Dag 51 – “Ravijn”
“Weet je Milou, één ding weet ik zeker. Het wordt nooit meer zoals het was!” Mijn schoolleider wijst mij er regelmatig op. Corona zette alles stil maar brengt ook alles in beweging, een stroomversnelling. Koers die wij voorzichtig vanuit een denktank aan het uitzetten waren, rustig aan, kleine stapjes, oog op het doel, de stip op de horizon, worden nu plotsklaps de nieuwe realiteit.
De plannen die wij maakten blijken nu namelijk zo goed te passen bij wat er nu van ons gevraagd wordt, dat het bijna, echt bíjna lijkt alsof wij deze (onderwijs)crisis al maanden geleden voorspeld hadden. Toen we in januari zaten te puzzelen met een mogelijk rooster, wisten we niet dat we hem in juni uit ‘de kast’ zouden trekken om in het nieuwe schooljaar te gaan gebruiken. We hoopten toen dat het ons ging lukken om dat voor elkaar te krijgen en nu hopen we dat het ons allemaal gaat lukken.
Vanuit mijn rol in onze organisatie, én in onze school, ben ik regelmatig bezig met veranderen. Veranderkunde, wordt het ook wel eens genoemd. Het is namelijk een kunde om te veranderen en daarbinnen maak je vele keuzes. Keuzes die mij wel eens dwars zaten de afgelopen twee jaar.
Ik geloofde namelijk heel erg in de olievlek-methode. Ergens in de onderwijszee start je een verandering (de olievlek) en langzaam zal deze zich verspreiden totdat de olievlek de zee is geworden en de verandering niet meer zichtbaar maar normaal is, nieuw DNA. Jaren werkte ik hard aan het verspreiden van die olievlek en zag regelmatig de olie op plekken weer oplossen, verdwijnen. Terwijl aan de andere kant van de vlek mensen heel hard de olie terug probeerden te duwen, tegen te houden. En men verleiden om het onderwijs positief te veranderden leek mij niet te lukken, ik was teleurgesteld in mezelf. Niet één keer maar heel vaak. Anderen zagen het niet zo, vonden dat ik trots kom zijn op wat bereikt was. Het was voor mij niet genoeg.
Als je langzaam verandert kunnen mensen namelijk makkelijker kiezen om niet mee te gaan. Om stil te zitten alle reden, om op te staan misschien wel geen. “Het gaat toch goed zo? We doen het al jaren zo!” Het afgelopen schooljaar begon ik steeds vaker te denken aan radicaal veranderen, alleen dan met een ander woord want deze klinkt zo naar. Veel mensen vonden dit niet goed voelen, waarschuwden mij, je verliest dan mensen onderweg, zo zwak als je zwakste schakel. Maar ik had iets nodig, ik voelde mij geremd en voelde mezelf langzaam afhaken. Afhaken, echt iets waar ik een hekel aan heb, iets wat ik weiger te doen, maar door de teleurstelling in de invloed die ik had voelde ik het gebeuren. Het hoofd vol met plannen, alleen het doen was een probleem.
Gelukkig is positief blijven en vooruitkijken mijn devies, mijn stijl. Zo kon ik toch gewoon doorgaan. Zaadjes planten en hopen dat met mijn zorg er mooie plantjes konden bloeien. Toen kwam de sluiting van de scholen en werd alles anders. Het had mij kunnen frustreren dat dingen nu opeens wel konden, dat deed het niet. Ik genoot, het was niet eens een beslissing. Echter weet ik nu nog steeds niet wat de beste manier is om te veranderen, het gaat nu snel en hopelijk ook goed. Maar is het te doen voor mensen, is er geen wenperiode nodig bij een echte verandering? Voordat je naar school gaat tast je immers ook het water af op een paar ochtenden, of eerst misschien zelfs een uurtje.
Eng is het namelijk wel, ‘alles’ wat je kent achter je laten. Maar de mooiste bloemen groeien langs het ravijn en om die te kunnen plukken moet je durven bang te zijn. Met nog drie weken voor de boeg doen we er alles aan om heelhuids op de plek van bestemming te komen, met alle bemanning nog aan boord. Met nog drie weken voor de boeg zetten we koers naar ons paradijs, vlak langs het ravijn, de olievlek ver buiten het vizier. We durven bang te zijn.
Hij gaat al jaren elke morgen
Naar dezelfde baan en dan om vijf uur weer naar huis
In de trein droomt hij de toekomst
Ik vertrek het roer gaat om
En stipt om kwart voor zes is ie weer thuis
Om zes uur eten, een uitgeblust gezin
Zwijgend daalt hij in zijn hoofd af naar een nieuw begin
Morgen gaat ie het ze zeggen
Hij wil zo niet langer door
Maar de dag erna zit ie weer op het oude spoor
…
Z’n hoofd zit barstens vol met plannen
Alleen het doen is een probleem
Om stil te zitten alle reden, om op te staan vind hij er geen
Zolang ie droomt is het net alsof het lijkt
Of ie toch iets van zichzelf ziet als ie in de spiegel kijkt
Maar als ik iets zou mogen zeggen, het is geen rechte lijn
En de grens maar iets verleggen gaat maar zelden zonder pijn
Want de allermooiste bloemen, groeien vlak langs het ravijn
En om die te kunnen plukken moet je durven bang te zijn
In vol ornaat, door de mist
Liever dan, je nooit vergist
Maak een sprong, recht vooruit
Of vliegt de bocht er lachend uit.
Want als de mooiste bloemen groeien, langs de rand van het ravijn
Dan moet daar ook het beste uitzicht op je stoutste dromen zijn