Concentratie Ik: “Ik merk dat het bij deze vraag onrustig wordt. Dat kan twee dingen betekenen; of jullie snappen deze nog niet helemaal óf de concentratie is op.” Leerling N. (14 jaar): Het is alledrie waar!” De concentratie om naar die zin te luisteren was er blijkbaar ook niet meer, we zijn dus snel wat anders gaan doen!
Ik: Als de wijzer op de twee staat gaan we beginnen met de toets. Tot die tijd kunnen jullie nog even in jullie boek kijken. Klas, vanuit hun boeken: Oké Even later… M. (14 jaar): Mevrouw, bedoelt u eigenlijk als de grote wijzer op de twee staat of de kleine?
Ik: Als de wijzer op de twee staat gaan we beginnen met de toets. Tot die tijd kunnen jullie nog even in jullie boek kijken. Klas, vanuit hun boeken: Oké Even later… M. (14 jaar): Mevrouw, bedoelt u eigenlijk als de grote wijzer op de twee staat of de kleine?
Ik: twee lessen betekent twee paragrafen huiswerk. J. (13 jaar): en twee moeders betekent twee vakanties!
Ik: twee lessen betekent twee paragrafen huiswerk. J. (13 jaar): en twee moeders betekent twee vakanties!
B. (13 jaar): Hoe weet ik wat een half keer vijftien is? Ik: Dat is hetzelfde als vijftien delen door twee en hoeveel is dat? B.: Dat is uhm.. pak ‘m beet, minus plus, ongeveer, hmm 6 hmm uhmm dat is zeven en een half?
B. (13 jaar): Hoe weet ik wat een half keer vijftien is? Ik: Dat is hetzelfde als vijftien delen door twee en hoeveel is dat? B.: Dat is uhm.. pak ‘m beet, minus plus, ongeveer, hmm 6 hmm uhmm dat is zeven en een half?
