Ik (over een automobiliste): Wat een tuthola!
B. (13 jaar): Zegt u nou kutwijf?
Collega: Nee, ze zei tuthola. Ze bleef best beschaafd.
L. (13 jaar): Mijn moeder zegt ook wel eens kutwijf… Oh nee… Oh ja… Wacht! Mijn moeder zegt dat niet, ik zeg dat en dan zegt mijn moeder dat het niet mag.