J. (13 jaar) met een diepe zucht: Mevrouw, ik ben er mee gestopt hoor.
Ik: Waarmee ben je gestopt?
J.: Jongens!
E. (13 jaar): Nee hoor mevrouw, ze kan niet stoppen, ze is verslaafd!
J. (13 jaar) met een diepe zucht: Mevrouw, ik ben er mee gestopt hoor.
Ik: Waarmee ben je gestopt?
J.: Jongens!
E. (13 jaar): Nee hoor mevrouw, ze kan niet stoppen, ze is verslaafd!