Dag 80 – “Always asking questions”
“Milou, kort vraagje…”. Het lijkt alsof bij elke beweging die ik maak, er een vraag ontstaat. Loop ik ’s ochtends de personeelskamer in, heb ik al drie vragen gehad voordat ik mijn kopje thee heb kunnen inschenken. Digitale kwesties, didactische vraagstukken en administratieve dingetjes. Van alles komt langs.
Kom ik pauze houden, loop ik het kantoortje in, wandel ik langs de balie van de conciërges, glip ik langs een lokaal, bijna bij elke beweging krijg ik nieuwe vragen op mij afgevuurd. Want zoals een collega zei: “ik gooi er een muntje in, en er komt altijd een antwoord uit.”. Soms probeer ik mijzelf te redden met een “mag ik eerst naar het toilet?”, “NEE!”.
Tijdens mijn lessen, wordt gek genoeg niet veel gevraagd, maar de uren daarna stroomt mijn chatinbox vol met vragen van leerlingen. Één voor één vraag ik ze om screenshots, of om uit te leggen wat het precies niet werkt. In een uur tijd heb ik zoveel vragen weggewerkt dat ik niet eens door heb dat ik met een leerling chat, die in de les zit waar ik bij aanwezig ben.
Helaas (her)ken ik namelijk niet alle leerlingen meer in onze school. Dus als een leerling van een klas die ik nooit heb gehad zegt: “maar u kent mij wel! Ik ben die leerling die u altijd zoveel vragen stelt via de chat!”. En hij had gelijk, hij noemde zijn naam en ik herkende hem meteen: “ooh jij bent T.!”.
Onderweg naar een gesprek schiet een leerling mij op de gang aan, “sorry, ik ben al te laat”, “nee mevrouw, u moet me helpen.” en voor dat ik het weet hou ik spreekuur op de gang met een wachtrij van zes leerlingen. Mijn wil om te helpen is te groot, ik stuur ze ook niet weg, don’t stop asking questions.
Het blijkt de dag van de duizend vragen, dus als wereldrecordhouder vragensteller en tevens mentorleerling van mij aankomt lopen, verontwaardig roepen: “Wat vindt u daar nou van?! Ik mag nog maar twee vragen stellen in de les van meneer K.!”, kan ik niet anders dan verzuchten dat ik het wel begrijp. Terwijl ik ondertussen zijn duizend vragen beantwoord. Why this? Why that?
Mijn collega kijkt mij geinteresseerd aan als hij de personeelskamer binnen komt. Hij vertelt over de tientallen keren in de afgelopen weken dat leerlingen tegen hem zeiden dat ze ‘het’ anders wel even aan mevrouw Schoonemann zouden vragen, die kan altijd helpen. Mijn collega had maar één vraag (die twee vragen werden): “hoe doe je dat allemaal? Hoe hou je dat vol?”.
Het is simpel. Van bewegen komen vragen, maar van vragen komt ook beweging. Zo leren ik en mijn leerlingen met elke vraag en antwoord weer wat bij. Al die vragen, al die antwoorden, het beweegt de wijzers van de klok als een gek. Dus als het vijf uur is geweest, ik een bijeenkomst van collega’s probeer af te ronden (waarbij ze voornamelijk vragen mogen stellen aan elkaar) en mijn schoolleider voor de deur zie ijsberen hou ik mijn hart vast, er komt nog een vraag.
“Tja, ik wilde appen of je er nog was en toen zag ik je hier en wilde ik vragen of je meefietste. Maar toen bedacht ik me dat ik met de auto ben.”. Dus dat is geen vraag meer en is de vragendag toch echt voorbij. Tot de volgende chat een paar uur later, tenminste. They’re always asking questions.
We all want peace we don’t want misery
So many of us won’t let us be these things
But we only are confused
We feel stronger as we grow older
But still we feel bemused
Always asking questions
We’re always asking questions
And the temptation is to just step back
Well we give what we lack
We will always be asking questions
Why rich?
Why poor?
Always asking questions
We’re always asking questions
Why this?
Why that?
We’re always asking questions
Why this?
Why that?
Always asking
Don’t stop asking
Don’t stop asking questions
Always asking questions
In answer to this question is just shut up
You don’t know
I don’t know
Nobody knows
This is an answer to every question
This is a place to begin
Always asking questions