Leerlingen stellen vragen, ik help ze naar de antwoorden.
Leerling A. (14 jaar): “Mevrouw, u weet alles, tien euro als u deze ook weet: ‘wat was was voordat was was was?’”
Ik dacht vanuit mijn vak en antwoordde: “kaars”.
Leerling A.: “IS!!!”
Leerlingen stellen vragen, ik help ze naar de antwoorden.
Leerling A. (14 jaar): “Mevrouw, u weet alles, tien euro als u deze ook weet: ‘wat was was voordat was was was?’”
Ik dacht vanuit mijn vak en antwoordde: “kaars”.
Leerling A.: “IS!!!”