Ik: Ah, ik snap hem. Mensen kleden zich natuurlijk altijd netjes met kerst. Dankjewel. B. (16 jaar): En u ook gewoon naar school.
Ik (sarcastisch): Wat fijn dat jullie allemaal zo goed jullie best doen voor dit examenonderdeel Licht! K. (16 jaar): Mevrouw, het LICHT niet aan u, het LICHT aan mij.
Ik (sarcastisch): Wat fijn dat jullie allemaal zo goed jullie best doen voor dit examenonderdeel Licht! K. (16 jaar): Mevrouw, het LICHT niet aan u, het LICHT aan mij.
Ik: Waarom zit die rode of zwarte laag om het aansluitdraad? T. (14): Zodat u niet onder stroom komt te staan. Al kijkt mij dat juist grappig! Ik: Grappig? Nee joh, daar is mijn haar te lang voor. Als dat rechtovereind gaat staan lijk ik net een heks. A. (14 jaar) kijkt klasgenoot aan: Ik weet wat jij denkt! Jij[…]
Ik: Waarom zit die rode of zwarte laag om het aansluitdraad? T. (14): Zodat u niet onder stroom komt te staan. Al kijkt mij dat juist grappig! Ik: Grappig? Nee joh, daar is mijn haar te lang voor. Als dat rechtovereind gaat staan lijk ik net een heks. A. (14 jaar) kijkt klasgenoot aan: Ik weet wat jij denkt! Jij[…]
B. (16 jaar): Mevrouw, mag ik iets op het bord schrijven? Ik: Ja hoor. B. schrijvend op bord: Schrijf je fijne met een lange ef? Ik: Huh? Ja. En vakantie met een korte.
B. (16 jaar): Mevrouw, mag ik iets op het bord schrijven? Ik: Ja hoor. B. schrijvend op bord: Schrijf je fijne met een lange ef? Ik: Huh? Ja. En vakantie met een korte.
Leerling: Mevrouw, u heeft een gat in uw broek. Ik: Dat klopt. Leerling: Is dat uw huid? Ik: Uhh.. Ja.. Dat is mijn knie… Leerling: IEUWL!
Leerling: Mevrouw, u heeft een gat in uw broek. Ik: Dat klopt. Leerling: Is dat uw huid? Ik: Uhh.. Ja.. Dat is mijn knie… Leerling: IEUWL!
Ik: Oké, maak je klaar om naar mij te luisteren. Doe je mond dicht, je capuchon af… V. (15 jaar): En je kleren uit. MEVROUW! Wat zegt u nu!
Ik: Oké, maak je klaar om naar mij te luisteren. Doe je mond dicht, je capuchon af… V. (15 jaar): En je kleren uit. MEVROUW! Wat zegt u nu!
Ik: Dit is mijn laatste waarschuwing. De volgende die zich niet aan de afspraken houdt moet met mij de pauze doorbrengen. Dat klinkt misschien leuk, maar dat is het niet! Dan heb ik honger en komt mijn slechte kant naar boven. Ken je de reclame van Snickers? M. (14 jaar): Oeehhh… Dus dit is uw goede kant? Hoe moet uw[…]
Ik: Dit is mijn laatste waarschuwing. De volgende die zich niet aan de afspraken houdt moet met mij de pauze doorbrengen. Dat klinkt misschien leuk, maar dat is het niet! Dan heb ik honger en komt mijn slechte kant naar boven. Ken je de reclame van Snickers? M. (14 jaar): Oeehhh… Dus dit is uw goede kant? Hoe moet uw[…]
L. (14 jaar): Welke vier thermometers moesten we nou ook alweer kennen? Elektronisch, vloeistof, oven en…? Ik: De koortsthermometer. L.: Oh ja! Die moet in je kont! Ik: Nou… Je hebt ze ook voor in je oor en andere plekken. Even later… L.: Is dat echt waar? Zijn er verschillende soorten? Nou! Dan heeft mijn moeder niet bepaald de lekkerste[…]
L. (14 jaar): Welke vier thermometers moesten we nou ook alweer kennen? Elektronisch, vloeistof, oven en…? Ik: De koortsthermometer. L.: Oh ja! Die moet in je kont! Ik: Nou… Je hebt ze ook voor in je oor en andere plekken. Even later… L.: Is dat echt waar? Zijn er verschillende soorten? Nou! Dan heeft mijn moeder niet bepaald de lekkerste[…]
Ik (licht sarcastisch): Jeetje! Wat zijn jullie goed aan het werk zeg! Lekker bezig! K. (15 jaar): Mevrouw, u heeft dan geen beste ogen! Specsavers is zeker niet uw ding?
Ik (licht sarcastisch): Jeetje! Wat zijn jullie goed aan het werk zeg! Lekker bezig! K. (15 jaar): Mevrouw, u heeft dan geen beste ogen! Specsavers is zeker niet uw ding?
Leerling: Mevrouw kunnen we de toets het volgende uur doen? Ik: Geef me één goede reden om dat te doen! Leerling: Omdat we dezelfde broek aan hebben?
Leerling: Mevrouw kunnen we de toets het volgende uur doen? Ik: Geef me één goede reden om dat te doen! Leerling: Omdat we dezelfde broek aan hebben?
E. (15 jaar): Als ik u zie moet ik altijd lachen. U heeft zo’n droog hoofd! Ik: Een droog hoofd? Is dat een compliment? L. (15 jaar): Ja hoor. Ik: Ja? L.: Nou… Ik denk het eigenlijk niet mevrouw…
E. (15 jaar): Als ik u zie moet ik altijd lachen. U heeft zo’n droog hoofd! Ik: Een droog hoofd? Is dat een compliment? L. (15 jaar): Ja hoor. Ik: Ja? L.: Nou… Ik denk het eigenlijk niet mevrouw…
B. (14 jaar): Oeh! Hij is warm! Maar dat maakt niet uit, ik heb brandvaste handen. R. (14 jaar): Echt? Ik heb een brandvast hoofd. Ik had een keer een dikke steekvlam in mijn gezicht en kijk (wijst met grote gebaren naar zijn gezicht) wat er van over is.
B. (14 jaar): Oeh! Hij is warm! Maar dat maakt niet uit, ik heb brandvaste handen. R. (14 jaar): Echt? Ik heb een brandvast hoofd. Ik had een keer een dikke steekvlam in mijn gezicht en kijk (wijst met grote gebaren naar zijn gezicht) wat er van over is.
Docent: Oké, alles leuk en aardig maar nu wil ik dat iedereen zijn waffel houdt. T. (13 jaar): Hmm… Lekker hoor zoete wafel. Docent: Nee, waffel, met 2 ff-en. T.: Ach. In België zijn ze ook lekker hoor. Lekkere Belgische waffel.
Docent: Oké, alles leuk en aardig maar nu wil ik dat iedereen zijn waffel houdt. T. (13 jaar): Hmm… Lekker hoor zoete wafel. Docent: Nee, waffel, met 2 ff-en. T.: Ach. In België zijn ze ook lekker hoor. Lekkere Belgische waffel.
Ik: Zijn M. en T. afwezig? O. (14 jaar): Ja, en C. ook. Oh en Sint en de pieten uit het pietenhuis zijn er vandaag ook niet, die komende volgende week pas! Ik: Dat wordt een volle klas, gezellig!
Ik: Zijn M. en T. afwezig? O. (14 jaar): Ja, en C. ook. Oh en Sint en de pieten uit het pietenhuis zijn er vandaag ook niet, die komende volgende week pas! Ik: Dat wordt een volle klas, gezellig!
J. (13 jaar): Mevrouw, bent u ziek? Ik: Nou, ik voelde mij wel paar dagen niet zo lekker, maar het gaat nu beter. J.: Oh… U ziet er anders wel ziek uit.
J. (13 jaar): Mevrouw, bent u ziek? Ik: Nou, ik voelde mij wel paar dagen niet zo lekker, maar het gaat nu beter. J.: Oh… U ziet er anders wel ziek uit.
R. (14 jaar): Mevrouw ik heb last van fantoompijn! Ik: Ik wist niet dat je een lichaamsdeel mist! R.: Ja! Hersenen! En die doen echt pijn door die vragen.
R. (14 jaar): Mevrouw ik heb last van fantoompijn! Ik: Ik wist niet dat je een lichaamsdeel mist! R.: Ja! Hersenen! En die doen echt pijn door die vragen.
D. (13 jaar): Eigenlijk praten we de hele dag gewoon over NaSk. K. (14 jaar): Huh? Waarom! D.: Nou gewoon, “gast dit, gas dat”. K.: Maar we zeggen “Gast!”. D.: Nee voortaan dus gas!
D. (13 jaar): Eigenlijk praten we de hele dag gewoon over NaSk. K. (14 jaar): Huh? Waarom! D.: Nou gewoon, “gast dit, gas dat”. K.: Maar we zeggen “Gast!”. D.: Nee voortaan dus gas!
K. (14 jaar): Hoe zit dat nou met die dampoe, uhh damp? Ik: Wil je een serieuze vraag stellen of ging het om je grapje? K.: Huh?! Weet u wat dampoe is?! Ik: Ja, jullie denken dat jullie al die woorden hebben bedacht maar die waren er in mijn tijd ook al! K.: Wow! Dus toen werd dampoe al gezegd.[…]
K. (14 jaar): Hoe zit dat nou met die dampoe, uhh damp? Ik: Wil je een serieuze vraag stellen of ging het om je grapje? K.: Huh?! Weet u wat dampoe is?! Ik: Ja, jullie denken dat jullie al die woorden hebben bedacht maar die waren er in mijn tijd ook al! K.: Wow! Dus toen werd dampoe al gezegd.[…]
J. (14 jaar): Mevrouw, uw streepjes zijn echt te groot. Ik: Mijn streepjes zijn te groot? J.: Ja, u zet vet kleine krulletjes en als iets fout is dan een mega grote streep. Dat is zo oneerlijk!
J. (14 jaar): Mevrouw, uw streepjes zijn echt te groot. Ik: Mijn streepjes zijn te groot? J.: Ja, u zet vet kleine krulletjes en als iets fout is dan een mega grote streep. Dat is zo oneerlijk!
B. (13 jaar): Ik heb er niets op tegen, ik hoef alleen niet een gezin in huis. J. (13 jaar): Dus jij wil later helemaal geen gezin? Word je later zwerver dan? Als je geen gezin wil dan ben je toch een zwerver?
B. (13 jaar): Ik heb er niets op tegen, ik hoef alleen niet een gezin in huis. J. (13 jaar): Dus jij wil later helemaal geen gezin? Word je later zwerver dan? Als je geen gezin wil dan ben je toch een zwerver?
J. (12 jaar) tijdens de toets: U moet dit antwoord wel goed rekenen hoor. Ik: Dat weet ik niet hoor, ik kijk wel bij het nakijken. J.: Maar daarna moet ik hem nog nakijken! Ik, grappend: Daar hoef ik toch niet te naar te luisteren? J.: Jawel, anders ga ik naar de schoolrechtbank!
J. (12 jaar) tijdens de toets: U moet dit antwoord wel goed rekenen hoor. Ik: Dat weet ik niet hoor, ik kijk wel bij het nakijken. J.: Maar daarna moet ik hem nog nakijken! Ik, grappend: Daar hoef ik toch niet te naar te luisteren? J.: Jawel, anders ga ik naar de schoolrechtbank!
F. (13 jaar): E. en M. zijn er niet vandaag. Ik: En S. toch? S. (13 jaar): Nee, hoor. Ik ben hier, tenminste dat dacht ik… Ik, grappend: Jij zal wel beter weten dan ik of je er bent. Ik dacht dat bij uitdelen van SO ik die van jou terug had gekregen.
F. (13 jaar): E. en M. zijn er niet vandaag. Ik: En S. toch? S. (13 jaar): Nee, hoor. Ik ben hier, tenminste dat dacht ik… Ik, grappend: Jij zal wel beter weten dan ik of je er bent. Ik dacht dat bij uitdelen van SO ik die van jou terug had gekregen.
Leerling tijdens het kijken van een filmpje: Oehhh! Kunnen wij dit proefje ook gaan doen? Docent: Uhm… Ja hoor, dat kunnen we wel doen. Leerling kijkt kritisch: … … U was het gewoon al van plan he? Docent: Klopt. Leerling: Ik dacht al, dit gaat te makkelijk!
Leerling tijdens het kijken van een filmpje: Oehhh! Kunnen wij dit proefje ook gaan doen? Docent: Uhm… Ja hoor, dat kunnen we wel doen. Leerling kijkt kritisch: … … U was het gewoon al van plan he? Docent: Klopt. Leerling: Ik dacht al, dit gaat te makkelijk!
D. (14 jaar): Hoe ging het met hockey gisteren? Ik, terwijl ik snel verder ga met uitdelen van nagekeken SO: Daar praten we maar niet over. D. komt even later naar mijn bureau: Als ik nou zorg dat u wint met hockey, geeft u mij dan een 5,5?
D. (14 jaar): Hoe ging het met hockey gisteren? Ik, terwijl ik snel verder ga met uitdelen van nagekeken SO: Daar praten we maar niet over. D. komt even later naar mijn bureau: Als ik nou zorg dat u wint met hockey, geeft u mij dan een 5,5?
D. (14 jaar): Ze moeten echt geen iPad geven aan ouderen, die gebruiken hem als snijplank of zetten hem in de vaatwasser! Ik: Mijn oma is anders heel handig met de iPad, dat gaat heel goed. L. (14 jaar): WAT!! Heeft u nog een oma? Dan moet uw oma echt 136 zijn ofzo! Ik: Dat valt wel mee hoor, ze[…]
D. (14 jaar): Ze moeten echt geen iPad geven aan ouderen, die gebruiken hem als snijplank of zetten hem in de vaatwasser! Ik: Mijn oma is anders heel handig met de iPad, dat gaat heel goed. L. (14 jaar): WAT!! Heeft u nog een oma? Dan moet uw oma echt 136 zijn ofzo! Ik: Dat valt wel mee hoor, ze[…]
O. (15 jaar): Wat betekent Rennrad? Docent: Weet je wat een Fahrrad is? O.: Ja, een fiets toch? Docent: Goed zo. Nu een Rénnrad. Denk aan Tour de France. O.: Oooh! Een snelfiets!
O. (15 jaar): Wat betekent Rennrad? Docent: Weet je wat een Fahrrad is? O.: Ja, een fiets toch? Docent: Goed zo. Nu een Rénnrad. Denk aan Tour de France. O.: Oooh! Een snelfiets!
Ik: Ik begin achteraan met het nakijken van de opdracht. We gaan dus van 46 terug naar 36. K. (13 jaar): Mevrouw, u lijkt net snapchat! Die heeft ook een terugspeelfunctie!
Ik: Ik begin achteraan met het nakijken van de opdracht. We gaan dus van 46 terug naar 36. K. (13 jaar): Mevrouw, u lijkt net snapchat! Die heeft ook een terugspeelfunctie!
Ik: Als jullie nu niet aan het werk gaan, krijgen jullie een extra paragraaf als huiswerk mee. B. (15 jaar): Oh nee, hoeft niet hoor. Ik: Het klinkt als een straf, maar het is eigenlijk een cadeautje. Dan leer je juist extra veel! B.: Nee echt dat hoeft niet. Ik: Hoe erger je het vindt, hoe groter de kans dat[…]
Ik: Als jullie nu niet aan het werk gaan, krijgen jullie een extra paragraaf als huiswerk mee. B. (15 jaar): Oh nee, hoeft niet hoor. Ik: Het klinkt als een straf, maar het is eigenlijk een cadeautje. Dan leer je juist extra veel! B.: Nee echt dat hoeft niet. Ik: Hoe erger je het vindt, hoe groter de kans dat[…]
K. (14 jaar) als ik de school uitloop om vier uur: Eet smakelijk mevrouw! Ik, om mij heen kijkend op zoek naar eten: Eet smakelijk? K.: Ja, u gaat vast wel tussen nu en 2 uur eten denk ik. Ik: Je hebt gelijk, zelfs al vrij snel want ik moet om zes uur alweer op het hockeyveld staan. K.: Ahh[…]
K. (14 jaar) als ik de school uitloop om vier uur: Eet smakelijk mevrouw! Ik, om mij heen kijkend op zoek naar eten: Eet smakelijk? K.: Ja, u gaat vast wel tussen nu en 2 uur eten denk ik. Ik: Je hebt gelijk, zelfs al vrij snel want ik moet om zes uur alweer op het hockeyveld staan. K.: Ahh[…]
Docent: Merci. B. (13 jaar) zingt: Que si que no Docent in het Frans: Het is geen Spaanse les! Leerling: Wat is Que si que no? Docent: Dat is een liedje van Jody Bernal, die kon je vroeger kopen op een 45 toeren singletje met een groot gat in het midden. Je weet wel, toen ik jong was in 1834.[…]
Docent: Merci. B. (13 jaar) zingt: Que si que no Docent in het Frans: Het is geen Spaanse les! Leerling: Wat is Que si que no? Docent: Dat is een liedje van Jody Bernal, die kon je vroeger kopen op een 45 toeren singletje met een groot gat in het midden. Je weet wel, toen ik jong was in 1834.[…]
E. (14 jaar), als ik de uitleg van een collega de klas in loop: Wat zit uw haar leuk mevrouw. E.: Mevrouw, wat zit uw haar leuk. E.: Uw haar zit echt leuk mevrouw. K. (14 jaar): Hoe kan het dat uw haar zo glanzend is? Dat wil ik ook. Bij mij is het altijd maar één doffe ellende.
E. (14 jaar), als ik de uitleg van een collega de klas in loop: Wat zit uw haar leuk mevrouw. E.: Mevrouw, wat zit uw haar leuk. E.: Uw haar zit echt leuk mevrouw. K. (14 jaar): Hoe kan het dat uw haar zo glanzend is? Dat wil ik ook. Bij mij is het altijd maar één doffe ellende.
Leerling: Mevrouw, de klok loopt niet goed. Docent: Weet ik, we moeten hem nog een uur verzetten. Leerling: Nu weet ik het ook!
Leerling: Mevrouw, de klok loopt niet goed. Docent: Weet ik, we moeten hem nog een uur verzetten. Leerling: Nu weet ik het ook!
Docent: Hé wat doet jouw mobiel in de les? P. (15 jaar): Nou.. Hij doet raar. Mijn mobiel zegt dat het vijf voor twee is. Docent: Dat je mobiel raar doet is nog geen reden… Maar wacht eens – het is ook vijf voor twee! Zo raar is dat dus niet. P.: Oh… (Doet mobiel weg)
Docent: Hé wat doet jouw mobiel in de les? P. (15 jaar): Nou.. Hij doet raar. Mijn mobiel zegt dat het vijf voor twee is. Docent: Dat je mobiel raar doet is nog geen reden… Maar wacht eens – het is ook vijf voor twee! Zo raar is dat dus niet. P.: Oh… (Doet mobiel weg)
Ik: Jullie hebben zojuist een practicum gedaan waarbij jullie serie- en parallelschakelingen moest maken. Viel jullie nog iets op tussen de schakelingen? L. (14 jaar): Nou… Mij wel. Bij de parallelschakeling was het heel moeilijk om het ene lampje net zo uhh… Hoe zeg je dat… Net zo shiny als het andere lampje te krijgen.
Ik: Jullie hebben zojuist een practicum gedaan waarbij jullie serie- en parallelschakelingen moest maken. Viel jullie nog iets op tussen de schakelingen? L. (14 jaar): Nou… Mij wel. Bij de parallelschakeling was het heel moeilijk om het ene lampje net zo uhh… Hoe zeg je dat… Net zo shiny als het andere lampje te krijgen.
Docent: Hoe vind je de persoonsvorm in deze zin? Leerling: Leuk hoor!
Docent: Hoe vind je de persoonsvorm in deze zin? Leerling: Leuk hoor!
R. (13 jaar): Ik heb een rare vraag, je hebt lilliputters, maar waarom heten ze geen milliputters? Wat komt lilli dan vandaan? Ik: Eerlijk gezegd heb ik daar nog nooit over nagedacht!
R. (13 jaar): Ik heb een rare vraag, je hebt lilliputters, maar waarom heten ze geen milliputters? Wat komt lilli dan vandaan? Ik: Eerlijk gezegd heb ik daar nog nooit over nagedacht!
A. (14 jaar): Hoe heet uw vriend eigenlijk? Ik: Stefan. A.: Wilt u vanavond de groetjes aan uw vriend doen van mij? Ik: Is goed, ik zal zeggen groetjes van A., nee je kent haar niet…
A. (14 jaar): Hoe heet uw vriend eigenlijk? Ik: Stefan. A.: Wilt u vanavond de groetjes aan uw vriend doen van mij? Ik: Is goed, ik zal zeggen groetjes van A., nee je kent haar niet…
Leerlingen uit klas 4 moeten nablijven, ze krijgen twee paragrafen uit een boek op als opdracht. Leerling (15 jaar): Wow! Dit is echt vet moeilijk! Is dit een MBO boek ofzo… Docent: Nou… Dit is het boek waar klas 2 uit werkt.
Leerlingen uit klas 4 moeten nablijven, ze krijgen twee paragrafen uit een boek op als opdracht. Leerling (15 jaar): Wow! Dit is echt vet moeilijk! Is dit een MBO boek ofzo… Docent: Nou… Dit is het boek waar klas 2 uit werkt.
Ik: Laat geen troep slingeren! R. (13 jaar): Don’t let slinger any rubbish! D. (13 jaar): Ja! Dat staat ook altijd in museums enzo! Ik: Ik denk niet dat er in een museum: don’t let slinger any rubbish staat.
Ik: Laat geen troep slingeren! R. (13 jaar): Don’t let slinger any rubbish! D. (13 jaar): Ja! Dat staat ook altijd in museums enzo! Ik: Ik denk niet dat er in een museum: don’t let slinger any rubbish staat.
Docent: Stefan zegt hallo tegen Tessa. Wat is de geluidsbron in deze situatie? Leerling C. (15 jaar): Uhh… Nico?
Docent: Stefan zegt hallo tegen Tessa. Wat is de geluidsbron in deze situatie? Leerling C. (15 jaar): Uhh… Nico?
Ik (over een automobiliste): Wat een tuthola! B. (13 jaar): Zegt u nou kutwijf? Collega: Nee, ze zei tuthola. Ze bleef best beschaafd. L. (13 jaar): Mijn moeder zegt ook wel eens kutwijf… Oh nee… Oh ja… Wacht! Mijn moeder zegt dat niet, ik zeg dat en dan zegt mijn moeder dat het niet mag.
Ik (over een automobiliste): Wat een tuthola! B. (13 jaar): Zegt u nou kutwijf? Collega: Nee, ze zei tuthola. Ze bleef best beschaafd. L. (13 jaar): Mijn moeder zegt ook wel eens kutwijf… Oh nee… Oh ja… Wacht! Mijn moeder zegt dat niet, ik zeg dat en dan zegt mijn moeder dat het niet mag.
B. (13 jaar): Mevrouw, u rijdt echt goed. Ik: Is dat sarcastisch of aardig? B.: Een beetje van allebei, maar u heeft tenminste wel ballen tijdens het rijden.
B. (13 jaar): Mevrouw, u rijdt echt goed. Ik: Is dat sarcastisch of aardig? B.: Een beetje van allebei, maar u heeft tenminste wel ballen tijdens het rijden.
Ik: Welke stofeigenschap maakt wasbenzine geschikt om je handen er mee te wassen na het er op zetten van je ketting? Leerling: Dat is omdat vuil en vet er goed in oplost. E. (13 jaar): Echt?? Dus als ik een fles wasbenzine opdrink word ik heel dun? Ik: Helaas werkt dat niet zo. Al word je er wel héél ziek[…]
Ik: Welke stofeigenschap maakt wasbenzine geschikt om je handen er mee te wassen na het er op zetten van je ketting? Leerling: Dat is omdat vuil en vet er goed in oplost. E. (13 jaar): Echt?? Dus als ik een fles wasbenzine opdrink word ik heel dun? Ik: Helaas werkt dat niet zo. Al word je er wel héél ziek[…]
E. (14 jaar): Argh! Ik heb eczeem! Dat heb ik nou altijd in de winter. Ik: Maar het is nog zomer… E.: Nou… Het is bijna herfst en dat is eigenlijk ook gewoon winter!
E. (14 jaar): Argh! Ik heb eczeem! Dat heb ik nou altijd in de winter. Ik: Maar het is nog zomer… E.: Nou… Het is bijna herfst en dat is eigenlijk ook gewoon winter!
N. (13 jaar): Ik ga NaSk laten vallen hoor. Ik: Nu al? Je hebt het net, je moet dit jaar toch echt nog uitzitten. R. (13 jaar): Wat heb je later eigenlijk aan NaSk? Ik: Ligt er aan wat je later wil gaan doen… R.: Naar Thunderdome feesten gaan. Ik: Ohh… Daar heb je geen opleiding voor nodig joh.
N. (13 jaar): Ik ga NaSk laten vallen hoor. Ik: Nu al? Je hebt het net, je moet dit jaar toch echt nog uitzitten. R. (13 jaar): Wat heb je later eigenlijk aan NaSk? Ik: Ligt er aan wat je later wil gaan doen… R.: Naar Thunderdome feesten gaan. Ik: Ohh… Daar heb je geen opleiding voor nodig joh.
Ik: Stel nu je laatste vragen want thuis ben ik er niet bij. F. (13 jaar): Ik dacht dat ik u wel mee kon nemen in mijn tas.
Ik: Stel nu je laatste vragen want thuis ben ik er niet bij. F. (13 jaar): Ik dacht dat ik u wel mee kon nemen in mijn tas.
Ik: Goedemiddag, ik ben mevrouw Schoonemann. Ik werk op een andere school maar ik kom jullie vanmiddag een les geven. Leerling (12 jaar): Mevrouw, bent u wel voor Ajax? Ik: Ja. Leerling: Ooh, dan is het wel goed.
Ik: Goedemiddag, ik ben mevrouw Schoonemann. Ik werk op een andere school maar ik kom jullie vanmiddag een les geven. Leerling (12 jaar): Mevrouw, bent u wel voor Ajax? Ik: Ja. Leerling: Ooh, dan is het wel goed.
N. (12 jaar): Kan ik mijn antwoord nog veranderen? Ik: Nee sorry, dat kan niet als hij ingeleverd is. N.: Mag ik hem niet even uitleveren dan?
N. (12 jaar): Kan ik mijn antwoord nog veranderen? Ik: Nee sorry, dat kan niet als hij ingeleverd is. N.: Mag ik hem niet even uitleveren dan?
Ik: Als je bij de toets geen geodriehoek bij je hebt verlies je sowieso punten! V. (14 jaar): Hoeveel punten krijg je dan voor het meenemen van je geodriehoek? Ik: Nee, je verliest punten zonder geo omdat je sommige vragen niet goed kan beantwoorden. G. (14 jaar): Oh… Had ik net een vrachtwagen met geodriehoeken besteld…
Ik: Als je bij de toets geen geodriehoek bij je hebt verlies je sowieso punten! V. (14 jaar): Hoeveel punten krijg je dan voor het meenemen van je geodriehoek? Ik: Nee, je verliest punten zonder geo omdat je sommige vragen niet goed kan beantwoorden. G. (14 jaar): Oh… Had ik net een vrachtwagen met geodriehoeken besteld…
Ik: Ik ben nu aan het touwtrekken met S. . Alleen doen we dit met een onzichtbaar touw. K. (15 jaar): WAT? Had u de hele tijd een onzichtbaar touw in uw handen? Vet! Ik had het niet eens gezien… Even later… Ik: Waar is je agenda? C. (14 jaar): Hij ligt op tafel, hij is alleen onzichtbaar!
Ik: Ik ben nu aan het touwtrekken met S. . Alleen doen we dit met een onzichtbaar touw. K. (15 jaar): WAT? Had u de hele tijd een onzichtbaar touw in uw handen? Vet! Ik had het niet eens gezien… Even later… Ik: Waar is je agenda? C. (14 jaar): Hij ligt op tafel, hij is alleen onzichtbaar!
Ik: Weet je dat het gestofzuigd is en niet stof gezogen? Toch zeg ik altijd stof gezogen. M. (13 jaar): Ik zeg het gewoon nooit. Ik praat nooit over stofzuigen. Doe het ook nooit.
Ik: Weet je dat het gestofzuigd is en niet stof gezogen? Toch zeg ik altijd stof gezogen. M. (13 jaar): Ik zeg het gewoon nooit. Ik praat nooit over stofzuigen. Doe het ook nooit.
Ik: Pas maar op, ik ben heel streng…! Leerling (12 jaar): U bent niet streng, als wij ons maar aan de regeltjes houden.
Ik: Pas maar op, ik ben heel streng…! Leerling (12 jaar): U bent niet streng, als wij ons maar aan de regeltjes houden.
Leerling: Sta op en wissel van plaats als je zwart haar hebt. J. (12 jaar): Ja! Ik! Oh wacht… Heb ik zwart haar?? (probeert omhoog te kijken naar zijn haar) Ik kan dat zelf toch niet zien!
Leerling: Sta op en wissel van plaats als je zwart haar hebt. J. (12 jaar): Ja! Ik! Oh wacht… Heb ik zwart haar?? (probeert omhoog te kijken naar zijn haar) Ik kan dat zelf toch niet zien!
L. (13 jaar): Mevrouw, gaat u ook op vakantie? Ik: Ja, ik ga naar Zuid-Frankrijk. L. (13 jaar): Oh dus u gaat met D. en mij mee op vakantie! Wij gaan namelijk ook naar Frankrijk.
L. (13 jaar): Mevrouw, gaat u ook op vakantie? Ik: Ja, ik ga naar Zuid-Frankrijk. L. (13 jaar): Oh dus u gaat met D. en mij mee op vakantie! Wij gaan namelijk ook naar Frankrijk.
F. (16 jaar): Nu kom ik nooit meer op uw blog!! Ik wil graag nog één keer op uw blog! Ik: Dan moet je nu iets leuks zeggen! Een levenslesje. F.: Nu? Wat voor leuks kan ik nu zeggen? [even later] Mag ik u ook soms mailen met wat leuks dat u dan plaatst? Ik blijf u volgen hoor!
F. (16 jaar): Nu kom ik nooit meer op uw blog!! Ik wil graag nog één keer op uw blog! Ik: Dan moet je nu iets leuks zeggen! Een levenslesje. F.: Nu? Wat voor leuks kan ik nu zeggen? [even later] Mag ik u ook soms mailen met wat leuks dat u dan plaatst? Ik blijf u volgen hoor!
Docent: Pas op, ik zou vandaag maar niets proberen bij me, ik ben héél erg chagrijnig! D. (14 jaar): Mevrouw, wilt u een knuffel?
Docent: Pas op, ik zou vandaag maar niets proberen bij me, ik ben héél erg chagrijnig! D. (14 jaar): Mevrouw, wilt u een knuffel?
Leerling (roept over de gang): Wow! Wat is dit cool maandverband!!!! Ik: Wat zeg je nou? Leerling komt snel naar mij toe: Kijk dan, er staan leuke plaatjes op!
Leerling (roept over de gang): Wow! Wat is dit cool maandverband!!!! Ik: Wat zeg je nou? Leerling komt snel naar mij toe: Kijk dan, er staan leuke plaatjes op!
A. (14 jaar), bij start van de les: Mevrouw, mag ik nat uw lokaal in? A., halverwege de les: Mag ik even mijn t-shirt gaan uitwringen?
A. (14 jaar), bij start van de les: Mevrouw, mag ik nat uw lokaal in? A., halverwege de les: Mag ik even mijn t-shirt gaan uitwringen?
Ik: Kom op, aan de slag. Mijn geduld raakt op. K. (14 jaar): Zal ik het even bijvullen dan?
Ik: Kom op, aan de slag. Mijn geduld raakt op. K. (14 jaar): Zal ik het even bijvullen dan?
F. (14 jaar) maakt een grap. S. (14 jaar): Ohhhh…. Wacht! Het kwartje valt! F.: Huh? Oh! Ik snap mijn eigen grap nu ook pas! (Begint de grap uit te leggen)
F. (14 jaar) maakt een grap. S. (14 jaar): Ohhhh…. Wacht! Het kwartje valt! F.: Huh? Oh! Ik snap mijn eigen grap nu ook pas! (Begint de grap uit te leggen)
R. (13 jaar): Als wat gaat u vanavond verkleed naar schoolfeest? Ik: Dat weet ik nu niet meer, de leerlingen vonden mijn keuze niet goed. R.: Wat maakt het nou uit wat anderen vinden? Ik: Jeetje, ik kan nog wat van jou leren! Ik kan dat nog niet zo goed hoor. R.: Oh, ik ook niet hoor.
R. (13 jaar): Als wat gaat u vanavond verkleed naar schoolfeest? Ik: Dat weet ik nu niet meer, de leerlingen vonden mijn keuze niet goed. R.: Wat maakt het nou uit wat anderen vinden? Ik: Jeetje, ik kan nog wat van jou leren! Ik kan dat nog niet zo goed hoor. R.: Oh, ik ook niet hoor.
D. (13 jaar): Heeft u eigenlijk een auto? Ik: Ja. D.: En heeft u een rijbewijs? Ik: Ja… Je hebt toch bij mij in het busje gezeten naar Walibi?! D.: Oh ja… Dat was ik vergeten! Maar dat zegt toch niet dat u een rijbewijs heeft.
D. (13 jaar): Heeft u eigenlijk een auto? Ik: Ja. D.: En heeft u een rijbewijs? Ik: Ja… Je hebt toch bij mij in het busje gezeten naar Walibi?! D.: Oh ja… Dat was ik vergeten! Maar dat zegt toch niet dat u een rijbewijs heeft.
S. (15 jaar): Het is niet normaal, mijn zusje is twee en zij forceert al voor een foto! Docent: Forceren? S.: Ja, kont naar achter en borst vooruit!
S. (15 jaar): Het is niet normaal, mijn zusje is twee en zij forceert al voor een foto! Docent: Forceren? S.: Ja, kont naar achter en borst vooruit!
D. (12 jaar): Ahhh! Mijn voeten doen zo’n pijn! Docent: Hoe komt dat dan? D.: Mijn schoenen zijn te klein. Maarja… Een maat groter werd meteen een stuk duurder!
D. (12 jaar): Ahhh! Mijn voeten doen zo’n pijn! Docent: Hoe komt dat dan? D.: Mijn schoenen zijn te klein. Maarja… Een maat groter werd meteen een stuk duurder!
T. (15 jaar): Ha! Nu ruikt u eens een keer naar rook! Ik: Dat lijkt mij sterk… T.: Oh wacht… U neemt de lucht van hem (wijst naar leerling naar hem) mee.
T. (15 jaar): Ha! Nu ruikt u eens een keer naar rook! Ik: Dat lijkt mij sterk… T.: Oh wacht… U neemt de lucht van hem (wijst naar leerling naar hem) mee.
D. (13 jaar) tegen zijn computerscherm: Ohh dit is echt nep, hij doet het niet. Ik: Nee hoor het is echt. D: Dit is echt nep. Ik: Het is echt echt. D.: Dit is echt flauw, hij doet het niet. Ik: Je leert snel!
D. (13 jaar) tegen zijn computerscherm: Ohh dit is echt nep, hij doet het niet. Ik: Nee hoor het is echt. D: Dit is echt nep. Ik: Het is echt echt. D.: Dit is echt flauw, hij doet het niet. Ik: Je leert snel!
M. (14 jaar): Wilt u geen armbandje kopen voor uw dochter? Ik, met mond open van verbazing: Huh? Wat? M.: Uw nichtje dan… Ik zie u wel eens met een meisje met bruin haar! Ik: Mijn nichtjes zijn blond… M.: Blond zoals u blond bent, of echt blond?
M. (14 jaar): Wilt u geen armbandje kopen voor uw dochter? Ik, met mond open van verbazing: Huh? Wat? M.: Uw nichtje dan… Ik zie u wel eens met een meisje met bruin haar! Ik: Mijn nichtjes zijn blond… M.: Blond zoals u blond bent, of echt blond?
B. (15 jaar) tegen een collega: Mevrouw, weet u dat mevrouw Schoonemann helemáál níet arrogant kan kijken? E. (15 jaar): En ze heeft niet ook écht níet van B. geleerd… Ik kijk de leerlingen expres om het hoekje aan, zodat mijn collega het niet ziet. Q. (15 jaar): Kijk! Nu doet ze het weer!
B. (15 jaar) tegen een collega: Mevrouw, weet u dat mevrouw Schoonemann helemáál níet arrogant kan kijken? E. (15 jaar): En ze heeft niet ook écht níet van B. geleerd… Ik kijk de leerlingen expres om het hoekje aan, zodat mijn collega het niet ziet. Q. (15 jaar): Kijk! Nu doet ze het weer!
Ik: Om een constante snelheid te hebben op je fiets moet je zorgen dat de nettokracht nul is. Dat je trapt zorgt voor de kracht die meewerkt. Welke krachten werken je tegen? T. (15 jaar): Wind! Andere T. (15 jaar): School. Ik: Dat is toch geen kracht die je tegenwerkt? Andere T.: Jawel, die zorgt er altijd voor dat ik[…]
Ik: Om een constante snelheid te hebben op je fiets moet je zorgen dat de nettokracht nul is. Dat je trapt zorgt voor de kracht die meewerkt. Welke krachten werken je tegen? T. (15 jaar): Wind! Andere T. (15 jaar): School. Ik: Dat is toch geen kracht die je tegenwerkt? Andere T.: Jawel, die zorgt er altijd voor dat ik[…]
Ik: Dat is juist zo leuk aan NaSk, het is zo duidelijk! B. (14 jaar): Nee, u legt het zo duidelijk uit. Ik: Dat probeer ik. B.: Dat probeert u dan goed!
Ik: Dat is juist zo leuk aan NaSk, het is zo duidelijk! B. (14 jaar): Nee, u legt het zo duidelijk uit. Ik: Dat probeer ik. B.: Dat probeert u dan goed!
Leerling (13 jaar): Mevrouw, hoe oud bent u eigenlijk? Ik: 27. Leerling: WoW! We schelen gewoon maar veertien jaar! Ik: Je bedoelt dus dat ik meer dan het dubbele ben van jouw leeftijd? Leerling: Huh… Nee… Daar denk ik gewoon niet over na!
Leerling (13 jaar): Mevrouw, hoe oud bent u eigenlijk? Ik: 27. Leerling: WoW! We schelen gewoon maar veertien jaar! Ik: Je bedoelt dus dat ik meer dan het dubbele ben van jouw leeftijd? Leerling: Huh… Nee… Daar denk ik gewoon niet over na!
D. (13 jaar): Krijgen we eigenlijk ook toetsen voor dit vak? Ik: Nee. D.: Waarom doen we dit vak dan?
D. (13 jaar): Krijgen we eigenlijk ook toetsen voor dit vak? Ik: Nee. D.: Waarom doen we dit vak dan?
L. (14 jaar) vlak voor toets: Als je verziend bent, moet je dan bolle of holle lenzen? Ik: Zoek het op in je boek, nu kan het nog! J. (14 jaar): Hoezo? U hoort het ook gewoon te weten!
L. (14 jaar) vlak voor toets: Als je verziend bent, moet je dan bolle of holle lenzen? Ik: Zoek het op in je boek, nu kan het nog! J. (14 jaar): Hoezo? U hoort het ook gewoon te weten!
M. (15 jaar): Wat heb jij? F. (15 jaar): Ik heb een 8,4. Ik: Waarom zeg je dat zo teleurgesteld? F.: Ja… Het is gewoon oneerlijk, ik heb helemaal niet geleerd en haal een 8,4.
M. (15 jaar): Wat heb jij? F. (15 jaar): Ik heb een 8,4. Ik: Waarom zeg je dat zo teleurgesteld? F.: Ja… Het is gewoon oneerlijk, ik heb helemaal niet geleerd en haal een 8,4.
L. (14 jaar): Mevrouw, ik begreep echt niets van wat u net behandelde. Ik was er vorige les niet. Ik: Als je zo bezorgd bent, waarom ligt er dan nu een ander vak voor je neus? L.: Oh, ik ben niet bezorgd ofzo, mijn broer studeert Natuurkunde dus hij legt het mij wel uit.
L. (14 jaar): Mevrouw, ik begreep echt niets van wat u net behandelde. Ik was er vorige les niet. Ik: Als je zo bezorgd bent, waarom ligt er dan nu een ander vak voor je neus? L.: Oh, ik ben niet bezorgd ofzo, mijn broer studeert Natuurkunde dus hij legt het mij wel uit.
Conciërge: Wanneer kom je nablijven? N. (13 jaar): Kan het morgen? Conciërge: Weet je het zeker? Dan is het studiedag… N.: Ja hoor, als ik hier klaar ben met studeren dan kom ik nablijven. Conciërge: Weet je het zeker? Volgens mij moeten alleen de docenten studeren. N.: Nee hoor, wij ook!
Conciërge: Wanneer kom je nablijven? N. (13 jaar): Kan het morgen? Conciërge: Weet je het zeker? Dan is het studiedag… N.: Ja hoor, als ik hier klaar ben met studeren dan kom ik nablijven. Conciërge: Weet je het zeker? Volgens mij moeten alleen de docenten studeren. N.: Nee hoor, wij ook!
F. (15 jaar): Ik moet altijd oppassen wat ik zeg waar u bij bent, straks sta ik op levenslessen. Ik: Wat je eerder zei was anders wel een levenslesje… Maar dan zal ik hem niet plaatsen. F.: Oh nee hoor, ik vind het eigenlijk best leuk!
F. (15 jaar): Ik moet altijd oppassen wat ik zeg waar u bij bent, straks sta ik op levenslessen. Ik: Wat je eerder zei was anders wel een levenslesje… Maar dan zal ik hem niet plaatsen. F.: Oh nee hoor, ik vind het eigenlijk best leuk!
Ik: Goed opletten, ik wil dat je dit niet alleen voor het SO van morgen weet, maar ook volgende week, de week daarna, de week daarna enzovoorts. T. (14 jaar): Wow! Waarom krijgen we zoveel toetsen achter elkaar?!
Ik: Goed opletten, ik wil dat je dit niet alleen voor het SO van morgen weet, maar ook volgende week, de week daarna, de week daarna enzovoorts. T. (14 jaar): Wow! Waarom krijgen we zoveel toetsen achter elkaar?!
C. (14 jaar): U drinkt toch niet? E. (14 jaar): Ohhh! Ze doet alsof ik zeg dat u een bierbuik heeft. Dat is niet zo! U heeft een hartstikke mooie buik hoor!
C. (14 jaar): U drinkt toch niet? E. (14 jaar): Ohhh! Ze doet alsof ik zeg dat u een bierbuik heeft. Dat is niet zo! U heeft een hartstikke mooie buik hoor!
L. (14 jaar): Mevrouw, ik twijfel of er bij u een steekje los zit. W. (14 jaar): Nou… Het zou mij verbazen als er eentje vastzit!
L. (14 jaar): Mevrouw, ik twijfel of er bij u een steekje los zit. W. (14 jaar): Nou… Het zou mij verbazen als er eentje vastzit!
Leerling T: Ik wil graag kraamverzorgster worden. Leerling S: Wauw, lijkt mij echt geweldig alleen de hele dag flauwvallen is wel minder.
Leerling T: Ik wil graag kraamverzorgster worden. Leerling S: Wauw, lijkt mij echt geweldig alleen de hele dag flauwvallen is wel minder.
Docent: Waar is je geodriehoek? Leerling: Die zit nog in het stopcontact.
Docent: Waar is je geodriehoek? Leerling: Die zit nog in het stopcontact.
T. (13 jaar): Mijn scherm is wit. Ik: Ja, hij is vastgelopen. Je bent te druk voor ‘m. T.: Nee! Hij is gewoon te langzaam voor mij.
T. (13 jaar): Mijn scherm is wit. Ik: Ja, hij is vastgelopen. Je bent te druk voor ‘m. T.: Nee! Hij is gewoon te langzaam voor mij.
T. (14 jaar): Mevrouw, kwik is toch giftig? Ik: Zeer giftig ja. T.: Dat is dan ook lullig voor dat broertje… Kwik, Kwek en Kwak.
T. (14 jaar): Mevrouw, kwik is toch giftig? Ik: Zeer giftig ja. T.: Dat is dan ook lullig voor dat broertje… Kwik, Kwek en Kwak.
Leerling: Weet u waar meneer P. is? O. (14 jaar): Die hebben we opgegeten, die ga je niet vinden dus.
Leerling: Weet u waar meneer P. is? O. (14 jaar): Die hebben we opgegeten, die ga je niet vinden dus.
F. (14 jaar): Waarom pakt u altijd mij en nooit eens iemand die niets zegt of doet? Docent: Ik denk dat je antwoord hebt gegeven op je eigen vraag…
F. (14 jaar): Waarom pakt u altijd mij en nooit eens iemand die niets zegt of doet? Docent: Ik denk dat je antwoord hebt gegeven op je eigen vraag…
E. (14 jaar): Meneer, C. is echt ziek. Ze heeft 37 graden koorts. Docent: Hmmm… Apart. E.: Ja, ik vond het ook een beetje koud. Maar ze was er best trots op want ze stuurde zelfs een foto.
E. (14 jaar): Meneer, C. is echt ziek. Ze heeft 37 graden koorts. Docent: Hmmm… Apart. E.: Ja, ik vond het ook een beetje koud. Maar ze was er best trots op want ze stuurde zelfs een foto.
Onderdeel van toets: Motiveer je antwoord. Leerling: Hup antwoord hup!
Onderdeel van toets: Motiveer je antwoord. Leerling: Hup antwoord hup!
E. (13 jaar): Heeft u u ooit op uw gehoor laten testen? En kwam daar 100 000 uit? U hoort echt alles! A. (13 jaar): Ze heeft vast ook oren op haar billen!
E. (13 jaar): Heeft u u ooit op uw gehoor laten testen? En kwam daar 100 000 uit? U hoort echt alles! A. (13 jaar): Ze heeft vast ook oren op haar billen!
Ik: Wat is het mooiste of leukste compliment dat je vandaag hebt gekregen? D. (13 jaar): Dat aliens mijn swag* komen stelen. Ik: Is dat een compliment dan? N. (13 jaar): Ja!! Ik ben er van overtuigd dat wij hier zoveel swag hebben dat aliens jaloers worden en het bij ons komen wegnemen. *swag =: “Tegenwoordig is het woord ‘swag’[…]
Ik: Wat is het mooiste of leukste compliment dat je vandaag hebt gekregen? D. (13 jaar): Dat aliens mijn swag* komen stelen. Ik: Is dat een compliment dan? N. (13 jaar): Ja!! Ik ben er van overtuigd dat wij hier zoveel swag hebben dat aliens jaloers worden en het bij ons komen wegnemen. *swag =: “Tegenwoordig is het woord ‘swag’[…]
R. (13 jaar) tijdens een toets: Hoe zit het ook alweer met dat delen? Ik: Dat kan ik niet zeggen. R.: Weet u het ook niet?
R. (13 jaar) tijdens een toets: Hoe zit het ook alweer met dat delen? Ik: Dat kan ik niet zeggen. R.: Weet u het ook niet?
Ik: Hup, naar de aula, hier houden we geen pauze. T. (14 jaar): Kom, we gaan daar in het gangetje zitten! L. (14 jaar): Nee man, daar heb je helemaal geen aura. Daar zit iedereen veel te dicht op elkaar.
Ik: Hup, naar de aula, hier houden we geen pauze. T. (14 jaar): Kom, we gaan daar in het gangetje zitten! L. (14 jaar): Nee man, daar heb je helemaal geen aura. Daar zit iedereen veel te dicht op elkaar.
Ik: We gaan vandaag in de mentorles iets oefenen waar veel mensen, ook volwassenen nog moeite mee hebben. N. (13 jaar): Seks!
Ik: We gaan vandaag in de mentorles iets oefenen waar veel mensen, ook volwassenen nog moeite mee hebben. N. (13 jaar): Seks!
Ik: Ik had een fout gemaakt met huiswerk opgegeven dus het staat pas voor de volgende les in plaats van vandaag. Dus je weet al wat ik nu ga doen… (grappend) Het huiswerk controleren en een kruisje opschrijven als je het niet in orde hebt. D. (14 jaar): Kruisjes? Dat zijn kusjes! Dat mag. Één kusje voor Z., één kusje[…]
Ik: Ik had een fout gemaakt met huiswerk opgegeven dus het staat pas voor de volgende les in plaats van vandaag. Dus je weet al wat ik nu ga doen… (grappend) Het huiswerk controleren en een kruisje opschrijven als je het niet in orde hebt. D. (14 jaar): Kruisjes? Dat zijn kusjes! Dat mag. Één kusje voor Z., één kusje[…]
Ik: We gaan nu dit bestand openen. A. (13 jaar): Yes, ik wist het! Ik ben dementief. Ik kan in de toekomst kijken! even later E. (13 jaar): Ik wens u een dementief weekend! En mezelf ook, want als iemand dan een sneeuwbal gooit dan weet ik dat ik 5 seconden later moet bukken!
Ik: We gaan nu dit bestand openen. A. (13 jaar): Yes, ik wist het! Ik ben dementief. Ik kan in de toekomst kijken! even later E. (13 jaar): Ik wens u een dementief weekend! En mezelf ook, want als iemand dan een sneeuwbal gooit dan weet ik dat ik 5 seconden later moet bukken!
Leerling: Meneer, meneer, u moet mij helpen. Hij insemineert mij! Andere leerling: Insemineert? Bedoel je niet intimideert? Leerling: Oh ja, dat dan!
Leerling: Meneer, meneer, u moet mij helpen. Hij insemineert mij! Andere leerling: Insemineert? Bedoel je niet intimideert? Leerling: Oh ja, dat dan!
Docent: Moet jij niet eten? K. (15 jaar): Nee, ik heb geen honger. Ik ben namelijk verliefd. Docent: Oh? K.: Verliefd op mezelf!
Docent: Moet jij niet eten? K. (15 jaar): Nee, ik heb geen honger. Ik ben namelijk verliefd. Docent: Oh? K.: Verliefd op mezelf!
Ik: Jongens, ik ben wel een beetje zenuwachtig voor mijn optreden bij de talentenjacht van school vanavond hoor! Leerling F. (14 jaar): Wat gaat u doen? Ik: Dat is geheim, maar geloof me ik ga mezelf redelijk voor schut zetten. Leerling A. (14 jaar): Ach mevrouw, iedereen mag u, dus u kan het hebben!
Ik: Jongens, ik ben wel een beetje zenuwachtig voor mijn optreden bij de talentenjacht van school vanavond hoor! Leerling F. (14 jaar): Wat gaat u doen? Ik: Dat is geheim, maar geloof me ik ga mezelf redelijk voor schut zetten. Leerling A. (14 jaar): Ach mevrouw, iedereen mag u, dus u kan het hebben!
Docent: Je staat wel een beetje in mijn aura. M. (15 jaar): Dat is toch positief? U heeft een negatief aura en door mijn positieve aura wordt het voor u alleen maar beter!
Docent: Je staat wel een beetje in mijn aura. M. (15 jaar): Dat is toch positief? U heeft een negatief aura en door mijn positieve aura wordt het voor u alleen maar beter!
W. (14 jaar): Weet u, we leven eigenlijk in een hele mooie wereld maar we genieten er helemaal niet van. We zijn zo met andere dingen bezig terwijl we gewoon buiten moeten lopen. Ik: Ga jij dan zo na de bel lekker buiten lopen? W.: Nou…
W. (14 jaar): Weet u, we leven eigenlijk in een hele mooie wereld maar we genieten er helemaal niet van. We zijn zo met andere dingen bezig terwijl we gewoon buiten moeten lopen. Ik: Ga jij dan zo na de bel lekker buiten lopen? W.: Nou…
R. (13 jaar): Laat uw collega u gewoon wachten? Ik: Erg hè? Ik moet gewoon wachten, terwijl ik gewend ben dat de wereld om mij draait! R.: Ja! Dat merken we altijd in les.
R. (13 jaar): Laat uw collega u gewoon wachten? Ik: Erg hè? Ik moet gewoon wachten, terwijl ik gewend ben dat de wereld om mij draait! R.: Ja! Dat merken we altijd in les.
S. (13 jaar): Kunnen we ‘m overslaan? Ik: We kunnen een balletje overslaan. S.: Nee, de toets overslaan! Het is veel te slecht weer voor een toets!
S. (13 jaar): Kunnen we ‘m overslaan? Ik: We kunnen een balletje overslaan. S.: Nee, de toets overslaan! Het is veel te slecht weer voor een toets!
Collega: Gelukkig nieuwjaar. Mogen jullie allemaal maar goede cijfers halen. V. (13 jaar): Mocht u maar makkelijke toetsen maken. M. (13 jaar): Mocht u maar geen A en B versies meer maken.
Collega: Gelukkig nieuwjaar. Mogen jullie allemaal maar goede cijfers halen. V. (13 jaar): Mocht u maar makkelijke toetsen maken. M. (13 jaar): Mocht u maar geen A en B versies meer maken.
M. (13 jaar): Mogen ze alstublieft weg van overwerken? Ik: Nee, eerst moeten ze ook werken tijdens het overwerken. M.: Maar mevrouw, het is bijna Kerst! Het is hun enige Kerstwens om nu weg te mogen!! T. (14 jaar): Nou… De enige… Bobbi Eden is ook wel een Kerstwens hoor. Wacht ik zoek wel een plaatje op. In kader van[…]
M. (13 jaar): Mogen ze alstublieft weg van overwerken? Ik: Nee, eerst moeten ze ook werken tijdens het overwerken. M.: Maar mevrouw, het is bijna Kerst! Het is hun enige Kerstwens om nu weg te mogen!! T. (14 jaar): Nou… De enige… Bobbi Eden is ook wel een Kerstwens hoor. Wacht ik zoek wel een plaatje op. In kader van[…]
Ik: Als je nu niet stopt met praten krijg je minuten nablijftijd cadeau. Ik voel mij soms net de kerstman met al die cadeautjes. T. (14 jaar): U lijkt er ook wel op! Klas in rep en roer: Oehhh, dat is wel heel erg. Pikt u dat mevrouw? Dit kan echt niet hoor.
Ik: Als je nu niet stopt met praten krijg je minuten nablijftijd cadeau. Ik voel mij soms net de kerstman met al die cadeautjes. T. (14 jaar): U lijkt er ook wel op! Klas in rep en roer: Oehhh, dat is wel heel erg. Pikt u dat mevrouw? Dit kan echt niet hoor.
L. (13 jaar): Waarvoor had u dan een afspraak? Ik: Een gesprek voor een cursus die ik doe. L.: Oooh, gaat u nóg een vak erbij doen!
L. (13 jaar): Waarvoor had u dan een afspraak? Ik: Een gesprek voor een cursus die ik doe. L.: Oooh, gaat u nóg een vak erbij doen!
Ik: Helaas jongens, ik heb slecht nieuws. Ik moet eerder weg voor een afspraak, dus de les duurt iets korter. M. (13 jaar): Een afspraak? Bent u zwanger? Ik: Nee. K. (13 jaar): Wilt u geen kinderen dan? V. (13 jaar): De gemiddelde leeftijd ligt op 23 hoor! Ik: Ik heb mijn handen vol aan jullie, maar misschien als ik[…]
Ik: Helaas jongens, ik heb slecht nieuws. Ik moet eerder weg voor een afspraak, dus de les duurt iets korter. M. (13 jaar): Een afspraak? Bent u zwanger? Ik: Nee. K. (13 jaar): Wilt u geen kinderen dan? V. (13 jaar): De gemiddelde leeftijd ligt op 23 hoor! Ik: Ik heb mijn handen vol aan jullie, maar misschien als ik[…]
Ik: Wat doe je in mijn les? S. (14 jaar): Sexy zijn! Ik: Doe dat maar even ergens anders.
Ik: Wat doe je in mijn les? S. (14 jaar): Sexy zijn! Ik: Doe dat maar even ergens anders.
M. (13 jaar), na de eerste les van nieuwe docent: Vindt u het niet fijn dat er een leeftijdsgenoot bij gekomen is voor u? Ik: Nee joh, ik ben véél ouder! N. (13 jaar): Hoe oud bent u dan? Ik: 26. M.: Echt niet, u bent 24! Ik: Helaas, ik ben echt 26! M.: Dat kan helemaal niet, u bent[…]
M. (13 jaar), na de eerste les van nieuwe docent: Vindt u het niet fijn dat er een leeftijdsgenoot bij gekomen is voor u? Ik: Nee joh, ik ben véél ouder! N. (13 jaar): Hoe oud bent u dan? Ik: 26. M.: Echt niet, u bent 24! Ik: Helaas, ik ben echt 26! M.: Dat kan helemaal niet, u bent[…]
M. (13 jaar): Mevrouw. Is dat uw surprise? Wie heeft u? Ik: Dat is geheim. M.: Wat heeft u gemaakt? Ik: Dat is geheim. M.: Heeft u een jongen of een meisje? Ik: Dat is geheim. M.: Dat is stom! Ik: Dat hoort er bij hè! M.: Het hoort stom te zijn? Ik: Neehee, het hoort geheim te zijn!
M. (13 jaar): Mevrouw. Is dat uw surprise? Wie heeft u? Ik: Dat is geheim. M.: Wat heeft u gemaakt? Ik: Dat is geheim. M.: Heeft u een jongen of een meisje? Ik: Dat is geheim. M.: Dat is stom! Ik: Dat hoort er bij hè! M.: Het hoort stom te zijn? Ik: Neehee, het hoort geheim te zijn!
Leerlingbegeleider: Weet je waarom je hier bent? Leerling: Ja hoor, mijn moeder heeft in een wilde bui in mijn agenda gekeken en zag dat ik alles met onzichtbare inkt had geschreven!
Leerlingbegeleider: Weet je waarom je hier bent? Leerling: Ja hoor, mijn moeder heeft in een wilde bui in mijn agenda gekeken en zag dat ik alles met onzichtbare inkt had geschreven!
K. (13 jaar): Bakt u wel eens cakejes? Ik: Ja. K.: Zijn er wel eens mensen doodgegaan?
K. (13 jaar): Bakt u wel eens cakejes? Ik: Ja. K.: Zijn er wel eens mensen doodgegaan?
Ik vang flarden van een gesprek tussen klasgenoten op, ze praten over het drinken van wijn. Ik: Wát drink je? S. (16 jaar): Wijn! Ik ben zestien hoor! Ik: Het mag toch pas vanaf achttien? S.: Ik heb tien dagen legaal mogen drinken. G. (15 jaar): Drinkt u? Ik: Nee. G.: Blowt u? Ik: Nee G.: Pilletjes dan? G.: Af[…]
Ik vang flarden van een gesprek tussen klasgenoten op, ze praten over het drinken van wijn. Ik: Wát drink je? S. (16 jaar): Wijn! Ik ben zestien hoor! Ik: Het mag toch pas vanaf achttien? S.: Ik heb tien dagen legaal mogen drinken. G. (15 jaar): Drinkt u? Ik: Nee. G.: Blowt u? Ik: Nee G.: Pilletjes dan? G.: Af[…]
C. (14 jaar) zodra we de bus uitstappen in Amsterdam op excursie: Maar mevrouw, waar is dan de stad? Ik: We zijn in de stad. C.: Nee, ik bedoel de stad stad! U weet wel, de winkeltjes enzo…
C. (14 jaar) zodra we de bus uitstappen in Amsterdam op excursie: Maar mevrouw, waar is dan de stad? Ik: We zijn in de stad. C.: Nee, ik bedoel de stad stad! U weet wel, de winkeltjes enzo…
D. (13 jaar): KUT! Y. (13 jaar): Geen scheldwoorden. D.: Kut is geen scheldwoord, het is een organisme.
D. (13 jaar): KUT! Y. (13 jaar): Geen scheldwoorden. D.: Kut is geen scheldwoord, het is een organisme.
Ik: Waarom heb je een kruisje achter je naam bij Frans? D. (12 jaar): Maar kijk! Ik had het verkeerde niet gemaakt!
Ik: Waarom heb je een kruisje achter je naam bij Frans? D. (12 jaar): Maar kijk! Ik had het verkeerde niet gemaakt!
Ik: Heb je geen telefoon? M. (13 jaar): Hij is afgepakt, naja hij moest ook naar maker. V. (13 jaar): Die van mij moet eigenlijk ook naar een makelaar. Hij kon de 453 nieuwe berichten niet aan.
Ik: Heb je geen telefoon? M. (13 jaar): Hij is afgepakt, naja hij moest ook naar maker. V. (13 jaar): Die van mij moet eigenlijk ook naar een makelaar. Hij kon de 453 nieuwe berichten niet aan.
J. (13 jaar): Weet u, als NaSk docent, wanneer het gaat vriezen? Ik: Ja, dat weet ik. Als de temperatuur onder de nul graden Celsius komt. J.: Jahaa, maar wélke dag!
J. (13 jaar): Weet u, als NaSk docent, wanneer het gaat vriezen? Ik: Ja, dat weet ik. Als de temperatuur onder de nul graden Celsius komt. J.: Jahaa, maar wélke dag!
E. (13 jaar): Mevrouw, heeft u een rekenmachine? Ik: Ik ben een rekenmachine. E.: Mag ik u dan gebruiken?
E. (13 jaar): Mevrouw, heeft u een rekenmachine? Ik: Ik ben een rekenmachine. E.: Mag ik u dan gebruiken?
A. (12 jaar) kijkend naar de personeelsfoto die in de aula hangt: Kijk de gymleraar gewoon lekker in z’n sportkleren. R. (12 jaar): Ja, hij heeft niets te verliezen!
A. (12 jaar) kijkend naar de personeelsfoto die in de aula hangt: Kijk de gymleraar gewoon lekker in z’n sportkleren. R. (12 jaar): Ja, hij heeft niets te verliezen!
F. (13 jaar): Kom, we maken een powerpoint. O. (13 jaar): Nee, dan moeten we presenteren. Laten we een boekje maken. F.: Ja, maar dan heb je geen effecten! O.: Dan typ je toch gewoon op de plek in je verslag waar je effect zou doen #specialeffect!
F. (13 jaar): Kom, we maken een powerpoint. O. (13 jaar): Nee, dan moeten we presenteren. Laten we een boekje maken. F.: Ja, maar dan heb je geen effecten! O.: Dan typ je toch gewoon op de plek in je verslag waar je effect zou doen #specialeffect!
F. (13 jaar): Hoe oud bent u eigenlijk? Ik: 26. F.: Oh.. Dat had ik niet verwacht, eerder 24. Ik: Ik zeg ook altijd dat ik voor de tweede keer 25 ben geworden. F.: Ah, 50 dus!
F. (13 jaar): Hoe oud bent u eigenlijk? Ik: 26. F.: Oh.. Dat had ik niet verwacht, eerder 24. Ik: Ik zeg ook altijd dat ik voor de tweede keer 25 ben geworden. F.: Ah, 50 dus!
Ik: Heb je de medailles die je nodig hebt gevonden in de winkel gisteren? M. (13 jaar): Nee, ik heb ze daar gekocht.
Ik: Heb je de medailles die je nodig hebt gevonden in de winkel gisteren? M. (13 jaar): Nee, ik heb ze daar gekocht.
Ik: Ik bied jullie vandaag een herkansing omdat het vorige les niet helemaal goed was gegaan. N. (12 jaar) staat op en zegt: Dan doe ik nu een wethoud-ding en zeg dat we geen herkansing krijgen!
Ik: Ik bied jullie vandaag een herkansing omdat het vorige les niet helemaal goed was gegaan. N. (12 jaar) staat op en zegt: Dan doe ik nu een wethoud-ding en zeg dat we geen herkansing krijgen!
F. (13 jaar): Die baard in mijn keel is echt vervelend, dan heb ik opeens stemverwisselingen of helemaal geen stem meer. M. (13 jaar): Dan moet je je scheren!
F. (13 jaar): Die baard in mijn keel is echt vervelend, dan heb ik opeens stemverwisselingen of helemaal geen stem meer. M. (13 jaar): Dan moet je je scheren!
Ik (in gesprek over gedrag in de klas): Schrijf over jezelf een top en een tip op. : L. (12 jaar) schrijft meteen een tip op voor zichzelf. Daarna het woord “top” en dan denkt hij lang na. Ik: Raar eigenlijk hè dat je hier zo over na moet denken, we bestaan namelijk uit meer tops dan tips. L.: Klopt,[…]
Ik (in gesprek over gedrag in de klas): Schrijf over jezelf een top en een tip op. : L. (12 jaar) schrijft meteen een tip op voor zichzelf. Daarna het woord “top” en dan denkt hij lang na. Ik: Raar eigenlijk hè dat je hier zo over na moet denken, we bestaan namelijk uit meer tops dan tips. L.: Klopt,[…]
D. (13 jaar): Mijn rekenmachine had het fout, toen ik met mijn hoofd ging rekenen was het wel goed. F. (13 jaar): Dan heb je wel een goed hoofd!
D. (13 jaar): Mijn rekenmachine had het fout, toen ik met mijn hoofd ging rekenen was het wel goed. F. (13 jaar): Dan heb je wel een goed hoofd!
L. (12 jaar): Mevrouw, wat is uw lievelings eten? Ik: Pasta. D. (12 jaar): Wat voor een pasta dan? Ik: Maakt niet uit, ik vind alle soorten pasta lekker. B. (12 jaar): Chocoladepasta?
L. (12 jaar): Mevrouw, wat is uw lievelings eten? Ik: Pasta. D. (12 jaar): Wat voor een pasta dan? Ik: Maakt niet uit, ik vind alle soorten pasta lekker. B. (12 jaar): Chocoladepasta?
M. (12 jaar): Mevrouw, C. en mijn beste vriendin hebben hetzelfde shirt als u. Ik: Oh… Mag ik hem nu nooit meer aan? M.: Nee, nooit meer…. Even later…. M.: Nee hoor, u mag hem gewoon nog aan!
M. (12 jaar): Mevrouw, C. en mijn beste vriendin hebben hetzelfde shirt als u. Ik: Oh… Mag ik hem nu nooit meer aan? M.: Nee, nooit meer…. Even later…. M.: Nee hoor, u mag hem gewoon nog aan!
M., M., M., R., A., A., N. (13 jaar): Mevrouw, mogen we bij u in het lokaal chillen in de pauze? Ik: Maar ik wil even gezellig met mijn collega’s kletsen en broodje eten… A.: Maar u bent zo coool, dat kunt u toch met ons doen?
M., M., M., R., A., A., N. (13 jaar): Mevrouw, mogen we bij u in het lokaal chillen in de pauze? Ik: Maar ik wil even gezellig met mijn collega’s kletsen en broodje eten… A.: Maar u bent zo coool, dat kunt u toch met ons doen?
S. (15 jaar): Mevrouw, u bent hard. Docente J.: Hard? S.: Ja, omdat u games speelt. Omdat u GTA speelt! Docente J.: Ooooohh! Het is dus pósitief?!
S. (15 jaar): Mevrouw, u bent hard. Docente J.: Hard? S.: Ja, omdat u games speelt. Omdat u GTA speelt! Docente J.: Ooooohh! Het is dus pósitief?!
Ik: Oké, we gaan beginnen met de toets, tafels uit elkaar. Je weet het, ik moet er tussendoor kunnen lopen en ik ben niet afgevallen dus hoef geen complimentjes. Daar kan ik trouwens ook niet afvallen want dat zijn gewoon mijn heupen, mijn botten. R. (12 jaar): U kunt wel afvallen hoor, even bezoekje aan dr. Schumacher. Maar mijn oom[…]
Ik: Oké, we gaan beginnen met de toets, tafels uit elkaar. Je weet het, ik moet er tussendoor kunnen lopen en ik ben niet afgevallen dus hoef geen complimentjes. Daar kan ik trouwens ook niet afvallen want dat zijn gewoon mijn heupen, mijn botten. R. (12 jaar): U kunt wel afvallen hoor, even bezoekje aan dr. Schumacher. Maar mijn oom[…]
K. (13 jaar): Ik heb honger. T. (14 jaar): Ik heb zin in zoete wraak!
K. (13 jaar): Ik heb honger. T. (14 jaar): Ik heb zin in zoete wraak!
T. (13 jaar): Kan je wiskunde eigenlijk laten vallen? K. (13 jaar): Als je wiskunde laat vallen ben je echt dom, want dan word je dokter ofzo! V. (13 jaar): Oooh daar heb je toch juist wiskunde voor nodig?!! T. (13 jaar): Hoezo? Je snijdt iemands arm er af en dan ben je klaar!
T. (13 jaar): Kan je wiskunde eigenlijk laten vallen? K. (13 jaar): Als je wiskunde laat vallen ben je echt dom, want dan word je dokter ofzo! V. (13 jaar): Oooh daar heb je toch juist wiskunde voor nodig?!! T. (13 jaar): Hoezo? Je snijdt iemands arm er af en dan ben je klaar!
Leerlingen (13 jaar): Waarom heeft u uw schoenen uitgedaan? Ik: Zodat mijn hakken niet zoveel lawaai maken tijdens de toets. F. (13 jaar): Nu bent u een echte held op sokken!
Leerlingen (13 jaar): Waarom heeft u uw schoenen uitgedaan? Ik: Zodat mijn hakken niet zoveel lawaai maken tijdens de toets. F. (13 jaar): Nu bent u een echte held op sokken!
F. (13 jaar): We gaan voor onze opdracht de ark van Noach maken! Leuk hè?! Ik: Vergeet dan niet de dieren te maken… F.: Welke dieren???
F. (13 jaar): We gaan voor onze opdracht de ark van Noach maken! Leuk hè?! Ik: Vergeet dan niet de dieren te maken… F.: Welke dieren???
R. (12 jaar): … Dan grijpt hij je bij je lurven! F. (12 jaar): Hihihihi, dat kietelt altijd als iemand je bij je lurven grijpt!
R. (12 jaar): … Dan grijpt hij je bij je lurven! F. (12 jaar): Hihihihi, dat kietelt altijd als iemand je bij je lurven grijpt!
E. (13 jaar): Mevrouw, echt alles wat u doet is grappig! Ik: Ik drink thee… E.: Ja, het is zo grappig! Uw hoofd!
E. (13 jaar): Mevrouw, echt alles wat u doet is grappig! Ik: Ik drink thee… E.: Ja, het is zo grappig! Uw hoofd!
D. (14 jaar): Wow, u bent echt goed in de schoolfoto. Zitten en BAM! gelukt. Z. (14 jaar): Maar u doet het natuurlijk ook elk jaar!
D. (14 jaar): Wow, u bent echt goed in de schoolfoto. Zitten en BAM! gelukt. Z. (14 jaar): Maar u doet het natuurlijk ook elk jaar!
Ik: Je weet hoe het bij mij werkt, eerst verplaats ik een leerling als hij door mij heen praat, daarna verwijder ik iemand uit de les. D. (14 jaar): Als u dat zegt dan zien wij echt voor ons dat u hem naar het prullenbakje op uw bureaublad versleept! Z. (14 jaar): Delete!
Ik: Je weet hoe het bij mij werkt, eerst verplaats ik een leerling als hij door mij heen praat, daarna verwijder ik iemand uit de les. D. (14 jaar): Als u dat zegt dan zien wij echt voor ons dat u hem naar het prullenbakje op uw bureaublad versleept! Z. (14 jaar): Delete!
Ik: Moet ik de prullenbak naar je toe breng of loop je er zelf even naar toe? De leerling staat op en loopt naar de prullenbak om haar kauwgom weg te gooien, tegelijkertijd roept S. (13 jaar): NEEEEE! Kies voor thuisbezorgen! Kies altijd voor thuisbezorgen!
Ik: Moet ik de prullenbak naar je toe breng of loop je er zelf even naar toe? De leerling staat op en loopt naar de prullenbak om haar kauwgom weg te gooien, tegelijkertijd roept S. (13 jaar): NEEEEE! Kies voor thuisbezorgen! Kies altijd voor thuisbezorgen!
Ik: Nog even iets rustiger dames en heren. Heb namelijk een hoofdpijn die mijn hoofd probeert op te eten. K. (13 jaar): Dan heeft u een lekker hoofd! T. (13 jaar): Met honing!
Ik: Nog even iets rustiger dames en heren. Heb namelijk een hoofdpijn die mijn hoofd probeert op te eten. K. (13 jaar): Dan heeft u een lekker hoofd! T. (13 jaar): Met honing!
Leerling: Mevrouw, ik zou dat cakeje niet opeten hoor. Na je veertigste krijg je dat er nooit meer vanaf. Ik: Pardon??? Leerling: Uhh, na je twintigste…
Leerling: Mevrouw, ik zou dat cakeje niet opeten hoor. Na je veertigste krijg je dat er nooit meer vanaf. Ik: Pardon??? Leerling: Uhh, na je twintigste…
E. (14 jaar): Wow mevrouw, u heeft uw haar in een andere scheiding! B. (14 jaar): Dat valt jou dan weer op!
E. (14 jaar): Wow mevrouw, u heeft uw haar in een andere scheiding! B. (14 jaar): Dat valt jou dan weer op!
Vraag op Franse leestoets: waarom heeft de trein naar Amsterdam vertraging? Antwoord van leerling(en): omdat Kim aan het telefoneren is met vrienden. Vraag mij spontaan af waarom mensen rennen voor bus, trein of metro, ze wachten toch wel ;-).
Vraag op Franse leestoets: waarom heeft de trein naar Amsterdam vertraging? Antwoord van leerling(en): omdat Kim aan het telefoneren is met vrienden. Vraag mij spontaan af waarom mensen rennen voor bus, trein of metro, ze wachten toch wel ;-).
Ik: Wat voor een bril raad jij oma aan als ze haar krant ver van zich afhoudt? J. (14 jaar): Een ray-ban.
Ik: Wat voor een bril raad jij oma aan als ze haar krant ver van zich afhoudt? J. (14 jaar): Een ray-ban.
Ik: Wat voor een soort lens is onze ooglens? K. (14 jaar): Lance Armstrong
Ik: Wat voor een soort lens is onze ooglens? K. (14 jaar): Lance Armstrong
M. (13 jaar): Mevrouw, u drinkt toch niet? Waarom staat er dan op uw Insta* een kat met een biertje. Ik: Dat is het biertje van mijn vriend, hij drinkt wel. M.: Drinkt hij elke dag? All day all night?! *Insta = instagram; een social media voor het delen van foto’s met vrienden en vage bekenden
M. (13 jaar): Mevrouw, u drinkt toch niet? Waarom staat er dan op uw Insta* een kat met een biertje. Ik: Dat is het biertje van mijn vriend, hij drinkt wel. M.: Drinkt hij elke dag? All day all night?! *Insta = instagram; een social media voor het delen van foto’s met vrienden en vage bekenden
R. (14 jaar): Hmm… Een beroep waar je een spiegel nodig hebt. Ik weet het! Een schoonheidsspecialiste!! T. (14 jaar): Schoonheid bestaat niet! R.: Maar schoonheidsspecialistes wel!
R. (14 jaar): Hmm… Een beroep waar je een spiegel nodig hebt. Ik weet het! Een schoonheidsspecialiste!! T. (14 jaar): Schoonheid bestaat niet! R.: Maar schoonheidsspecialistes wel!
Ik: Als ik praat dan ontstaat het geluid bij mijn stembanden en dat plant zich dan voort. G. (14 jaar) fluistert: Ooeeeeehhhh, ze is zwanger! Ik: Nee hoor, dat is mijn vet. Andere leerling: Wie is de vader? Ik: De vader van mijn vet? Pizza, chips, snoep, twee keer barbecuen in een weekend… … Ik: Wel lastig dat ik nu[…]
Ik: Als ik praat dan ontstaat het geluid bij mijn stembanden en dat plant zich dan voort. G. (14 jaar) fluistert: Ooeeeeehhhh, ze is zwanger! Ik: Nee hoor, dat is mijn vet. Andere leerling: Wie is de vader? Ik: De vader van mijn vet? Pizza, chips, snoep, twee keer barbecuen in een weekend… … Ik: Wel lastig dat ik nu[…]
B. (14 jaar): Mevrouw, u moet zo (maakt schurende beweging) met jongens dansen. Ik: Ik denk niet jongens het leuk vinden als een docente dat doet. B.: Jawel joh, ik doe het ook! Ik: Maar jij bent geen lerares… B.: Jawel, twerk-lerares! Twerken: op seksueel suggestieve manier dansen, vooral op hiphopmuziek, waarbij vrouwen hun heupen schudden terwijl ze tevens hun[…]
B. (14 jaar): Mevrouw, u moet zo (maakt schurende beweging) met jongens dansen. Ik: Ik denk niet jongens het leuk vinden als een docente dat doet. B.: Jawel joh, ik doe het ook! Ik: Maar jij bent geen lerares… B.: Jawel, twerk-lerares! Twerken: op seksueel suggestieve manier dansen, vooral op hiphopmuziek, waarbij vrouwen hun heupen schudden terwijl ze tevens hun[…]
Docent: Kom je donderdag dat SO inhalen? Leerling: Nee, ik kan niet want donderdag is schoolfeest. Ik: Ja ’s avonds pas, overdag is er gelukkig gewoon school. Leerling: Maar ik moet me toch de hele dag voorbereiden?!
Docent: Kom je donderdag dat SO inhalen? Leerling: Nee, ik kan niet want donderdag is schoolfeest. Ik: Ja ’s avonds pas, overdag is er gelukkig gewoon school. Leerling: Maar ik moet me toch de hele dag voorbereiden?!
Leerling 1: Mevrouw, klopt deze zin? Leerling 2: Waarom vraag je dat aan haar, vraag het aan je Frans docent. Leerling 1: Maar zij geeft ook Frans! Leerling 2: Huh? Dat kan niet! Mevrouw, zeg eens iets in het Frans dan! Ik: Non.
Leerling 1: Mevrouw, klopt deze zin? Leerling 2: Waarom vraag je dat aan haar, vraag het aan je Frans docent. Leerling 1: Maar zij geeft ook Frans! Leerling 2: Huh? Dat kan niet! Mevrouw, zeg eens iets in het Frans dan! Ik: Non.
B. (14 jaar): Toen u ons nog les gaf, was uw website veel leuker! Ik: je hebt nog gewoon les van mij. B.: Ja maar de afgelopen twee weken niet en vanaf toen was het veel minder grappig.
B. (14 jaar): Toen u ons nog les gaf, was uw website veel leuker! Ik: je hebt nog gewoon les van mij. B.: Ja maar de afgelopen twee weken niet en vanaf toen was het veel minder grappig.
Ik: Ik zou nu goed opletten, want ik leg het helaas veel beter uit dan het boek. Z. (13 jaar): Waarom zit u dan niet in het boek? Dat zou handiger zijn.
Ik: Ik zou nu goed opletten, want ik leg het helaas veel beter uit dan het boek. Z. (13 jaar): Waarom zit u dan niet in het boek? Dat zou handiger zijn.
Klasgenoot: Noem een kunstmatige lichtbron. W. (13 jaar): Een UWV-lamp!
Klasgenoot: Noem een kunstmatige lichtbron. W. (13 jaar): Een UWV-lamp!
Ik: En als je het antwoord weet op de vraag van de quizmaster dan druk je snel op de onzichtbare buzzer. M. (13 jaar): Dan is het zeker een infrarood buzzer! (want dat is onzichtbare straling)
Ik: En als je het antwoord weet op de vraag van de quizmaster dan druk je snel op de onzichtbare buzzer. M. (13 jaar): Dan is het zeker een infrarood buzzer! (want dat is onzichtbare straling)
S. (13 jaar): Mevrouw, gaf u dit weekend een feestje? Mijn vriendin woont achter u en kon daardoor niet slapen en ging toen met mij whatsappen. Ik: Dus eigenlijk vond je het wel gezellig dat ik een feestje had? S.: Ja, dat klopt. Ik: Mooi, want ik vond het ook wel gezellig!
S. (13 jaar): Mevrouw, gaf u dit weekend een feestje? Mijn vriendin woont achter u en kon daardoor niet slapen en ging toen met mij whatsappen. Ik: Dus eigenlijk vond je het wel gezellig dat ik een feestje had? S.: Ja, dat klopt. Ik: Mooi, want ik vond het ook wel gezellig!
C. (15): Mevrouw, bent u gegroeid? Ik: Ik heb hakken aan, dan groei je heel snel. Lijk ik groter dan? C.: Soms, als u boos bent wel.
C. (15): Mevrouw, bent u gegroeid? Ik: Ik heb hakken aan, dan groei je heel snel. Lijk ik groter dan? C.: Soms, als u boos bent wel.
N. (14 jaar): Mevrouw, hoe oud bent u eigenlijk geworden? 27? Ik: Ah wat jammer dat je voor je volgende toets een 1 krijgt! N.: Huh? Hoezo? Het is toch een compliment? Ik: Ik ben 26 geworden… N.: Oh…
N. (14 jaar): Mevrouw, hoe oud bent u eigenlijk geworden? 27? Ik: Ah wat jammer dat je voor je volgende toets een 1 krijgt! N.: Huh? Hoezo? Het is toch een compliment? Ik: Ik ben 26 geworden… N.: Oh…
Leerling: Mevrouw, gaat u paaseieren zoeken? Ik: Weet ik nog niet, hangt er van af of ze verstopt zijn. Leerling: Vergeet niet onder de struiken te kijken!
Leerling: Mevrouw, gaat u paaseieren zoeken? Ik: Weet ik nog niet, hangt er van af of ze verstopt zijn. Leerling: Vergeet niet onder de struiken te kijken!
Ik: Wat leuk dat jullie weer terug zijn van stage! J. (14 jaar): Heeft u mij gemist? Ik: Natuurlijk heb ik je gemist. J.: Wilt u een knuffel?
Ik: Wat leuk dat jullie weer terug zijn van stage! J. (14 jaar): Heeft u mij gemist? Ik: Natuurlijk heb ik je gemist. J.: Wilt u een knuffel?
T. (13 jaar): Mevrouw, zit u bij hockey eigenlijk bij de senioren? Ik: Ja natuurlijk, je bent senior vanaf je achttiende. T.: Nee nee, ik bedoel de echte oudjes.
T. (13 jaar): Mevrouw, zit u bij hockey eigenlijk bij de senioren? Ik: Ja natuurlijk, je bent senior vanaf je achttiende. T.: Nee nee, ik bedoel de echte oudjes.
B. (14 jaar): Mevrouw, stink ik? Ik maak snuffende geluiden en zeg: Nee hoor. Stink ik? B., zonder te ruiken: Nee hoor!
B. (14 jaar): Mevrouw, stink ik? Ik maak snuffende geluiden en zeg: Nee hoor. Stink ik? B., zonder te ruiken: Nee hoor!
Ik: Internet is vastgelopen. Kijk maar, er staat Internet Explorer reageert niet. S. (13 jaar): Reageert niet? Maar ik zei ook niets tegen hem.
Ik: Internet is vastgelopen. Kijk maar, er staat Internet Explorer reageert niet. S. (13 jaar): Reageert niet? Maar ik zei ook niets tegen hem.
N. (14 jaar): Mevrouw, heeft u een nieuwe riem? Ik kijk een beetje verbaasd. M. (14 jaar): Ze heeft helemaal geen riem om…
N. (14 jaar): Mevrouw, heeft u een nieuwe riem? Ik kijk een beetje verbaasd. M. (14 jaar): Ze heeft helemaal geen riem om…
Ik, tijdens de wiskundeles: J., nee! Ik hoor je weer te hard. J. (13 jaar): Je suis désolé.
Ik, tijdens de wiskundeles: J., nee! Ik hoor je weer te hard. J. (13 jaar): Je suis désolé.
Ik: Nee, ik drink helemaal geen alcohol. L. (13 jaar): Bent u dan zwanger? Klas moet lachen. Ik: Haha, nee ik drink al sinds mijn achttiende niet meer. L.: Waarom bent u dan gestopt, was u verslaafd ofzo? Klas moet nog harder lachen. L.: Wat? Het kan toch? Waarom zou ze anders niet drinken… Daar drink ik een (ice tea)[…]
Ik: Nee, ik drink helemaal geen alcohol. L. (13 jaar): Bent u dan zwanger? Klas moet lachen. Ik: Haha, nee ik drink al sinds mijn achttiende niet meer. L.: Waarom bent u dan gestopt, was u verslaafd ofzo? Klas moet nog harder lachen. L.: Wat? Het kan toch? Waarom zou ze anders niet drinken… Daar drink ik een (ice tea)[…]
N. (14 jaar): Ahh, u heeft een klein kuifje. Ik, na het herschikken van mijn haar: Zo beter? N.: Hij zit er nog steeds. Ik: Moet ik het nog een keer proberen. N.: Nee, laat maar zitten, hij is wel schattig!
N. (14 jaar): Ahh, u heeft een klein kuifje. Ik, na het herschikken van mijn haar: Zo beter? N.: Hij zit er nog steeds. Ik: Moet ik het nog een keer proberen. N.: Nee, laat maar zitten, hij is wel schattig!
Ik: Au! K. (13 jaar): Mevrouw, u heeft echt altijd pijn. Ik: Ik stootte mijn knie, dat deed pijn. K.: Oh.
Ik: Au! K. (13 jaar): Mevrouw, u heeft echt altijd pijn. Ik: Ik stootte mijn knie, dat deed pijn. K.: Oh.
Ik: Kom op meiden, jullie moeten naar biologie. T. (14 jaar): Ik wil niet naar bio, het is daar echt awkward. Ik ga echt niet naar binnen hoor, we hebben het over voortplanting. Als ik ga kotsen is dat niet mijn schuld.
Ik: Kom op meiden, jullie moeten naar biologie. T. (14 jaar): Ik wil niet naar bio, het is daar echt awkward. Ik ga echt niet naar binnen hoor, we hebben het over voortplanting. Als ik ga kotsen is dat niet mijn schuld.
T. (13 jaar): Waarom spelen we eigenlijk alleen maar spelletjes bij wiskunde? L. (13 jaar): Ssstt, zeg dat nou niet. J. (13 jaar): Ik noem het gewoon voordeellessen. Ik: Hoezo voordeellessen? J.: Nou het is voordelig toch?
T. (13 jaar): Waarom spelen we eigenlijk alleen maar spelletjes bij wiskunde? L. (13 jaar): Ssstt, zeg dat nou niet. J. (13 jaar): Ik noem het gewoon voordeellessen. Ik: Hoezo voordeellessen? J.: Nou het is voordelig toch?
T. (13 jaar): Mevrouw, zal ik u naar huis brengen? Ik: Nee hoor, we gaan gewoon lekker met de les beginnen.
T. (13 jaar): Mevrouw, zal ik u naar huis brengen? Ik: Nee hoor, we gaan gewoon lekker met de les beginnen.
J. (13 jaar): Normaal hebben we nu vrij en het is mooi weer. Mogen we naar huis? Ik: Door deze les kan je vrijdag eerder naar huis, dan kan je dan van het lekkere weer genieten. L. (13 jaar): Ja maar nu is het mooi, wie weet hoe het vrijdag is. Ik: Het wordt nog wel vaker mooi weer hoor.[…]
J. (13 jaar): Normaal hebben we nu vrij en het is mooi weer. Mogen we naar huis? Ik: Door deze les kan je vrijdag eerder naar huis, dan kan je dan van het lekkere weer genieten. L. (13 jaar): Ja maar nu is het mooi, wie weet hoe het vrijdag is. Ik: Het wordt nog wel vaker mooi weer hoor.[…]
Ik: Ik ga jullie nu iets vertellen dat jullie nog niet weten. J. (13 jaar): Dat we een prijsvraag hebben gewonnen en op cruise gaan?
Ik: Ik ga jullie nu iets vertellen dat jullie nog niet weten. J. (13 jaar): Dat we een prijsvraag hebben gewonnen en op cruise gaan?
K. (13 jaar): U bent aardig en grappig. Maar… Soms bent u wel iets te sarcastisch. Ik: Te sarcastisch… Dat kan toch niet?! Een paar uur later… K.: Ik heb het gevraagd aan onze docent Nederlands en die zegt dat te sarcastisch niet bestaat maar dat het ligt aan hoe je het op vat. Ik: Dus ik ben niet te[…]
K. (13 jaar): U bent aardig en grappig. Maar… Soms bent u wel iets te sarcastisch. Ik: Te sarcastisch… Dat kan toch niet?! Een paar uur later… K.: Ik heb het gevraagd aan onze docent Nederlands en die zegt dat te sarcastisch niet bestaat maar dat het ligt aan hoe je het op vat. Ik: Dus ik ben niet te[…]
Ik: Dit is de liefste jongen van de school Leerling D. (15 jaar): Klopt, ik kom nooit te laat.
Ik: Dit is de liefste jongen van de school Leerling D. (15 jaar): Klopt, ik kom nooit te laat.
In de maand februari organiseren wij lesjesmiddagen. Dan geven wij lesjes aan leerlingen uit groep 8 zodat ze een idee kunnen krijgen van onze school en de middelbare school in het algemeen. Leerling (11 / 12 jaar): Nou mevrouw, tot nooit meer ziens dan! Ik: Heb je geen VMBO-t advies? Jammer! Fijn leven dan maar jongen!
In de maand februari organiseren wij lesjesmiddagen. Dan geven wij lesjes aan leerlingen uit groep 8 zodat ze een idee kunnen krijgen van onze school en de middelbare school in het algemeen. Leerling (11 / 12 jaar): Nou mevrouw, tot nooit meer ziens dan! Ik: Heb je geen VMBO-t advies? Jammer! Fijn leven dan maar jongen!
Ik: Ophouden met die bijdehante opmerkingen, anders mag je vanmiddag terugkomen met die opmerkingen. Maar! Dan geef ik wel bijdehante opmerkingen terug. Z. (14 jaar): Dat is eigenlijk best cool!
Ik: Ophouden met die bijdehante opmerkingen, anders mag je vanmiddag terugkomen met die opmerkingen. Maar! Dan geef ik wel bijdehante opmerkingen terug. Z. (14 jaar): Dat is eigenlijk best cool!
Ik: Wat loop je langzaam zeg. J. (14 jaar): Ja, u weet wat ze zeggen he… Ik: Nee, wat zeggen ze dan? J.: Ik hoopte dat u dat wist!
Ik: Wat loop je langzaam zeg. J. (14 jaar): Ja, u weet wat ze zeggen he… Ik: Nee, wat zeggen ze dan? J.: Ik hoopte dat u dat wist!
Leerling: Wat? Ik: Wat? Andere leerling: Die koop je bij een drogist.
Leerling: Wat? Ik: Wat? Andere leerling: Die koop je bij een drogist.
F. (13 jaar): gaan we deze les een spelletje spelen? Ik: Nee. F.: Maar ik ben jarig! Ik: Gefeliciteerd. F.: Grapje, ik ben niet jarig.
F. (13 jaar): gaan we deze les een spelletje spelen? Ik: Nee. F.: Maar ik ben jarig! Ik: Gefeliciteerd. F.: Grapje, ik ben niet jarig.
R. (14 jaar): Mijn moeder vindt het echt niet erg dat ik een drie heb gehaald hoor. Ik: Niet? R.: Nee hoor. Ik vertel haar gewoon dat ik zwanger ben, daarna zeg ik ‘grapje, ik heb alleen een drie voor NaSk’ en dan valt dat opeens heel erg mee.
R. (14 jaar): Mijn moeder vindt het echt niet erg dat ik een drie heb gehaald hoor. Ik: Niet? R.: Nee hoor. Ik vertel haar gewoon dat ik zwanger ben, daarna zeg ik ‘grapje, ik heb alleen een drie voor NaSk’ en dan valt dat opeens heel erg mee.
Tijdens het overhoren op wrts.nl ontdekt M. een fout in de woordenlijst. Ik: Zo zie je maar dat je informatie van internet niet altijd kan vertrouwen! M. (14 jaar): Ja, dat komt door de Kerstman, die liegt altijd!
Tijdens het overhoren op wrts.nl ontdekt M. een fout in de woordenlijst. Ik: Zo zie je maar dat je informatie van internet niet altijd kan vertrouwen! M. (14 jaar): Ja, dat komt door de Kerstman, die liegt altijd!
R. (13 jaar): Vind jij GTA5 ook NaSk? G. (13 jaar): Nee. R.: Ik wel, want bij GTA probeer je ook allemaal dingen uit.
R. (13 jaar): Vind jij GTA5 ook NaSk? G. (13 jaar): Nee. R.: Ik wel, want bij GTA probeer je ook allemaal dingen uit.
M. (13 jaar): Oh nee! Mijn computer is vastgelopen! V. (13 jaar): Heb je er plakband opgeplakt dan?
M. (13 jaar): Oh nee! Mijn computer is vastgelopen! V. (13 jaar): Heb je er plakband opgeplakt dan?
Docent: Waarom wonen er dan toch mensen bij een vulkaan? Leerling: Omdat daar bevruchte grond is.
Docent: Waarom wonen er dan toch mensen bij een vulkaan? Leerling: Omdat daar bevruchte grond is.
Leerling 1 (13 jaar): Ik wil slapend rijk worden. Leerling 2 (13 jaar): Dan moet je bij BeterBed gaan werken! Retteketet!
Leerling 1 (13 jaar): Ik wil slapend rijk worden. Leerling 2 (13 jaar): Dan moet je bij BeterBed gaan werken! Retteketet!
Z. (14 jaar): Mevrouw, u moet de toets echt verzetten hoor, we hebben allemaal niet geleerd en gaan dus allemaal een één halen! V. (14 jaar): Vanavond is Fris*, dus we konden echt niet leren. Ik: Maar Fris is vanavond, dus had je toch gister gewoon kunnen leren? D. (14 jaar): Vanavond is Fris maar we zijn té zenuwachtig! U[…]
Z. (14 jaar): Mevrouw, u moet de toets echt verzetten hoor, we hebben allemaal niet geleerd en gaan dus allemaal een één halen! V. (14 jaar): Vanavond is Fris*, dus we konden echt niet leren. Ik: Maar Fris is vanavond, dus had je toch gister gewoon kunnen leren? D. (14 jaar): Vanavond is Fris maar we zijn té zenuwachtig! U[…]
K. (13 jaar) na het openen van een voorbeeld werkstuk: Het is vandaag, volgens mij, 10 januari 2014 en hier staat 1 oktober 2012. Gaan we deze les terug in de tijd reizen? Ik: Ja K.: Cooool!
K. (13 jaar) na het openen van een voorbeeld werkstuk: Het is vandaag, volgens mij, 10 januari 2014 en hier staat 1 oktober 2012. Gaan we deze les terug in de tijd reizen? Ik: Ja K.: Cooool!
K. (16 jaar): Wilt u geen kinderen? Dan kan ik oppassen! Ik: Ik heb al genoeg aan jullie hier. K.: Maar als ze zestien zijn, zijn kinderen zo leuk, kijk maar naar mij. Ik: Het duurt best lang voordat ze zestien zijn he… K.: Dan geeft u uw baby aan mij, voed ik haar op en krijgt u haar als[…]
K. (16 jaar): Wilt u geen kinderen? Dan kan ik oppassen! Ik: Ik heb al genoeg aan jullie hier. K.: Maar als ze zestien zijn, zijn kinderen zo leuk, kijk maar naar mij. Ik: Het duurt best lang voordat ze zestien zijn he… K.: Dan geeft u uw baby aan mij, voed ik haar op en krijgt u haar als[…]
V. (13 jaar): Eigenlijk heeft u een zweep nodig. M. (13 jaar): Nou, daar kan ze mij niet mee temmen hoor!
V. (13 jaar): Eigenlijk heeft u een zweep nodig. M. (13 jaar): Nou, daar kan ze mij niet mee temmen hoor!
S. (13 jaar): Kan jij het systeem hacken en cijfers veranderen? T. (13 jaar): Dat kan ik. S.: Kan je mijn bio cijfer veranderen in een tien. T.: Dat doe ik niet. W. (13 jaar): Dat is frauderen! S.: Nou ik heb een vrouw en het kan mij niet deren, dus verander mijn cijfer nou maar!
S. (13 jaar): Kan jij het systeem hacken en cijfers veranderen? T. (13 jaar): Dat kan ik. S.: Kan je mijn bio cijfer veranderen in een tien. T.: Dat doe ik niet. W. (13 jaar): Dat is frauderen! S.: Nou ik heb een vrouw en het kan mij niet deren, dus verander mijn cijfer nou maar!
E. (14 jaar): Bent u verkouden? Ik: Ja. L. (14 jaar): Uw stem klinkt echt gezellig! Ik: Een beetje jazzy. L.: Ja! U moet nu eigenlijk dus zingen!
E. (14 jaar): Bent u verkouden? Ik: Ja. L. (14 jaar): Uw stem klinkt echt gezellig! Ik: Een beetje jazzy. L.: Ja! U moet nu eigenlijk dus zingen!
S. (13 jaar) tegen mijn collega: Weet u dat u altijd omfietst? Docent: Hoezo dan? S.: Nou, mijn moeder heeft het opgemeten! Docent: Met een liniaal? S.: Nee dat niet, maar er is wel een kortere weg.
S. (13 jaar) tegen mijn collega: Weet u dat u altijd omfietst? Docent: Hoezo dan? S.: Nou, mijn moeder heeft het opgemeten! Docent: Met een liniaal? S.: Nee dat niet, maar er is wel een kortere weg.
J. (14 jaar): Mevrouw, hoe jong bent u? Ik: 25. N. (14 jaar): Echt?! C. (14 jaar): Nee dat kan echt niet, mijn zus is 26 en die ziet er uit als een oud wijf en u niet! Even later….. J.: Mevrouw, hoe kort bent u?
J. (14 jaar): Mevrouw, hoe jong bent u? Ik: 25. N. (14 jaar): Echt?! C. (14 jaar): Nee dat kan echt niet, mijn zus is 26 en die ziet er uit als een oud wijf en u niet! Even later….. J.: Mevrouw, hoe kort bent u?
B. (14 jaar): Mevrouw, ik weet waar u woont! Ik: Toevallig, ik weet dat ook. B.: Ik fietste langs, u heeft witte muren. Ik: Nee, eerder onbehandeld beton… B.: Dat weet ik maar dat vond ik niet netjes om te zeggen!
B. (14 jaar): Mevrouw, ik weet waar u woont! Ik: Toevallig, ik weet dat ook. B.: Ik fietste langs, u heeft witte muren. Ik: Nee, eerder onbehandeld beton… B.: Dat weet ik maar dat vond ik niet netjes om te zeggen!
Leerling J. (13 jaar): Symbool voor liter was dat nou een kleine of een grote L? Ik: Volume een grote V, liter een kleine L. Het lijkt op dat liedje… J.: Ik heb een zachte G maar wel een harde L, wel een harde L. Ik: Nee, dan moet je wel zingen: ik heb een grote V maar wel een[…]
Leerling J. (13 jaar): Symbool voor liter was dat nou een kleine of een grote L? Ik: Volume een grote V, liter een kleine L. Het lijkt op dat liedje… J.: Ik heb een zachte G maar wel een harde L, wel een harde L. Ik: Nee, dan moet je wel zingen: ik heb een grote V maar wel een[…]
Ik: twee lessen betekent twee paragrafen huiswerk. J. (13 jaar): en twee moeders betekent twee vakanties!
Ik: twee lessen betekent twee paragrafen huiswerk. J. (13 jaar): en twee moeders betekent twee vakanties!
B. (14 jaar): Sta ik al op uw site mevrouw? Dat wil ik graag! Ik: Dan moet je wat leuks en grappigs zeggen! B.: Maar ik ben toch al leuk van mezelf!
B. (14 jaar): Sta ik al op uw site mevrouw? Dat wil ik graag! Ik: Dan moet je wat leuks en grappigs zeggen! B.: Maar ik ben toch al leuk van mezelf!
T. (12 jaar) tijdens een verhaal: en ze was lid van een datingsite. K. (13 jaar): WAT?! Dan ben je echt gek want dan wordt je vermoord!
T. (12 jaar) tijdens een verhaal: en ze was lid van een datingsite. K. (13 jaar): WAT?! Dan ben je echt gek want dan wordt je vermoord!
Leerling S. (13 jaar) tegen mijn collega: Ik ben een beetje zenuwachtig voor de volgende les. Docent: Waarom ben je zenuwachtig dan? S.: Ik ben bang dat mevrouw Schoonemann het muzieklokaal gaat opblazen!
Leerling S. (13 jaar) tegen mijn collega: Ik ben een beetje zenuwachtig voor de volgende les. Docent: Waarom ben je zenuwachtig dan? S.: Ik ben bang dat mevrouw Schoonemann het muzieklokaal gaat opblazen!
R. (15 jaar): Fijn weekend mevrouw. Ik: We moeten nog een paar dagen hoor. R.: Ik ben gewoon positief!
R. (15 jaar): Fijn weekend mevrouw. Ik: We moeten nog een paar dagen hoor. R.: Ik ben gewoon positief!
E. (12 jaar): Mevrouw, mogen we eerder weg? Ik: Nee, we wachten gewoon op de bel. E.: maar denkt u nou nooit yolo, ik laat ze lekker gaan? * yolo = you only live once
E. (12 jaar): Mevrouw, mogen we eerder weg? Ik: Nee, we wachten gewoon op de bel. E.: maar denkt u nou nooit yolo, ik laat ze lekker gaan? * yolo = you only live once
C. (13 jaar):Mevrouw, u bent echt de aardigste docent die we hebben. M. (13 jaar): Ja, u bent echt één van de aardigste docenten die we hebben.
C. (13 jaar):Mevrouw, u bent echt de aardigste docent die we hebben. M. (13 jaar): Ja, u bent echt één van de aardigste docenten die we hebben.
J. (13 jaar) met een diepe zucht: Mevrouw, ik ben er mee gestopt hoor. Ik: Waarmee ben je gestopt? J.: Jongens! E. (13 jaar): Nee hoor mevrouw, ze kan niet stoppen, ze is verslaafd!
J. (13 jaar) met een diepe zucht: Mevrouw, ik ben er mee gestopt hoor. Ik: Waarmee ben je gestopt? J.: Jongens! E. (13 jaar): Nee hoor mevrouw, ze kan niet stoppen, ze is verslaafd!
Ik: Doe je broek omhoog of je trui omlaag. Ik snap dat het hip is maar dit is wel beetje overdreven. R. (14 jaar): Volgens mij is het al niet meer hip, maar ik heb ’s ochtends gewoon geen zin om een riem te pakken en om te doen.
Ik: Doe je broek omhoog of je trui omlaag. Ik snap dat het hip is maar dit is wel beetje overdreven. R. (14 jaar): Volgens mij is het al niet meer hip, maar ik heb ’s ochtends gewoon geen zin om een riem te pakken en om te doen.
Ik: We doen vandaag een practicum, dus we doen straks allemaal een labjas aan. Leerling: Waarom moeten we een badjas aan dan?
Ik: We doen vandaag een practicum, dus we doen straks allemaal een labjas aan. Leerling: Waarom moeten we een badjas aan dan?
T. (13 jaar): Ze dreigt veel. L. (13 jaar): Ja, ze heeft mij ook bedrogen!
T. (13 jaar): Ze dreigt veel. L. (13 jaar): Ja, ze heeft mij ook bedrogen!
F. (13 jaar): Mevrouw, geeft u ons volgend jaar NaSk? Ik: Ja, waarschijnlijk wel. F.: Is dat eng? Ik: Je hebt nu toch ook les van mij… F.: Dat is waar.
F. (13 jaar): Mevrouw, geeft u ons volgend jaar NaSk? Ik: Ja, waarschijnlijk wel. F.: Is dat eng? Ik: Je hebt nu toch ook les van mij… F.: Dat is waar.
T. (14 jaar): Wauw! Die vlam is echt sensueel! B. (13 jaar): Nee man, ik moet er juist van plassen!
T. (14 jaar): Wauw! Die vlam is echt sensueel! B. (13 jaar): Nee man, ik moet er juist van plassen!
Ik: Waarom hebben jullie nu al jullie boeken ingepakt? G. (12 jaar): Ik heb ze niet ingepakt, ik heb een spreuk uitgevonden die ze onzichtbaar maakt. (maakt schrijf bewegingen met zijn hand boven de lege tafel): Kijk maar… Nu ben ik aan het schrijven! Ik: Ja ja… Nu nog een spreuk uitvinden dat ik je geloof…!
Ik: Waarom hebben jullie nu al jullie boeken ingepakt? G. (12 jaar): Ik heb ze niet ingepakt, ik heb een spreuk uitgevonden die ze onzichtbaar maakt. (maakt schrijf bewegingen met zijn hand boven de lege tafel): Kijk maar… Nu ben ik aan het schrijven! Ik: Ja ja… Nu nog een spreuk uitvinden dat ik je geloof…!
Ik: Tegenwoordig zit er alcohol in een thermometer in plaats van kwik omdat dit minder giftig is. Klas: Maar alcohol is niet giftig, want mensen drinken dat toch. Ik: Honderd procent alcohol is zeer giftig. N. (13 jaar): Maar in één biertje zit vijf procent alcohol. Als iemand dan twintig biertjes drinkt, niet dat iemand dat doet, dan heeft hij[…]
Ik: Tegenwoordig zit er alcohol in een thermometer in plaats van kwik omdat dit minder giftig is. Klas: Maar alcohol is niet giftig, want mensen drinken dat toch. Ik: Honderd procent alcohol is zeer giftig. N. (13 jaar): Maar in één biertje zit vijf procent alcohol. Als iemand dan twintig biertjes drinkt, niet dat iemand dat doet, dan heeft hij[…]
N. (14 jaar): Mevrouw, wat is uw lievelingseten? Ik: Pasta. N.: Ok, dan neem ik donderdag pasta voor u mee! Ik ben benieuwd… Morgen is het donderdag en C. (14 jaar) vulde aan: Ze doet het echt hoor!
N. (14 jaar): Mevrouw, wat is uw lievelingseten? Ik: Pasta. N.: Ok, dan neem ik donderdag pasta voor u mee! Ik ben benieuwd… Morgen is het donderdag en C. (14 jaar) vulde aan: Ze doet het echt hoor!
S. (12 jaar): Mijn tas is helemaal gemilkshaket! Ik: Gemilkshaket? S. (12 jaar): Ja, hij is helemaal vol dus nu een rommeltje.
S. (12 jaar): Mijn tas is helemaal gemilkshaket! Ik: Gemilkshaket? S. (12 jaar): Ja, hij is helemaal vol dus nu een rommeltje.
K. (12 jaar): Ik denk dat ik vanmiddag mijn tandarts maar weer eens ga bijten. M. (12 jaar): Bijt jij jouw tandarts? Waarom? K. (12 jaar): Dat is toch logisch, ik mag hem niet dus ik bijt hem. Heeft u een tandarts? Bijt u hem wel eens?
K. (12 jaar): Ik denk dat ik vanmiddag mijn tandarts maar weer eens ga bijten. M. (12 jaar): Bijt jij jouw tandarts? Waarom? K. (12 jaar): Dat is toch logisch, ik mag hem niet dus ik bijt hem. Heeft u een tandarts? Bijt u hem wel eens?
Leerling V. (14 jaar): Mevrouw! We missen uw geschreeuw! Ik: Waarom mis je mijn geschreeuw? Leerling V.: Nou, dat is gewoon gezellig. En het geeft best een kick als u schreeuwt.
Leerling V. (14 jaar): Mevrouw! We missen uw geschreeuw! Ik: Waarom mis je mijn geschreeuw? Leerling V.: Nou, dat is gewoon gezellig. En het geeft best een kick als u schreeuwt.
Ik: Met welke maatcilinder willen jullie werken? Het groepje meiden mocht kiezen tussen twee maatcilinder die ik heb. Leerling A. (13 jaar): Die, want die is klein en dik.
Ik: Met welke maatcilinder willen jullie werken? Het groepje meiden mocht kiezen tussen twee maatcilinder die ik heb. Leerling A. (13 jaar): Die, want die is klein en dik.
G. werkt heel hard en snel op school. Mijn collega zegt: Jeetje, ik moet bij jou op de rem trappen, straks heb je het hele boek vóór de kerst nog uit! Leerling G. (12 jaar): Ja, maar zo hoop ik in de toekomst een dag vrij te kunnen nemen.
G. werkt heel hard en snel op school. Mijn collega zegt: Jeetje, ik moet bij jou op de rem trappen, straks heb je het hele boek vóór de kerst nog uit! Leerling G. (12 jaar): Ja, maar zo hoop ik in de toekomst een dag vrij te kunnen nemen.
Ik: Vul in of je een jongen of een meisje bent. Leerling V. (12 jaar): Maar wat nou als je allebei bent? Leerling T. (12 jaar): Dan ben je een amfibi!
Ik: Vul in of je een jongen of een meisje bent. Leerling V. (12 jaar): Maar wat nou als je allebei bent? Leerling T. (12 jaar): Dan ben je een amfibi!
Leerling: Mevrouw, is de toets moeilijk? Ik: Nee. Leerling: Ja maar u vindt ze allemaal makkelijk, u geeft er in les. Ik: Dan moet je het voortaan maar niet aan mij vragen…
Leerling: Mevrouw, is de toets moeilijk? Ik: Nee. Leerling: Ja maar u vindt ze allemaal makkelijk, u geeft er in les. Ik: Dan moet je het voortaan maar niet aan mij vragen…
Ik: Open je agenda op de bladzijde van morgen. Leerling T. (12 jaar): Dan is het vrijdag de dertiende! Leerling D. (12 jaar): Wow! Dan neem ik morgen uien mee! Ik: Hoezo neem je dan uien mee? D.: Uien brengen geluk, DUH! Ik: Oh? D.: Ja logisch toch, uien, uitscheiding, geluk. Dat heb ik bij bio geleerd.
Ik: Open je agenda op de bladzijde van morgen. Leerling T. (12 jaar): Dan is het vrijdag de dertiende! Leerling D. (12 jaar): Wow! Dan neem ik morgen uien mee! Ik: Hoezo neem je dan uien mee? D.: Uien brengen geluk, DUH! Ik: Oh? D.: Ja logisch toch, uien, uitscheiding, geluk. Dat heb ik bij bio geleerd.
Leerling J. (13 jaar): Mevrouw, spare-ribs zijn toch van een varken? Ik: In theorie kan je van elk dier met ribben spare-ribs maken. Leerling S. (13 jaar): Mag ik dan van u spare-ribs maken? Leerling K. (13 jaar): Hoort u dat mevrouw, hij noemt u een dier! Ik: Dat klopt, ik ben toch ook een dier. Dat zijn we toch[…]
Leerling J. (13 jaar): Mevrouw, spare-ribs zijn toch van een varken? Ik: In theorie kan je van elk dier met ribben spare-ribs maken. Leerling S. (13 jaar): Mag ik dan van u spare-ribs maken? Leerling K. (13 jaar): Hoort u dat mevrouw, hij noemt u een dier! Ik: Dat klopt, ik ben toch ook een dier. Dat zijn we toch[…]
Leerling S. (13 jaar): Waarom heeft u een sleutel? Leerling K. (13 jaar): Duh, om te wonen! S.: Woont ze in een sleutel dan?
Leerling S. (13 jaar): Waarom heeft u een sleutel? Leerling K. (13 jaar): Duh, om te wonen! S.: Woont ze in een sleutel dan?
Leerling K. (14 jaar): U bent echt een huiswerkbeul! Leerling L. (14 jaar): Het zijn maar vier opdrachten hoor…
Leerling K. (14 jaar): U bent echt een huiswerkbeul! Leerling L. (14 jaar): Het zijn maar vier opdrachten hoor…
Ik: Waarom mag je niet altijd al je zintuigen gebruiken bij proefjes? Leerling G. (14 jaar): Nou, als je jouw hand in een bak met zoutzuur doet dan uhh.. verdwijnt je hand zeg maar…
Ik: Waarom mag je niet altijd al je zintuigen gebruiken bij proefjes? Leerling G. (14 jaar): Nou, als je jouw hand in een bak met zoutzuur doet dan uhh.. verdwijnt je hand zeg maar…
Ik: Zo, dit was je eerste les NaSk, viel het mee? Leerling R. (14 jaar): Viel mee, niet eens heel stom.
Ik: Zo, dit was je eerste les NaSk, viel het mee? Leerling R. (14 jaar): Viel mee, niet eens heel stom.
Ik (als leerlingen lokaal verlaten): Fijn weekend! Leerling: Ja!
Ik (als leerlingen lokaal verlaten): Fijn weekend! Leerling: Ja!
A. (13 jaar): Ahh… Ik heb jeuk aan mijn oogbollen. R. (13 jaar): Dan moet je krabben!
A. (13 jaar): Ahh… Ik heb jeuk aan mijn oogbollen. R. (13 jaar): Dan moet je krabben!
M. (14 jaar): Ik heb mijn opdrachten af. Ik: Het blaadje ziet er anders leeg uit. M.: Dat komt omdat ik hem doormidden heb gescheurd, dan zie je de tekst niet meer.
M. (14 jaar): Ik heb mijn opdrachten af. Ik: Het blaadje ziet er anders leeg uit. M.: Dat komt omdat ik hem doormidden heb gescheurd, dan zie je de tekst niet meer.
Ik: Ok, we gaan beginnen. Spullen op tafel, tas op de grond en monden dicht. M. (13 jaar): U lijkt op Dora, die doet ook altijd alles in drieën.
Ik: Ok, we gaan beginnen. Spullen op tafel, tas op de grond en monden dicht. M. (13 jaar): U lijkt op Dora, die doet ook altijd alles in drieën.
C. (13 jaar): Mevrouw, ze slaat mij! L. (13 jaar): Nee hoor. Mevrouw Schoonemann is zo aardig dat ze jou niet gelooft.
C. (13 jaar): Mevrouw, ze slaat mij! L. (13 jaar): Nee hoor. Mevrouw Schoonemann is zo aardig dat ze jou niet gelooft.
C. (13 jaar): In september zijn we hier op school gekomen. N. (13 jaar): Huh… Maar september is in de winter!
C. (13 jaar): In september zijn we hier op school gekomen. N. (13 jaar): Huh… Maar september is in de winter!
S. (14 jaar): Ik zag u in de krant staan! Ik: Dat kan kloppen. S.: Weet u wat ik toen met die krant gedaan heb? Ik: Lezen, inlijsten en boven je bed hangen? S.: Nee… Verbrand! S.: Grapje! Ik heb er niets mee gedaan, niet eens gelezen!
S. (14 jaar): Ik zag u in de krant staan! Ik: Dat kan kloppen. S.: Weet u wat ik toen met die krant gedaan heb? Ik: Lezen, inlijsten en boven je bed hangen? S.: Nee… Verbrand! S.: Grapje! Ik heb er niets mee gedaan, niet eens gelezen!
J. (14 jaar): “Zal ik uw gekleurde pennen weer op volgorde leggen?” Andere leerling: “Pennen op volgorde?” J.: “Ja, als de pennen van mevrouw Schoonemann niet op volgorde liggen wordt ze helemaal gek!”
J. (14 jaar): “Zal ik uw gekleurde pennen weer op volgorde leggen?” Andere leerling: “Pennen op volgorde?” J.: “Ja, als de pennen van mevrouw Schoonemann niet op volgorde liggen wordt ze helemaal gek!”
M. (13 jaar): Hoe kan jij een hoger cijfer hebben dan ik? A. (13 jaar): Gewoon, omdat ik slimmerder ben! Ik: Gelukkig is dit wiskunde!
M. (13 jaar): Hoe kan jij een hoger cijfer hebben dan ik? A. (13 jaar): Gewoon, omdat ik slimmerder ben! Ik: Gelukkig is dit wiskunde!
Ik: Ik wil natuurlijk niet dat jullie gemaakte toetsen om te huilen zijn. L. (13 jaar): Moet u écht wel eens huilen om ons? Ik (bloedserieus): Ja. L.: HAHAHAHAHAHAHAHAHAHAHAHAHAHAHAHA!
Ik: Ik wil natuurlijk niet dat jullie gemaakte toetsen om te huilen zijn. L. (13 jaar): Moet u écht wel eens huilen om ons? Ik (bloedserieus): Ja. L.: HAHAHAHAHAHAHAHAHAHAHAHAHAHAHAHA!
Leerling R. (15 jaar): Heb ik dit zo goed op mijn hand geschreven? Ik: Ja. R.: Mooi zo, mag ik het nu van mijn hand wassen? Ik: Graag, dan kunnen we beginnen met de toets.
Leerling R. (15 jaar): Heb ik dit zo goed op mijn hand geschreven? Ik: Ja. R.: Mooi zo, mag ik het nu van mijn hand wassen? Ik: Graag, dan kunnen we beginnen met de toets.
Docent: Besef je wel dat de examens voor de deur staan? J. (18 jaar): Nou, dan doe ik mooi niet open!
Docent: Besef je wel dat de examens voor de deur staan? J. (18 jaar): Nou, dan doe ik mooi niet open!
B. (13 jaar): Hoe weet ik wat een half keer vijftien is? Ik: Dat is hetzelfde als vijftien delen door twee en hoeveel is dat? B.: Dat is uhm.. pak ‘m beet, minus plus, ongeveer, hmm 6 hmm uhmm dat is zeven en een half?
B. (13 jaar): Hoe weet ik wat een half keer vijftien is? Ik: Dat is hetzelfde als vijftien delen door twee en hoeveel is dat? B.: Dat is uhm.. pak ‘m beet, minus plus, ongeveer, hmm 6 hmm uhmm dat is zeven en een half?
S.: Mist u mij eigenlijk? Ik: Nee hoor, wordt af en toe juist gillend wakker als ik terug denk aan langlaufen en de lessen van vorig jaar. R.: Dat vindt uw vriend vast irritant en dan moet u op de bank slapen. S.: Maar dat past niet want u heeft een super grote tv!
S.: Mist u mij eigenlijk? Ik: Nee hoor, wordt af en toe juist gillend wakker als ik terug denk aan langlaufen en de lessen van vorig jaar. R.: Dat vindt uw vriend vast irritant en dan moet u op de bank slapen. S.: Maar dat past niet want u heeft een super grote tv!
B. (13 jaar): Ik las op Twitter dat als een docent je er uitstuurt je de discussie van hem gewonnen hebt. Ik: Of je bent dan zo grof of agressief dat je niet meer in de les kan blijven. B.: Nee, dat is niet waar want dat stond niet op Twitter!
B. (13 jaar): Ik las op Twitter dat als een docent je er uitstuurt je de discussie van hem gewonnen hebt. Ik: Of je bent dan zo grof of agressief dat je niet meer in de les kan blijven. B.: Nee, dat is niet waar want dat stond niet op Twitter!
Ik: Wat ben je aan het doen? B. (15 jaar): Ik ben haar tekening aan het lezen.
Ik: Wat ben je aan het doen? B. (15 jaar): Ik ben haar tekening aan het lezen.
Aan het eind van de les, ik: “Alvast een fijn weekend allemaal!” S. (15 jaar): “Mevrouw, het is pas dinsdag!” Ik: “Maar ik zie jullie deze week niet meer want vrijdag is er geen les.” S.: “Er zijn ook gewoon nog andere dagen hoor!”
Aan het eind van de les, ik: “Alvast een fijn weekend allemaal!” S. (15 jaar): “Mevrouw, het is pas dinsdag!” Ik: “Maar ik zie jullie deze week niet meer want vrijdag is er geen les.” S.: “Er zijn ook gewoon nog andere dagen hoor!”
Ik: Heeft iedereen het huiswerk opgeschreven? T. (13 jaar): Nee, nog niet, het gaat een beetje langzaam, ik schrijf het op mijn arm.
Ik: Heeft iedereen het huiswerk opgeschreven? T. (13 jaar): Nee, nog niet, het gaat een beetje langzaam, ik schrijf het op mijn arm.
Ik: Hoe ver ben je al met je opdrachten? J. (13 jaar): Ik ben al bij level 27! Ohh… Ik game echt teveel! even later… J.: Yes, bijna alles af, dus bijna game over!
Ik: Hoe ver ben je al met je opdrachten? J. (13 jaar): Ik ben al bij level 27! Ohh… Ik game echt teveel! even later… J.: Yes, bijna alles af, dus bijna game over!
Nadat ik een grap maakte en (uiteraard) moest lachen om mijn eigen grap, merkt H. (15 jaar) op: “Volgens mij hebben NaSk docenten echt hun eigen humor!” Ik neem aan dat hij het heeft over goede humor toch?
Nadat ik een grap maakte en (uiteraard) moest lachen om mijn eigen grap, merkt H. (15 jaar) op: “Volgens mij hebben NaSk docenten echt hun eigen humor!” Ik neem aan dat hij het heeft over goede humor toch?
Leerling: Heeft u spierpijn? Docent: Ja. Leerling: Daar bestaat zalf voor, die helpt echt…. Gewoon langs de hypotheek gaan! Met dank aan mevrouw Fluri.
Leerling: Heeft u spierpijn? Docent: Ja. Leerling: Daar bestaat zalf voor, die helpt echt…. Gewoon langs de hypotheek gaan! Met dank aan mevrouw Fluri.
Leerling Q. (15 jaar): Goedemorgen mevrouw! Leerling L. (15 jaar): Aan haar hoofd te zien slechte morgen.
Leerling Q. (15 jaar): Goedemorgen mevrouw! Leerling L. (15 jaar): Aan haar hoofd te zien slechte morgen.
Leerling J. (15 jaar): Mevrouw, ik kom zo meteen iets later in uw les, is dat goed? Ik: Ja hoor, geen probleem want de les gaat helemaal niet door!
Leerling J. (15 jaar): Mevrouw, ik kom zo meteen iets later in uw les, is dat goed? Ik: Ja hoor, geen probleem want de les gaat helemaal niet door!
Leerling G. (14 jaar): Kunt u goed hockeyen? Ik: Nee. Leerling S. (14 jaar): Natuurlijk niet, ze is docent. Ik: En docenten kunnen niets goed? S.: Behalve nakijken! Nou! Dat wordt dan vanavond maar weer met een roze pen en een stapel nakijkwerk op de bank kruipen! Doen waar ik goed in ben…
Leerling G. (14 jaar): Kunt u goed hockeyen? Ik: Nee. Leerling S. (14 jaar): Natuurlijk niet, ze is docent. Ik: En docenten kunnen niets goed? S.: Behalve nakijken! Nou! Dat wordt dan vanavond maar weer met een roze pen en een stapel nakijkwerk op de bank kruipen! Doen waar ik goed in ben…
Leerling M. (14 jaar): Dan ga ik nu maar even werken. Ik: Wat een goed idee! M.: Het beste idee van Nederland!
Leerling M. (14 jaar): Dan ga ik nu maar even werken. Ik: Wat een goed idee! M.: Het beste idee van Nederland!
N. (14 jaar): Heeft u deze opdrachten zelf gemaakt? Ik: Ja. N.: Knap hoor!
N. (14 jaar): Heeft u deze opdrachten zelf gemaakt? Ik: Ja. N.: Knap hoor!
Docent: Waar zijn jouw foto’s voor de opdracht? Leerling K. (13 jaar): Ik had de foto’s wel gemaakt, maar met mijn telefoon en die is in de was gegaan. Met dank aan mevrouw Kuipers.
Docent: Waar zijn jouw foto’s voor de opdracht? Leerling K. (13 jaar): Ik had de foto’s wel gemaakt, maar met mijn telefoon en die is in de was gegaan. Met dank aan mevrouw Kuipers.
Leerling F. (14 jaar): WOOHOO! We beginnen de maandagochtend met NaSk! Yes! Ik: …. Is dit sarcastisch? F.: Nee! Echt niet! Andere leerling: Zo klinkt het anders wel.
Leerling F. (14 jaar): WOOHOO! We beginnen de maandagochtend met NaSk! Yes! Ik: …. Is dit sarcastisch? F.: Nee! Echt niet! Andere leerling: Zo klinkt het anders wel.
Ik: Hmm… Wat zullen we vandaag gaan doen? Leerling: Liedje zingen!
Ik: Hmm… Wat zullen we vandaag gaan doen? Leerling: Liedje zingen!
P. (13 jaar): Wanneer krijgen we een nieuwe mentor? Ik: Nou omdat je dat vraagt zal ik er persoonlijk voor zorgen dat jij nooit meer van mij als mentor afkomt! Klas 2, 3 en 4 zal ik dan je mentor zijn! Leuk hè?! P.: Oh… Even later…. P.: Maar wanneer krijgen we nou een nieuwe mentor?
P. (13 jaar): Wanneer krijgen we een nieuwe mentor? Ik: Nou omdat je dat vraagt zal ik er persoonlijk voor zorgen dat jij nooit meer van mij als mentor afkomt! Klas 2, 3 en 4 zal ik dan je mentor zijn! Leuk hè?! P.: Oh… Even later…. P.: Maar wanneer krijgen we nou een nieuwe mentor?
Docent: Hoe kan je nu weer te laat zijn, je woont zo dichtbij? Leerling: Uuuh… Nou…. Leerling 2 (stellig): Hij woont zo dicht bij dat hij te weinig tijd heeft om op tijd te vertrekken meneer. Met dank aan meneer Lievaart.
Docent: Hoe kan je nu weer te laat zijn, je woont zo dichtbij? Leerling: Uuuh… Nou…. Leerling 2 (stellig): Hij woont zo dicht bij dat hij te weinig tijd heeft om op tijd te vertrekken meneer. Met dank aan meneer Lievaart.
M. (14 jaar): Wist je dat vier pepermuntjes gelijk staan aan het eten van één sneetje brood? D. (16 jaar): Oeps, dan heb ik net een heel brood gegeten!
M. (14 jaar): Wist je dat vier pepermuntjes gelijk staan aan het eten van één sneetje brood? D. (16 jaar): Oeps, dan heb ik net een heel brood gegeten!
Leerling G. (14 jaar): Vindt u uzelf grappig? Ik: Ja, natuurlijk! G.: U lacht altijd zo hard om uw eigen grappen! Ik: Om te zorgen dat jullie weten dat het een grap is en ook moeten lachen van mij!
Leerling G. (14 jaar): Vindt u uzelf grappig? Ik: Ja, natuurlijk! G.: U lacht altijd zo hard om uw eigen grappen! Ik: Om te zorgen dat jullie weten dat het een grap is en ook moeten lachen van mij!
Leerling B. (15 jaar): Waarom heeft u een boek aan uw stoel hangen? Ik: Dat is de handleiding, anders weet ik niet hoe de stoel werkt!
Leerling B. (15 jaar): Waarom heeft u een boek aan uw stoel hangen? Ik: Dat is de handleiding, anders weet ik niet hoe de stoel werkt!
Ik: Ok, schatje patatje, leg je tas op de grond. Leerling B. (15 jaar): Yes! Ik ben een patatje! Leerling R. (15 jaar): Dit betekent dus dat je vet bent! Ik: En erg slecht voor mijn gezondheid! B.: Oh….
Ik: Ok, schatje patatje, leg je tas op de grond. Leerling B. (15 jaar): Yes! Ik ben een patatje! Leerling R. (15 jaar): Dit betekent dus dat je vet bent! Ik: En erg slecht voor mijn gezondheid! B.: Oh….
Leerling C. (13 jaar): Mevrouw, kunnen we in de sneeuw spelen in plaats van breuken doen? Ik: Nee. C.: Jammer, vorig jaar vroeg ik precies hetzelfde aan mijn meester en toen mochten we in de sneeuw spelen. Ik: Nog een reden dat we vandaag wél breuken moeten doen!
Leerling C. (13 jaar): Mevrouw, kunnen we in de sneeuw spelen in plaats van breuken doen? Ik: Nee. C.: Jammer, vorig jaar vroeg ik precies hetzelfde aan mijn meester en toen mochten we in de sneeuw spelen. Ik: Nog een reden dat we vandaag wél breuken moeten doen!
Y. (13 jaar): Ahhh, mevrouw u heeft ook een onderkin! Ik: Nou… Welkom in de les! Maar weet je hoe dat komt? Omdat jij mij van onderaf bekijkt! Y.: Ik bedoel het niet onaardig!!! Het is juist schattig en een compliment hoor!
Y. (13 jaar): Ahhh, mevrouw u heeft ook een onderkin! Ik: Nou… Welkom in de les! Maar weet je hoe dat komt? Omdat jij mij van onderaf bekijkt! Y.: Ik bedoel het niet onaardig!!! Het is juist schattig en een compliment hoor!
B. (13 jaar): Hoe oud bent u? Ik: 24 jaar B.: Dat kan niet! Ik: Het is toch echt zo. Waarom kan het dan niet? B.: Je mag toch niet op je 24ste voor de klas? Ik: Ik stond zelfs al op mijn 18de voor de klas… B.: Echt? Nou dan ga ik nu ook voor de klas!
B. (13 jaar): Hoe oud bent u? Ik: 24 jaar B.: Dat kan niet! Ik: Het is toch echt zo. Waarom kan het dan niet? B.: Je mag toch niet op je 24ste voor de klas? Ik: Ik stond zelfs al op mijn 18de voor de klas… B.: Echt? Nou dan ga ik nu ook voor de klas!
Ik: Jongens, voor mij is het ook weer de eerste lesdag hè. Leerling S. (14 jaar): Uw laatste lesdag bedoelt u!
Ik: Jongens, voor mij is het ook weer de eerste lesdag hè. Leerling S. (14 jaar): Uw laatste lesdag bedoelt u!
Leerling 1: Wat heeft u leuke schoenen! Leerling 2: Slijmbal! Krijgt ze nu een hoger cijfer? Ik: Ja, zo werkt dat. Leerling 2: Oh wauw, wat heeft u een uhhhhh mooie bureaubladachtergrond! Leerling 3: Mevrouw, u bent eigenlijk gewoon helemaal leuk! Krijg ik nu een tien?
Leerling 1: Wat heeft u leuke schoenen! Leerling 2: Slijmbal! Krijgt ze nu een hoger cijfer? Ik: Ja, zo werkt dat. Leerling 2: Oh wauw, wat heeft u een uhhhhh mooie bureaubladachtergrond! Leerling 3: Mevrouw, u bent eigenlijk gewoon helemaal leuk! Krijg ik nu een tien?
Gesprek met een collega C.: Maar de wereld vergaat helemaal niet vandaag, we gaan over naar een andere dimensie. Ik: Dat weet ik wel, maar bij dit overgaan naar een andere dimensie verliezen wij al ons aardse bezit. En voor mij is een leven zonder mijn computer, iPad, iPhone etc. hetzelfde als dat de wereld vergaat! Dus kan hij maar[…]
Gesprek met een collega C.: Maar de wereld vergaat helemaal niet vandaag, we gaan over naar een andere dimensie. Ik: Dat weet ik wel, maar bij dit overgaan naar een andere dimensie verliezen wij al ons aardse bezit. En voor mij is een leven zonder mijn computer, iPad, iPhone etc. hetzelfde als dat de wereld vergaat! Dus kan hij maar[…]
L. (13 jaar): Dus als wij vandaag naar een andere dimensie gaan laten we alles van ons achter, ook ons lichaam? Ik: Dat klopt. L.: Dan ga ik mijzelf vanmiddag opsluiten! Ik: Waarom dan? L.: Ik wil mijn lichaam niet kwijt! Ik: Maar opsluiten helpt je niet als wij allemaal naar een andere dimensie gaan… L.: Ja maar, ik wil[…]
L. (13 jaar): Dus als wij vandaag naar een andere dimensie gaan laten we alles van ons achter, ook ons lichaam? Ik: Dat klopt. L.: Dan ga ik mijzelf vanmiddag opsluiten! Ik: Waarom dan? L.: Ik wil mijn lichaam niet kwijt! Ik: Maar opsluiten helpt je niet als wij allemaal naar een andere dimensie gaan… L.: Ja maar, ik wil[…]
Ik (bij het begin van een toets): Omdat ik jullie zo lief vind zet ik de formules van dit hoofdstuk op het bord. Leerling: NEE! Nu heb ik het voor niets op mijn hand geschreven!
Ik (bij het begin van een toets): Omdat ik jullie zo lief vind zet ik de formules van dit hoofdstuk op het bord. Leerling: NEE! Nu heb ik het voor niets op mijn hand geschreven!
S. (bijna 15 jaar): “Mevrouw, ik ga u kopen!” Ik: “Dat kan je helemaal niet betalen!” S.: “Jawel, u kost maar 137 euro 50!”
S. (bijna 15 jaar): “Mevrouw, ik ga u kopen!” Ik: “Dat kan je helemaal niet betalen!” S.: “Jawel, u kost maar 137 euro 50!”
Mijn nichtje van 6: “Staat hier een één of een twee? Haar oom: “er staat vijftien…”
Mijn nichtje van 6: “Staat hier een één of een twee? Haar oom: “er staat vijftien…”
Leerling: “Is dit nep sneeuw?” Docent: “Klopt, de conciërge staat op het dak met een zak nep sneeuw te strooien.” Leerling: “Neehee, ik bedoel dat het niet blijft liggen!” Docent: “Natte sneeuw?” Leerling: “Wij noemen dat gewoon nep sneeuw hoor.”
Leerling: “Is dit nep sneeuw?” Docent: “Klopt, de conciërge staat op het dak met een zak nep sneeuw te strooien.” Leerling: “Neehee, ik bedoel dat het niet blijft liggen!” Docent: “Natte sneeuw?” Leerling: “Wij noemen dat gewoon nep sneeuw hoor.”
V (13 jaar): “Volgt u ook leerlingen op Twitter?” Ik: “Nee, want sommige leerlingen willen niet dat ik kan lezen wat zij posten.” V: “Maar dan moeten ze het toch niet op Twitter zetten want dan kunt u het ook zoeken.” Ik: “Daar denken sommige leerlingen anders over.” V: “Nou ik vind het dan hun eigen schuld hoor!”
V (13 jaar): “Volgt u ook leerlingen op Twitter?” Ik: “Nee, want sommige leerlingen willen niet dat ik kan lezen wat zij posten.” V: “Maar dan moeten ze het toch niet op Twitter zetten want dan kunt u het ook zoeken.” Ik: “Daar denken sommige leerlingen anders over.” V: “Nou ik vind het dan hun eigen schuld hoor!”