Bij ons op school werken twee docenten met dezelfde achternaam (van D.), vader en zoon. Senior geeft les in de onderbouw, junior in de bovenbouw.
Junior neemt een les over van een collega, de klas kent hem niet maar zijn vader wel.
Leerling 1 (15 jaar): Bent u de zoon van meneer van D.?
Docent: Ja.
Leerling 2: U lijkt ook echt op meneer van D.
Leerling 3: Ja dûh! Hij ís ook meneer van D.!