Glamping

Tijdens de introductie van het onderwerp Stoffen bespreek ik de inhoud van gootsteenkastjes. De leerlingen herkennen het beeld dat ik schets van een kastje vol met plastic flessen schoonmaakmiddel. We bespreken waarom bijna elk huishouden dit op dezelfde manier aanpakt en wat er zoal in staat.

We praten verder over vaatwasblokjes, waarom deze vaak in een folie zit dat je er niet af hoeft te halen en waar dat folietje dan blijft. Later komt het gesprek over afwasmiddel en ook daar blikken van herkenning en instemmend gemompel.

Ik maak een flauwe opmerking dat ik dat nooit gebruik omdat ik altijd thuis heb gezegd: “er is één regel, ik was niet af.” Een leerling kijkt mij vertwijfeld aan. Hij twijfelt en spreekt toch zijn gedachte uit.

“En op de camping dan?”

… hij blijft even stil …

“Oh nee, daar heb je natuurlijk ook een vaatwasser.”

Vol verbazing vertel ik dat ik echt geen vaatwasser in mijn tent heb.

Toen was het zijn beurt om volledig verbijsterd te zijn. “Een tent? Ja, maar dat is dan voor één nachtje ofzo, niet voor een hele vakantie. In een tent slaap je geen hele vakantie, dat doe je in een stacaravan.”

“Ik slaap wel drie weken in een tent op vakantie.”

Ik kreeg nauwelijks nog een reactie. Hij was met stomheid geslagen en begreep en wist echt niet dat dat bestond. “Niet” … “Dat meent u niet…”

Hij en ik, wij zijn duidelijk andere vakanties gewend!