Het kan altijd erger
Van docenten uit het hele land hoor ik vergelijkbare geluiden: de leerlingen hebben dit jaar meer moeite met schoolregels en op een gezellig manier met elkaar omgaan dan andere jaren. Het is gebruikelijk dat na een lange zomervakantie de leerlingen zich weer even moet vormen, richting elkaar en richting ons als school. Dit jaar is dat extremer, na anderhalf schooljaar Corona.
Dingen die normaal niet uitgesproken hoefden te worden, die vanzelfsprekend waren, zijn nu soms onduidelijk. De werkdruk, de sociale druk, het is opeens helemaal anders. Natuurlijk waren de leerlingen vorig jaar ook op school, maar het is toch lange tijd anders dan anders geweest. We nemen het de leerlingen niet kwalijk, we rekenen het niemand aan, maar makkelijk is anders.
Dus je merkt het, als docenten uit hun les komen, de lessen vallen gemiddeld genomen zwaarder. En ik geef toe, ik heb er ook last van. De dingen waar ik voorheen om bekend stond bij de leerlingen, weten ze nu nog niet van mij. Mijn normen, waarden en principes. De regels die ik extra hoog heb zitten, mijn gebruiken, eigenlijk is alles nog niet bekend.
Dus ja, soms zit ik in de les al te denken hoe het beter kon, terwijl ik de moed mij in de schoenen voel zinken. Andere keren blijf ik nog even napuffen als de leerlingen langzaam het lokaal verlaten. En altijd doet het iets met mij. Het is gek, hoe een mindere les effect heeft op mij, en misschien wel op docenten in het algemeen. Wat er dan gebeurt is de algehele twijfel. De twijfel aan alles, ondanks dat je weet dat je het kan.
Gelukkig heb je dan altijd nog collega’s die er voor je zijn en die dingen voor je relativeren, zoals mijn leidinggevende die over zijn eigen sores aangeeft: “maar dan denk ik aan al die mensen met échte problemen, zoals de erbarmelijke omstandigheden van vluchtelingen.” Een slechte les, of zelfs een slechte dag of week, valt in het niets bij de omstandigheden waar anderen mee te maken hebben, terminale ziekte, levenslange pijn, een onveilig bestaan of onmenselijke woonomstandigheden.
Als je dan wegloopt van je les en een leerling zegt nog even snel: “alsnog bedankt voor de les mevrouw, ondanks dat het chaos was”. Dan kan je niet anders dan met een glimlach het lokaal verlaten, daar doen we het voor, die hartveroverende pubers.