Schoolfeest

Donderdagavond, of is het nacht? Kwart over twaalf en het schoolfeest is afgelopen. Buiten is het warm, in de zaal was het bloedheet. Iedereen is dus blij om na afloop weer lekker buiten te zijn. Weg uit de geur van vers zweet en terug in de verkoelende lucht.

Maar niet voor iedereen is dit genoeg. Een groepje jongens heeft een plan. “We gaan zwemmen in de poel!”, ze zijn er allemaal enthousiast over. “Mevrouw, gaat u mee? U moet mee!” Of ik mee ga? Nee natuurlijk niet, ik duik veel liever mijn bed in!

Ok. “Maar dan gaan we wel eerst shoarma eten, want ik hoef toch pas om één uur thuis te zijn.” De je-moet-thuis-zijn-tijden van de andere jongens vraagt hij niet.

Ik doe nog een poging om er wat verstandigs in te gooien en vraag (en zeg tegelijkertijd) dat ze toch niet echt gaan zwemmen. Ze gaan toch gewoon naar bed want morgen moeten ze gewoon weer het tweede uur beginnen. “Nee mevrouw, we gaan echt zwemmen”

De interesse van mijn wiskundecollega en mij is gewekt. We hebben een plan, zij rijdt er toch met de auto langs en zou mij een seintje sturen per Whatsapp als ze er echt zijn. Dan kan ik met mijn fiets er ook even langs, aangezien het tweehonderd meter van mijn huis is.

Als ik een kwartier later op de fiets zit krijg ik een berichtje: ‘volgens mij stonden ze er wel, maar met kleren aan en veel te ver van ‘t water af’. Zij is doorgereden naar huis.

Ik moet nog één minuutje verder fietsen en wil net het steegje achter mijn huis indraaien als ik ze hoor praten. Aangezien het toch een afstandje is, besluit ik de tweehonderd meter nog extra te fietsen.

Ze staan bij hun fiets met kleren aan, zien mij aan de andere kant van de weg en roepen enthousiast mijn naam. Ze vullen aan: “we hebben het echt gedaan hoor!” Ik geloof ze natuurlijk voor geen meter omdat er maar weinig tijd tussen het passeren van mijn collega en mijn aankomst zat.

“Echt waar, voelt u mijn haar maar”, of “voel anders maar aan mijn onderbroek die is zeiknat”. Aangezien mij de eerste optie by far de beste lijkt, voel ik voorzichtig aan zijn kroeshaar dat daadwerkelijk nat is.

“Wacht, we hebben het gefilmd!”
“Dat zal ik morgen dan wel even bekijken.”
“Neehee, NU!”

“Mevrouw, geef uw nummer dan stuur ik het u”

In het donker was het filmpje goed te zijn, de dag erna op de telefoon van mijn collega al minder. De collega wiens nummer ze toch al hadden heeft hem ontvangen en naar mij doorgestuurd. Ik kon niet anders dan het met jullie delen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *