Ik: Dan gaan we het nu uitrekenen.
Leerling L. (13 jaar) roept door mij heen: Mag ik het zeggen? Ik weet het antwoord, ik ben Einstein!
Ik praat door: Dan typen wij de som in op onze rekenmachine.
Leerling L. roept weer door mij heen: Dat hoef ik niet. Ik weet het antwoord gewoon, ik ben Einstein.
Leerling L. roept: Het is drie
Ik: En daar komt vervolgens geen drie uit. Maar dertig.
Leerling L.: Dat wist ik wel, want ik ben Einstein.
Ik: Maakt niet uit, ook Einstein was niet óveral goed in.
Leerling L.: Dan ben ik geen Einstein, maar nog beter.