Stagiair: “Wie weet nog hoe het moet, jullie hebben het er vrijdag in de les over gehad. … (stilte) Jij, Y.?” Leerling Y. (13 jaar): “Ik weet het niet, ik was er vrijdag niet.” Stagiair: “We hebben het woensdag ook besproken…” Leerling Y.: “Ja maar woensdag, dat is al verleden tijd!”
Ik: Zijn M. en T. afwezig? O. (14 jaar): Ja, en C. ook. Oh en Sint en de pieten uit het pietenhuis zijn er vandaag ook niet, die komende volgende week pas! Ik: Dat wordt een volle klas, gezellig!
Ik: Zijn M. en T. afwezig? O. (14 jaar): Ja, en C. ook. Oh en Sint en de pieten uit het pietenhuis zijn er vandaag ook niet, die komende volgende week pas! Ik: Dat wordt een volle klas, gezellig!