1 april
De dag in het jaar dat alle leraren ‘s ochtends voor vertrek van huis nog even extra goed in de spiegel kijken.
Geen vlek op mijn gezicht? Check!
Niet gemorst met ontbijt? Check!
Schoenen zonder veters aan? Check!
Die grap zullen ze niet op je kunnen gebruiken.
Voor mij begon de magische dag al 24 uur van tevoren. Een collega komt in de pauze van een vergadering naar mij toe.
“Milou, ik heb je mening even nodig. Ik heb een grap bedacht, maar jij moet hem wel even goedkeuren.” Uiteraard is de enige reden dat hij dit vraagt zodat hij bij het mislukken van de grappen “Milou vond het een goed idee”, maar deze gedachte houdt mij niet tegen.
Al gauw is besloten dat we het plan uitvoeren. We zorgen voor de benodigde printjes en spreken de volgende dag om kwart voor acht op school af.
De deuren van de schoolpleiningang worden op slot gedraaid en het briefje “Slot defect, omlopen” hangen we op.
Hetzelfde briefje hangt bij de hoofdingang en zorgt er ondertussen voor dat de eerste collega het gebouw begint om te lopen. Al gauw komt ze leerlingen in de tegengestelde richting tegen. We zien door het raam het kwartje vallen, 1 april. Ze loopt weer terug maar de deur.
De toon is gezet. Nu zijn we klaar voor de grappen van de leerlingen. Ik geef het eerste uur les, mijn derdeklassers werken heel braaf. Nemen ze mij in de maling? Geen woord over 1 april.
Bij mijn mentorklas reik ik de rapporten uit, dus ook daar zijn ze het door de spanning blijkbaar vergeten. Tot dat ik een briefje krijg van mijn collega waarmee ik het plan had gesmeden.
“ps. je veter zit los”
Dan beseft een leerling (weer) welke dag het is, “mevrouw, er zit een spin in mijn haar.”.
De hele dag geen punaise op mijn stoel gevonden en mijn gulp stond ook de hele dag dicht.
Ben ik blij dat als ik achter de pc zit de collega naast mij geïrriteerd zegt: “waar is mijn muis!”, BAM BAM. Het helpt niet. Ze draait de muis om en vindt een post-it met 1 april er opgeschreven. Gelukkig, wel collega’s met humor!