Leerling J. (14 jaar): Ah wat is er aan de hand meneer. Waarom loopt u zo?
Conciƫrge: Als een oude man?
Leerling J.: Nee, als een gebroken uil.
Leerling J. (14 jaar): Ah wat is er aan de hand meneer. Waarom loopt u zo?
Conciƫrge: Als een oude man?
Leerling J.: Nee, als een gebroken uil.