B. (14 jaar): Mogen we op mijn verjaardag wat leuks doen in de les?
Ik: Wanneer ben je jarig?
B.: 20 april.
Ik: Oké, als we dan op mijn verjaardag een hele saaie les doen.
B.: Wanneer bent u jarig?
Ik: 22 april.
M. (14 jaar): Wat doe je nou? Nu krijgen we een saaie les.
B.: Nee dit is goed, want op mijn verjaardag hebben we haar twee uur en op haar verjaardag maar eentje.
Zo jammer voor haar dat ik al weet dat de lessen op haar verjaardag uitvallen omdat ik mee ga op excursie ;-).