Leerling: Meneer, meneer, u moet mij helpen. Hij insemineert mij!
Andere leerling: Insemineert? Bedoel je niet intimideert?
Leerling: Oh ja, dat dan!
Leerling: Meneer, meneer, u moet mij helpen. Hij insemineert mij!
Andere leerling: Insemineert? Bedoel je niet intimideert?
Leerling: Oh ja, dat dan!