Docente met een bril
Maandagochtend, de eerste dag na de voorjaarsvakantie, ik loop door de school. Een collega roept me, ze wil iets vragen. Ik stop met lopen, zij komt naar me toe, kijkt me aan en begint keihard te lachen. Het blijft duren tot ze stopt en zegt: “je ziet er grappig uit!” (met haar mooie Surinaamse tongval).
Een ander collega roept elke ochtend als ze me ziet: “Hey! Vakantieganger!” En alle leerlingen zeggen of vragen aan me of ik op vakantie ben geweest.
Ik ben gezegend met genen die zorgen dat mijn gezicht snel kleurt in de zon, tel daar het mooie weer in Oostenrijk, sneeuw, hoogte en mijn onwil om goed in te smeren bij op en je krijgt mijn bruine kop als uitkomst. Met een lichter voorhoofd omdat ik een helm draag tijdens het skiën en de kringen rond mijn ogen van de zonnebril die ik droeg op de pistes (kringen die suggereren dat mijn zonnebril maatje skibril is, maar dat is niet zo).
Een positief effect van de kleurenschakeringen op mijn gezicht (die ik helaas? op een foto niet goed in beeld kreeg) zijn de leuke gesprekjes die leerlingen deze week met mij aan knoopten over wintersport, mijn ervaringen, hun ervaringen, en natuurlijk greep ik ook de kans om nog af en toe iets van mijn vak aan te leren.
“Waar was u op vakantie? Huh, in Oostenrijk, maar daar word je toch niet bruin?” Zo’n kans over lesje afstand en reflectie laat ik natuurlijk niet liggen.
Een ander collega zegt: “Ohh, dit is nog niets met hoe je er afgelopen jaar uit zag!” Alleen was mijn vorige wintersport 5 jaar geleden en was het toen dus zó erg dat het haar nog zo heel helder voor de geest staat.
Één leerling maakt het bonter en beeld een bril uit met haar handen om haar ogen naar mij uit als ik langsloop. En zegt een paar dagen later als ik haar (eindelijk) spreek: “Mevrouw, schaamt u zich niet? Zoals u er nu uit ziet.”
Ik leg uit dat ik alleen maar blij ben met een beetje kleur in mijn gezicht, dus dat ik het wel fijn vind. Haar klasgenoot komt aanlopen, heeft ons gesprek niet gehoord en steunt me (onbewust) of valt me (onbewust) af: “Mevrouw! U ziet er GE-WEL-DIG uit!”.
Het maakt mij niet uit. Zon in je gezicht, dat voelt gewoon ge-wel-dig!