Dag 135 – “Insomnia” Dit verhaal hoort bij mijn werkdag van maandag 23 november. Schrijven is soms lastig, daardoor loop ik soms een achterstand op met mijn dagelijkse verhalen. Vandaag was het anders, als toen deze dag pas net begonnen was, vlak na middernacht, schreef in in gedachten delen van het verhaal van vandaag. Ik en slaap, soms een lastige[…]
Dag 96 – “Why tell me why” Het is pauze en een gesprekje tussen mij en twee nieuwe collega’s waar ik nauw mee samenwerk ontstaat. Op een of andere manier komen mijn schrijfsels te sprake, niet omdat ik er zelf over begin, maar omdat één van de nieuwe collega’s, die nauwelijks nieuw te noemen is en ik eigenlijk al heel[…]
Dag 77 – “Woorden tekort” Als docent maak je een trecentiljoen dingen mee op een dag, en daar heb ik jaren geleden over besloten te gaan schrijven. Dat is soms nog knap lastig. Op sommigen dagen maak je teveel mee, dan kan je niet kiezen of heb je niets onthouden van wat je hebt meegemaakt omdat het zoveel prikkels, indrukken[…]
Dag 35 – “These words” en “Words” Schrijven is voor mij geen therapie, maar wel een hobby, een doel, een middel van bewustwording. Ik kies elke dag mijn woorden zorgvuldig, maar ik laat weinig weg, waardoor een ander kan meebeleven en ook ik bewust de dag nog eens beleef. Dit kan confronteren, mij wat minder dan de lezer. Ik weet[…]
Voor mij is het hoogtepunt van een toets nakijken, de bonusvraag. Het is inmiddels een soort handelsmerk van mij(n toetsen) geworden. De meeste leerlingen maken een tekening en kunnen daar hun creativiteit in kwijt, maar echt blij word ik als een leerling een gedicht of verhaal schrijft. Recht uit het hart, soms ook hard, soms lief, maar altijd eerlijk en[…]
De leerlingen zijn aantekeningen aan het maken. Leerling N. (13 jaar): “Mevrouw, wat zijn die strepen eigenlijk?” Ik: “Een onderbreking. Een pauze en dan gaat de som daarna weer verder.” Leerling J. (13 jaar): “Waarom dan strepen. Doe dan een hartje.” Leerling J2. (13 jaar): “Of een giraf. Een emoji.” Ik: “Dat maakt de aantekening wel wat lastiger over te[…]
Tijden veranderen. En nakijken verandert steeds meer in feedback geven. Vanavond feedback gegeven op 1 proef toets van 1 klas. Met de feedback kunnen ze vervolgens aan de slag met de voorbereiding voor de toets die wel voor een cijfer is. Tijden veranderen. En ik schrijf niet meer zoveel als toen ik op de middelbare school zat. Dus mijn arm[…]
“Stroboscobische foto” “(als ik dat fout heb geschreven komt dat omdat ik dislectisch of hoe je dat ook schrijften ben.)” Dyslexie… Wie heeft dat woord ook zo verzonnen?
“Stroboscobische foto” “(als ik dat fout heb geschreven komt dat omdat ik dislectisch of hoe je dat ook schrijften ben.)” Dyslexie… Wie heeft dat woord ook zo verzonnen?
“Stroboscobische foto” “(als ik dat fout heb geschreven komt dat omdat ik dislectisch of hoe je dat ook schrijften ben.)” Dyslexie… Wie heeft dat woord ook zo verzonnen?
Leerling L. (15 jaar) maakt een grappige opmerking ten koste van mij. Leerling R. (13 jaar): Ja, mevrouw, nu heeft u weer iets om over te schrijven op uw blog!
Leerling L. (15 jaar) maakt een grappige opmerking ten koste van mij. Leerling R. (13 jaar): Ja, mevrouw, nu heeft u weer iets om over te schrijven op uw blog!
Vraag op toets: Meet de hoeken A en C. Leerling: “Moet ik dat dan ook opschrijven?” Ik: “Ja, anders weet ik niet dat je het gemeten hebt en of je het goed hebt gedaan.” Leerling: “Ja maar…”
Vraag op toets: Meet de hoeken A en C. Leerling: “Moet ik dat dan ook opschrijven?” Ik: “Ja, anders weet ik niet dat je het gemeten hebt en of je het goed hebt gedaan.” Leerling: “Ja maar…”
B. (16 jaar): Mevrouw, mag ik iets op het bord schrijven? Ik: Ja hoor. B. schrijvend op bord: Schrijf je fijne met een lange ef? Ik: Huh? Ja. En vakantie met een korte.
B. (16 jaar): Mevrouw, mag ik iets op het bord schrijven? Ik: Ja hoor. B. schrijvend op bord: Schrijf je fijne met een lange ef? Ik: Huh? Ja. En vakantie met een korte.
R. (15 jaar): “Moet ik nu onder mijn recensie een lijstje maken met alle gebruikte woorden?” Ik: “Nee, alleen maar hoeveel woorden in totaal.” R.: “Oh, gelukkig maar.”
R. (15 jaar): “Moet ik nu onder mijn recensie een lijstje maken met alle gebruikte woorden?” Ik: “Nee, alleen maar hoeveel woorden in totaal.” R.: “Oh, gelukkig maar.”
Ik: Waarom hebben jullie nu al jullie boeken ingepakt? G. (12 jaar): Ik heb ze niet ingepakt, ik heb een spreuk uitgevonden die ze onzichtbaar maakt. (maakt schrijf bewegingen met zijn hand boven de lege tafel): Kijk maar… Nu ben ik aan het schrijven! Ik: Ja ja… Nu nog een spreuk uitvinden dat ik je geloof…!
Ik: Waarom hebben jullie nu al jullie boeken ingepakt? G. (12 jaar): Ik heb ze niet ingepakt, ik heb een spreuk uitgevonden die ze onzichtbaar maakt. (maakt schrijf bewegingen met zijn hand boven de lege tafel): Kijk maar… Nu ben ik aan het schrijven! Ik: Ja ja… Nu nog een spreuk uitvinden dat ik je geloof…!
“Weet je een antwoord niet? Probeer altijd wat op te schrijven!” Deze leerling heeft dit advies heel letterlijk genomen!
“Weet je een antwoord niet? Probeer altijd wat op te schrijven!” Deze leerling heeft dit advies heel letterlijk genomen!
Ik: Heeft iedereen het huiswerk opgeschreven? T. (13 jaar): Nee, nog niet, het gaat een beetje langzaam, ik schrijf het op mijn arm.
Ik: Heeft iedereen het huiswerk opgeschreven? T. (13 jaar): Nee, nog niet, het gaat een beetje langzaam, ik schrijf het op mijn arm.
